Na een scheiding of het einde van een geregistreerd partnerschap kan het zomaar gebeuren dat de ene partner verplicht wordt om de ander financieel te steunen. Dit heet partneralimentatie en het speelt soms een flinke rol in hoe je je leven weer op de rit krijgt na een relatiebreuk.
Sinds 1 januari 2020 geldt: partneralimentatie duurt maximaal vijf jaar, of de helft van de duur van het huwelijk als dat korter was dan tien jaar. Hoeveel alimentatie je betaalt, hangt af van wat de ontvanger nodig heeft én wat de betaler kan missen.
Er zijn best wat uitzonderingen, vooral bij lange huwelijken of als er jonge kinderen zijn. De regels zijn niet altijd even simpel en kunnen per situatie verschillen.
Wat is partneralimentatie?
Partneralimentatie betekent dat een ex-partner wettelijk verplicht is om na de scheiding geld te betalen aan de ander. Die verplichting ontstaat als één van de twee niet genoeg inkomen heeft om zelf rond te komen.
Definitie van partneralimentatie
Het gaat om een maandelijks bedrag dat de ene ex betaalt aan de andere na de scheiding of het beëindigen van een geregistreerd partnerschap. De bedoeling? De financiële klap van de scheiding een beetje opvangen.
Deze plicht geldt voor mensen die getrouwd zijn geweest of een geregistreerd partnerschap hadden. Woonde je alleen samen zonder officieel contract, dan heb je in principe geen recht op partneralimentatie.
Volgens de wet moeten ex-partners elkaar ook na het huwelijk nog een tijdje financieel helpen. Maar alleen als de ander niet genoeg eigen inkomsten heeft om van te leven.
Het gaat trouwens niet vanzelf: je moet samen afspraken maken of het via de rechter regelen.
Verschil tussen partneralimentatie en andere soorten alimentatie
Partneralimentatie is echt wat anders dan kinderalimentatie. Kinderalimentatie is bedoeld voor de kosten van kinderen, partneralimentatie is puur voor de ex-partner.
Belangrijkste verschillen:
- Partneralimentatie: Voor ex-partners zonder voldoende inkomen
- Kinderalimentatie: Voor de kosten van kinderen tot 21 jaar
- Ouderalimentatie: Voor ouders die hulp nodig hebben (komt zelden voor)
Partneralimentatie is altijd tijdelijk. Kinderalimentatie loopt tot het kind 21 wordt of zelfstandig is.
De manier van berekenen verschilt ook. Bij partneralimentatie kijk je naar wat de ex-partner nodig heeft en wat de ander kan betalen.
Doel en juridische basis
Het idee achter partneralimentatie is simpel: voorkomen dat iemand na een scheiding in armoede belandt. De wet snapt dat je tijdens het huwelijk samen keuzes maakt die later financiële gevolgen kunnen hebben.
De regels staan in het Burgerlijk Wetboek. Artikel 1:157 regelt de alimentatieplicht tussen ex-echtgenoten. Voor geregistreerde partners gelden dezelfde regels.
Voorwaarden voor partneralimentatie:
- De ex-partner heeft niet genoeg eigen inkomsten
- De andere partner kan het betalen
- Er is geen nieuwe relatie (dus geen nieuw huwelijk, partnerschap of samenwoning)
Je moet de alimentatie vastleggen in een echtscheidingsconvenant of door de rechter laten bepalen. Zonder die vastlegging ben je nergens.
Wanneer moet u partneralimentatie betalen?
Je moet partneralimentatie betalen als je ex na de scheiding niet genoeg inkomen heeft om van te leven. Een rechter kan deze verplichting opleggen bij een huwelijk, geregistreerd partnerschap of soms zelfs bij samenwonen.
Verplichting bij scheiding of beëindiging van geregistreerd partnerschap
Na een scheiding ontstaat een alimentatieplicht als één ex-partner behoeftig is en de ander draagkracht heeft. Behoeftig zijn betekent: niet genoeg inkomen om de vaste lasten te betalen.
Degene met het hoogste inkomen betaalt aan de ander. Dat geldt bij het einde van een huwelijk én een geregistreerd partnerschap.
Voorwaarden voor partneralimentatie:
- Er is een inkomensverschil tussen de ex-partners
- De behoeftige partner heeft niet genoeg eigen inkomen
- De betalende partner kan het zich veroorloven
Hoeveel je betaalt, hangt af van wat de ontvanger nodig heeft en wat jij kunt missen.
