facebook lawandmore.nl   instagram lawandmore.nl   linkedin lawandmore.nl   twitter lawandmore.nl

Afspraak

Law & More Logo

Category

Personen- en Familierecht

Een man en vrouw zitten aan een tafel, beiden nadenkend, terwijl een jonger koppel op de achtergrond vriendelijk met elkaar omgaat.
Civiel Recht, Echtscheiding, Personen- en Familierecht

Uw ex heeft een nieuwe partner – en uw alimentatie?! Alles wat u moet weten

Wanneer een ex-partner een nieuwe relatie begint, ontstaan er vaak vragen over de gevolgen voor alimentatieverplichtingen.

Deze situatie kan grote financiële impact hebben op beide partijen.

Een man en een vrouw in een woonkamer, de man kijkt bezorgd terwijl de vrouw steunend toekijkt.

Partneralimentatie stopt meestal wanneer de ex-partner gaat trouwen, een geregistreerd partnerschap aangaat of duurzaam gaat samenwonen met een nieuwe partner.

Voor kinderalimentatie gelden andere regels, omdat beide ouders altijd verantwoordelijk blijven voor het onderhoud van hun kinderen.

De exacte gevolgen hangen af van verschillende factoren, zoals de nieuwe woonsituatie, inkomsten en uitgaven van beide ex-partners.

Het is belangrijk om te weten welke rechten en plichten er gelden en hoe alimentatie aangepast kan worden.

Wat gebeurt er met partneralimentatie als uw ex een nieuwe partner krijgt?

Wanneer uw ex-partner een nieuwe relatie aangaat, heeft dit directe gevolgen voor uw verplichting om partneralimentatie te betalen.

De alimentatieplicht eindigt bij samenwonen, huwelijk of geregistreerd partnerschap, maar u moet wel kunnen bewijzen dat er sprake is van een duurzame samenleving.

Einde partneralimentatie bij samenwonen, huwelijk of geregistreerd partnerschap

De verplichting om partneralimentatie te betalen stopt automatisch zodra de ex-partner een nieuwe duurzame relatie aangaat.

Dit geldt in drie situaties:

  • Huwelijk: De partneralimentatie eindigt op de dag van het huwelijk
  • Geregistreerd partnerschap: Ook hier stopt de alimentatieplicht direct bij registratie
  • Samenwonen: Bij duurzaam samenwonen eindigt de verplichting eveneens

Het maakt niet uit of de ex-partner het eens is met het stoppen van de partneralimentatie.

De wet is hierover duidelijk.

Wil de ex-partner de alimentatie blijven ontvangen ondanks de nieuwe relatie?

Dan moet deze persoon naar de rechter stappen om aan te tonen waarom de alimentatie zou moeten blijven bestaan.

Vaststellen van samenwonen ‘als ware men gehuwd’

Bij huwelijk en geregistreerd partnerschap is het einde van de alimentatieplicht duidelijk vast te stellen.

Samenwonen is complexer te bewijzen.

De rechter kijkt naar verschillende factoren om te bepalen of er sprake is van samenwonen:

  • Gemeenschappelijke huishouding: Delen van dagelijkse taken en kosten
  • Duurzaamheid: De relatie moet stabiel en langdurig zijn
  • Financiële verwevenheid: Samen betalen van rekeningen en uitgaven
  • Sociale presentatie: Zich naar buiten toe presenteren als stel

Er is geen vaste termijn voor wanneer samenwonen begint.

De rechter beoordeelt elke situatie apart.

Een proefperiode in het echtscheidingsconvenant kan van toepassing zijn.

Dan stopt de alimentatie tijdelijk bij samenwonen en definitief na de proefperiode.

Invloed van wijziging financiële situatie door nieuwe relatie

Een nieuwe partner van de ex-partner kan de financiële situatie veranderen, maar dit heeft geen invloed op de alimentatieplicht.

De partneralimentatie stopt volledig bij een nieuwe duurzame relatie.

Voor de berekening van alimentatie geldt:

  • Alleen het inkomen van de ex-partner telt mee
  • Het inkomen van de nieuwe partner is niet relevant
  • Financiële ondersteuning door de nieuwe partner doet er niet toe

Tijdens de relatie kunnen er wel tijdelijke effecten zijn:

  • Gedeelde woonkosten kunnen de financiële positie van de ex-partner verbeteren
  • Extra kosten door de nieuwe partner kunnen de situatie verslechteren

Bewijs leveren van samenwonen van de ex-partner

De alimentatieplichtige moet bewijzen dat de ex-partner samenwoont met een nieuwe partner.