Recht op partneralimentatie bij huwelijk en samenwonen
Getrouwde partners hebben na een scheiding automatisch recht op alimentatie als ze behoeftig zijn. Dat is gewoon wettelijk vastgelegd.
Ook bij een geregistreerd partnerschap geldt hetzelfde recht. Je kunt partneralimentatie eisen als het misloopt.
Samenwoners hebben minder rechten. Alleen als je:
- Een samenlevingscontract hebt met alimentatieafspraken
- Spreekt van onrechtmatige verrijking
- Bijzondere omstandigheden hebt die het rechtvaardigen
Bewijzen dat je recht hebt op alimentatie is voor samenwoners vaak een stuk lastiger dan voor getrouwde mensen.
Rol van de rechter bij toewijzing
Komen jullie er samen niet uit? Dan hakt de rechter de knoop door. Hij kijkt naar de behoefte van de ene partner en de draagkracht van de ander.
Waar let de rechter op?
- Het inkomen en vermogen van beide kanten
- Leeftijd en gezondheid
- Arbeidsverleden en mogelijkheden om te werken
- Hoe lang het huwelijk of partnerschap duurde
Kan de behoeftige partner eigenlijk wel zelf genoeg verdienen? Dan kan de rechter alimentatie weigeren. Ook nieuwe relaties en het huishoudinkomen tellen mee.
Als iemand weigert om te werken terwijl dat wel kan, mag de rechter een fictief inkomen rekenen.
Hoe wordt de hoogte van partneralimentatie bepaald?
Hoeveel partneralimentatie je betaalt, hangt af van twee dingen: wat de ontvanger nodig heeft en wat de betaler kan missen. Rechters hanteren vaste normen en houden rekening met veranderingen in het inkomen.
Behoefte van de ontvangende partner
De rechter kijkt eerst: wat heeft de ontvangende partner nodig? Dat heet de behoefte.
Je hebt recht op 60% van het netto gezinsinkomen tijdens het huwelijk. Dat is meestal het uitgangspunt.
De rechter let op deze kosten:
- Woonlasten zoals huur of hypotheek
- Dagelijkse uitgaven voor eten en kleding
- Zorgverzekering en andere vaste lasten
- Kosten voor kinderen die bij deze partner wonen
Voorbeeld: Stel, samen verdienden jullie €4.000 netto per maand. Dan heeft de ontvangende partner recht op 60%, dus €2.400 per maand.
Heeft de ontvangende partner zelf al inkomen? Dat trekt de rechter er gewoon vanaf.
Draagkracht van de betalende partner
Draagkracht betekent: hoeveel kan de betalende partner missen na aftrek van zijn of haar eigen kosten.
De rechter kijkt naar het netto inkomen en trekt alle vaste lasten ervan af.
Belangrijke kosten zijn:
- Eigen woonlasten
- Dagelijkse kosten van levensonderhoud
- Kinderalimentatie (die gaat altijd voor)
- Schulden en andere verplichtingen
De betalende partner moet zelf ook genoeg geld overhouden om van te leven. De rechter let erop dat je niet in de financiële problemen komt door de alimentatie.
Kinderalimentatie gaat altijd vóór partneralimentatie. Eerst wordt gekeken hoeveel kinderalimentatie er nodig is. Wat daarna overblijft, kan eventueel naar partneralimentatie.
Gebruik van de Trema-normen
Veel rechters gebruiken de Trema-normen om alimentatie te berekenen. Dit zijn landelijke richtlijnen die helpen bij het bepalen van eerlijke bedragen.
De Trema-normen laten zien hoeveel geld iemand minimaal nodig heeft om rond te komen. Ze zijn verdeeld op basis van leeftijd en gezinssituatie.
Deze normen helpen rechters om:
- Consistent te zijn in vergelijkbare zaken
- Een eerlijke verdeling te maken
- Rekening te houden met inflatie en prijsstijgingen
De normen worden elk jaar aangepast aan de kosten van het leven. Zo blijven de alimentatiebedragen actueel.
Toch wijken rechters soms van deze normen af als de situatie dat vraagt. Ze kijken altijd naar wat er echt speelt bij beide partners.
Invloed van veranderingen in inkomsten en omstandigheden
Alimentatie kan veranderen als de situatie bij één van de partners verandert. Dit heet wijziging van omstandigheden.
Redenen voor aanpassing:
- Inkomen van de betalende partner stijgt of daalt
- De ontvangende partner krijgt meer of minder inkomen
- Woonkosten veranderen door verhuizing
- Gezondheidskosten stijgen door ziekte
De rechter checkt of de verandering groot genoeg is. Kleine verschillen zorgen meestal niet voor aanpassing.
Automatische beëindiging gebeurt als:
- De ontvangende partner gaat samenwonen of trouwen
- Deze partner krijgt genoeg eigen inkomen
- De alimentatieperiode eindigt volgens de wet
Partners mogen ook samen nieuwe afspraken maken. Leg die dan wel vast in een officiële overeenkomst.
Hoe lang duurt de partneralimentatieplicht?
De partneralimentatieplicht duurt sinds 2020 maximaal vijf jaar. De duur hangt af van het huwelijk. Bij jonge kinderen of oudere partners gelden er langere termijnen.
Standaardduur sinds 2020
Sinds 1 januari 2020 geldt een nieuwe regel voor de duur van partneralimentatie. De standaardduur is maximaal vijf jaar.
Voor kortere huwelijken geldt een andere berekening. Duurde het huwelijk minder dan 10 jaar, dan krijgt de ex-partner alimentatie voor de helft van de huwelijksduur.
Voorbeelden van alimentatieduur:
- Huwelijk van 6 jaar = 3 jaar alimentatie
- Huwelijk van 8 jaar = 4 jaar alimentatie
- Huwelijk van 12 jaar = 5 jaar alimentatie (maximum)
- Huwelijk van 20 jaar = 5 jaar alimentatie (maximum)
Uitzonderingen bij langdurige huwelijken en jonge kinderen
Er zijn belangrijke uitzonderingen op de vijfjaarsregel. De meest voorkomende uitzondering is bij kinderen jonger dan 12 jaar.
Zijn er kinderen, dan loopt de partneralimentatieplicht tot het jongste kind 12 jaar wordt. Soms duurt de alimentatie dus veel langer.
Voorbeeld: Een ex-partner heeft een kind van 3 jaar. Dan duurt de alimentatie nog 9 jaar, los van hoe lang het huwelijk was.
Bij huwelijken van 15 jaar of langer geldt nog iets extra’s. Als de ontvanger binnen 10 jaar de AOW-leeftijd bereikt, loopt de alimentatie tot die leeftijd.
Deze uitzonderingen kunnen samen gelden. Dan geldt altijd de langste termijn.
Effect van AOW-leeftijd en overgangsregelingen
Voor oudere partners zijn er speciale regels rond de AOW-leeftijd. Bij huwelijken van minimaal 15 jaar kan de alimentatie doorlopen tot de AOW-datum.
Dit geldt alleen als de ontvanger binnen 10 jaar na de scheiding de AOW-leeftijd bereikt. De wetgever snapt dat het voor oudere mensen lastig is om weer aan het werk te komen.
Overgangsregelingen zijn van toepassing op scheidingen van vóór 2020. Dan gelden de oude regels, met een maximum van 12 jaar.
Voor hele oude alimentatieafspraken (vóór 1994) bestaan soms levenslange verplichtingen. Alleen de rechter kan die aanpassen.
Partners mogen ook zelf afwijkende afspraken maken over de duur. Leg dit schriftelijk vast in het echtscheidingsconvenant.
Wijziging, beëindiging en herziening van partneralimentatie
Partneralimentatie kan wijzigen of stoppen als de omstandigheden veranderen. Dat gebeurt bijvoorbeeld bij financiële veranderingen, nieuwe relaties, of via een procedure bij de rechter.
Herberekening bij gewijzigde omstandigheden
De hoogte van partneralimentatie verandert als er grote veranderingen zijn in de financiële situatie van beide partijen. Dat kan omhoog of omlaag gaan.
Belangrijke wijzigingen die herberekening rechtvaardigen:
- Inkomensstijging of -daling van de betalende partner
- Verandering in de behoeften van de ontvangende partner
- Wijziging in woonlasten of andere vaste kosten
- Nieuwe werkgelegenheid of baanverlies
De betalende partij kan om verlaging vragen als de draagkracht echt minder wordt. Dat mag niet door eigen schuld komen.
De rechter kijkt naar de nieuwe draagkracht en behoeftigheid van beide partijen. De wijziging moet echt relevant zijn voor de alimentatieplicht.
Voor herberekening gelden dezelfde normen als bij de eerste vaststelling. De Trema-normen zijn ook dan het uitgangspunt.