Dit kan uitdagend zijn omdat mensen hun privéleven niet altijd openbaar maken.

Bruikbaar bewijs omvat:

  • GBA/BRP-uittreksel waaruit blijkt dat beiden op hetzelfde adres staan ingeschreven
  • Foto’s van het samenwonen
  • Getuigenverklaringen van buren, familie of vrienden
  • Gezamenlijke uitgaven of bankafschriften
  • Social media berichten die samenwonen aantonen

Minder sterk bewijs:

  • Incidentele overnachtingen
  • Vakantie samen
  • Sociale activiteiten zonder bewijs van samenwonen

Is het bewijs onvoldoende?

Dan kan de rechter een onderzoek bevelen of een deskundige inschakelen.

Let op: u kunt niet zomaar stoppen met het betalen van alimentatie.

Ga eerst naar de rechter om formeel vaststelling te krijgen dat de alimentatieplicht is geëindigd.

Gevolgen voor kinderalimentatie bij een nieuwe partner van uw ex

Man zit aan een bureau en bekijkt documenten met een bezorgde blik, op de achtergrond een wazige foto van een vrouw met kind en nieuwe partner.

Wanneer uw ex-partner gaat samenwonen met een nieuwe partner, blijft de kinderalimentatie meestal hetzelfde.

De hoogte kan alleen veranderen als de nieuwe partner stiefouder wordt of als er sprake is van co-ouderschap waarbij kinderen tot beide gezinnen behoren.

Kinderalimentatie en co-ouderschap bij nieuw samengesteld gezin

Bij co-ouderschap kunnen kinderen tot twee gezinnen behoren.

Dit maakt de situatie complexer wanneer uw ex-partner een nieuwe relatie aangaat.

Het inkomen van de nieuwe partner kan onder bepaalde omstandigheden meetellen voor de alimentatieberekening.

Dit gebeurt niet automatisch en vereist een verzoek aan de rechter.

De rechter bekijkt elk geval apart.

Factoren zoals:

  • De mate van co-ouderschap
  • Financiële bijdrage van de nieuwe partner
  • Gezinssituatie van beide ouders

Deze elementen bepalen of er aanpassing mogelijk is.

De kinderen moeten wel daadwerkelijk deel uitmaken van het nieuwe gezin van uw ex-partner.

Belangrijke voorwaarde: De nieuwe partner moet getrouwd zijn of een geregistreerd partnerschap hebben met uw ex-partner.

Wijziging in draagkracht en financiële verplichtingen

De draagkracht van uw ex-partner kan veranderen door het samenwonen met een nieuwe partner.

Dit beïnvloedt echter niet direct de kinderalimentatie.

Alleen bij grote veranderingen in de financiële situatie past de rechter alimentatie aan.

Dit komt niet vaak voor.

Situaties waarbij draagkracht kan veranderen:

  • Ex-partner hoeft minder woonkosten te betalen
  • Gedeelde huishoudelijke uitgaven
  • Nieuwe partner draagt bij aan vaste lasten

Het inkomen van de nieuwe partner telt normaal gesproken niet mee.

Uw ex-partner blijft volledig verantwoordelijk voor de kinderalimentatie.

Een verzoek tot verlaging moet goed onderbouwd worden.

Kleine veranderingen in draagkracht leiden zelden tot aanpassing van de alimentatie.

Stiefouders en hun onderhoudsplicht

Een nieuwe partner wordt stiefouder wanneer deze trouwt of een geregistreerd partnerschap aangaat met uw ex-partner.

De kinderen moeten dan ook tot het gezin behoren.

Stiefouders krijgen beperkte onderhoudsplicht.

Deze plicht ontstaat alleen bij:

  • Huwelijk of geregistreerd partnerschap
  • Kinderen wonen in het gezin
  • Stiefouder heeft eigen inkomen

Gevolgen voor kinderalimentatie:

  • Mogelijke verlaging van uw betalingsverplichting
  • Verzoek aan rechter nodig
  • Beoordeling per individueel geval

De stiefouder hoeft niet evenveel bij te dragen als de biologische ouder.

Hun bijdrage is vaak beperkt tot dagelijkse kosten en huishoudelijke uitgaven.

Ouderlijk gezag voor de stiefouder versterkt hun onderhoudsplicht.