Beëindiging door nieuwe relatie, hertrouwen of overlijden van één van de partijen
Partneralimentatie stopt automatisch in bepaalde situaties. Daar komt geen rechter aan te pas.
De alimentatieplicht eindigt als de ontvangende partner:
- Hertrouwt of een geregistreerd partnerschap aangaat
- Gaat samenwonen met een nieuwe partner
- Overlijdt
- Genoeg eigen inkomsten heeft om van te leven
Bij samenwonen moet er echt sprake zijn van een duurzame relatie. Kort samenzijn telt niet meteen als reden om te stoppen.
De betalende partner moet wel laten zien dat zo’n situatie zich voordoet. Bij twijfel kan de rechter uitspraak doen.
Overlijdt de betalende partner, dan stopt de alimentatieplicht ook. De erfgenamen hoeven niks meer te betalen.
Juridische procedure voor wijziging of stopzetting
Wil je via de rechter partneralimentatie wijzigen of stoppen? Dan moet je een verzoekschrift indienen bij de rechtbank.
Stappen in de procedure:
- Verzoekschrift indienen bij de rechtbank
- Financiële gegevens meesturen
- De andere partij reageert
- Eventueel een mondelinge behandeling
- De rechter doet uitspraak
Een advocaat is verplicht bij deze procedure. Je mag ook samen afspraken maken zonder rechter.
De rechter beoordeelt of er echt iets is veranderd sinds de oude situatie. Het moet duidelijk anders zijn dan voorheen.
Wijzigingen gelden meestal vanaf de datum van het verzoekschrift. De rechter kent bijna nooit terugwerkende kracht toe.
Praktische tips en aandachtspunten bij partneralimentatie
Goede afspraken en duidelijke vastlegging voorkomen veel problemen bij partneralimentatie. Indexering zorgt voor eerlijke aanpassingen door de jaren heen. Een plan voor betalingsproblemen vermindert stress.
Belang van goede afspraken en vastlegging
Maak duidelijke afspraken over partneralimentatie. Zo voorkom je gedoe achteraf.
Belangrijke punten om vast te leggen:
- Het exacte maandbedrag
- De betaaldatum (bijvoorbeeld de 1e van elke maand)
- Bankrekening voor overmakingen
- Hoe lang de alimentatie duurt
Een advocaat helpt bij het opstellen van een echtscheidingsconvenant. Daarin zet je alles juridisch vast.
Zonder duidelijke vastlegging krijg je later misschien problemen. Dan beslist de rechter over onduidelijke punten, wat tijd en geld kost.
Let op deze details:
- Wat gebeurt er bij ziekte of werkloosheid?
- Hoe ga je om met vakantiegeld?
- Welke kosten zijn extra, zoals medische uitgaven?
Bewaar altijd een kopie van alle documenten. Digitaal opslaan is handig als backup.
Indexering en jaarlijkse aanpassing
Partneralimentatie stijgt meestal elk jaar met de inflatie. We noemen dat indexering.
Zonder indexering daalt de waarde van alimentatie door prijsstijgingen. De meeste rechters pakken hiervoor het CBS consumentenprijsindexcijfer erbij.
Ze passen het bedrag vaak automatisch aan op 1 januari. Dat scheelt gedoe, maar het is wel slim om het zelf in de gaten te houden.
Drie manieren van indexering:
- Automatische aanpassing – volgens CBS-cijfers
- Afgesproken percentage – bijvoorbeeld 2% per jaar
- Geen indexering – bedrag blijft gelijk
Partners maken soms andere afspraken. Sommigen koppelen alimentatie liever aan het minimumloon of aan inkomensveranderingen.
Praktisch voorbeeld:
Alimentatie van €800 per maand wordt bij 3% inflatie €824 per maand.
De betalende partner moet die aanpassingen zelf bijhouden. Een foutje kan al snel leiden tot achterstand.
Omgaan met betalingsproblemen en incasso
Betalingsproblemen met alimentatie komen vaker voor dan je denkt. Werkloosheid, ziekte, of geldstress kunnen allemaal roet in het eten gooien.
Bij betalingsproblemen: neem meteen contact op met je ex-partner. Openheid voorkomt vaak gedoe.
Soms kun je samen een tijdelijke regeling treffen. Het is het proberen waard, toch?
Stappen bij wanbetaling:
- Stuur een schriftelijke herinnering
- Volgt er niks? Dan een aanmaning met termijn
- Schakel een deurwaarder in
- Beslag op loon of bankrekening
Het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen (LBIO) springt bij als het misgaat met betalingen. Zij bieden gratis hulp bij het innen van achterstallige alimentatie.
Juridische mogelijkheden:
- Loonbeslag tot 50% van het netto salaris
- Beslag op bankrekeningen
- Inhouden van uitkeringen
- Ontzegging rijbewijs bij hardnekkige wanbetaling
Je kunt als ontvanger ook een alimentatievoorschot aanvragen bij de gemeente. Handig als tijdelijke oplossing tijdens het incassotraject.
Veelgestelde Vragen
De regels voor partneralimentatie zijn in 2020 veranderd. Nu duurt alimentatie maximaal vijf jaar.
De hoogte hangt af van inkomensverschillen en draagkracht. Je kunt het aanpassen als je situatie verandert.
Wat zijn de huidige regels rondom de duur van partneralimentatie?
Sinds 1 januari 2020 duurt partneralimentatie maximaal vijf jaar. Bij een huwelijk korter dan tien jaar geldt als maximum de helft van de huwelijksduur.
Er zijn drie uitzonderingen. Bij gezamenlijke kinderen stopt de alimentatie pas als het jongste kind twaalf wordt.
Bij huwelijken langer dan vijftien jaar gelden aparte regels. Krijgt de ontvangende partner binnen tien jaar AOW? Dan stopt alimentatie bij de start van de AOW.
Voor partners geboren vóór 1 januari 1970 die pas over meer dan tien jaar AOW krijgen, geldt tien jaar alimentatie. Dit geldt alleen als het huwelijk langer dan vijftien jaar duurde.
Hoe wordt de hoogte van partneralimentatie bepaald?
De hoogte hangt af van het inkomensverschil tussen ex-partners. De rechtbank kijkt naar de behoefte van de ontvanger en de draagkracht van de betaler.
Vaak delen ze het verschil in netto inkomen door twee. Dat geeft een indicatie van het alimentatiebedrag.
De rechtbank kijkt ook naar vaste lasten en woonkosten. Soms wegen bijzondere omstandigheden mee.
Onder welke omstandigheden kan partneralimentatie worden gewijzigd of stopgezet?
Alimentatie stopt automatisch als de ontvanger overlijdt. Bij hertrouwen, geregistreerd partnerschap of samenwonen vervalt de verplichting ook.
Heeft de ontvanger genoeg eigen inkomen? Dan kun je alimentatie laten stoppen via de rechtbank.
Grote inkomensveranderingen bij een van de partners zijn reden voor aanpassing. Ziekte of werkloosheid kunnen ook aanleiding zijn.
Wat is de invloed van een nieuwe relatie op de verplichting tot het betalen van partneralimentatie?
Krijgt de ontvanger een nieuwe relatie? Dan stopt de alimentatieplicht. Dit geldt bij huwelijk, geregistreerd partnerschap en samenwonen.
Samenwonen telt als beëindigingsgrond als het een duurzame relatie betreft. De rechtbank kijkt per geval.
Krijgt de betalende partner een nieuwe relatie? Dat verandert meestal niets aan de alimentatieplicht, al kan het wel de draagkracht beïnvloeden.
Welke factoren zijn van invloed op de berekening van partneralimentatie bij een ondernemer?
Bij ondernemers kijkt de rechtbank naar het gemiddelde inkomen over meerdere jaren. Dat is eerlijker bij wisselende inkomsten.
Ze houden rekening met bedrijfsrisico’s en investeringen. De continuïteit van het bedrijf telt ook mee.
Soms schat de rechtbank een fictief inkomen op basis van verdiencapaciteit. Vooral als de inkomsten vaag blijven.
Hoe wordt de draagkracht van de alimentatieplichtige vastgesteld?
Ze berekenen de draagkracht door het netto inkomen te nemen en daar vaste lasten vanaf te trekken.
Er blijft altijd een eigen bestaansminimum over, zodat je niet onder het noodzakelijke uitkomt.
Woonkosten, verzekeringen en andere vaste lasten gaan er eerst af.
Kinderalimentatie krijgt trouwens voorrang op partneralimentatie.
De rechtbank kijkt ook naar bijzondere situaties, bijvoorbeeld hoge ziektekosten.
Het idee is om het beschikbare inkomen eerlijk te verdelen, maar het blijft soms best ingewikkeld.