Dit kan leiden tot meer kans op verlaging van uw kinderalimentatie.

Wanneer en hoe kan de alimentatie worden aangepast?

Alimentatie wijzigt niet automatisch wanneer er een nieuwe partner in het spel komt.

Aanpassingen vereisen altijd een bewuste keuze door beide partijen of een beslissing van de rechter.

Aanpassen via onderling overleg of juridische procedure

Ex-partners kunnen samen nieuwe afspraken maken over alimentatie zonder tussenkomst van de rechter. Dit kan rechtstreeks tussen beide partijen gebeuren of met hulp van een mediator.

Het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen (LBIO) kan een nieuwe berekening maken. Deze organisatie helpt bij het vaststellen van een juist alimentatiebedrag.

Een advocaat of notaris kan ook ondersteunen bij het maken van nieuwe afspraken. Het is verstandig om alle wijzigingen vast te leggen in een aangepast ouderschapsplan.

Mogelijke opties voor overleg:

  • Directe onderhandeling tussen ex-partners
  • Mediation met professionele begeleiding
  • Juridische ondersteuning door advocaat
  • Notariële vastlegging van afspraken

Lukt onderling overleg niet? Dan blijft de gang naar de rechter de enige optie.

Voor een juridische procedure is altijd een advocaat nodig.

Rol van de rechter bij wijziging van alimentatie

De rechter past alimentatie alleen aan bij grote veranderingen in de financiële situatie. Kleine wijzigingen leiden zelden tot aanpassingen.

Bij kinderalimentatie kijkt de rechter naar verschillende factoren. Het inkomen van beide ouders speelt een belangrijke rol.

Ook de nieuwe woonsituatie en eventuele stiefouderschap worden meegewogen.

Partneralimentatie kan stoppen of wijzigen wanneer de ontvanger samenwoont met een nieuwe partner. De rechter beoordeelt of de financiële behoefte nog bestaat.

De rechter houdt rekening met:

  • Inkomensveranderingen van beide partijen
  • Nieuwe woonlasten of besparingen
  • Stiefouderlijke verplichtingen
  • Duur van de nieuwe relatie

Een procedure bij de rechter kost tijd en geld.

De uitkomst is niet altijd voorspelbaar.

Noodzaak van herberekening bij gewijzigde omstandigheden

Bepaalde situaties maken herberekening noodzakelijk of mogelijk. Samenwonen met een nieuwe partner verandert vaak de financiële situatie aanzienlijk.

Voor kinderalimentatie geldt dat het bedrag meestal gelijk blijft. Alleen wanneer de nieuwe partner stiefouder wordt of ouderlijk gezag krijgt, kan wijziging plaatsvinden.

Stiefouderschap ontstaat bij huwelijk of geregistreerd partnerschap, mits de kinderen tot het gezin behoren. De stiefouder krijgt dan mogelijk financiële verplichtingen.

Belangrijke wijzigingsgronden:

  • Aanzienlijke inkomensverandering
  • Nieuwe partner wordt stiefouder
  • Verkrijging ouderlijk gezag door stiefouder
  • Wijziging in co-ouderschap regelingen

Partneralimentatie wijzigt sneller dan kinderalimentatie. Samenwonen met een nieuwe partner kan reden zijn voor verlaging of stopzetting.

De rechter beoordeelt elke situatie individueel.

Financiële factoren die invloed hebben op uw alimentatie

Verschillende geldkwesties kunnen de hoogte van alimentatie beïnvloeden wanneer een ex-partner een nieuwe relatie krijgt. Woonkosten, het inkomen van de nieuwe partner en de draagkracht van beide ouders spelen allemaal een rol.

Woonlasten en delen van kosten met een nieuwe partner

Bij het berekenen van alimentatie wordt voor woonlasten altijd 30% van het netto besteedbaar inkomen gerekend. Dit gebeurt ongeacht de werkelijke woonkosten.

Gaat u samenwonen met een nieuwe partner? Dan delen jullie waarschijnlijk de huur of hypotheek.

Uw werkelijke woonlasten worden dan lager.

Toch verandert uw alimentatie niet automatisch. De vaste 30%-regel zorgt ervoor dat samenwonen op zich geen effect heeft op de alimentatieberekening.

Dit geldt voor beide situaties:

  • U betaalt alimentatie: Uw betalingen blijven gelijk, ook al bespaart u op huur
  • U ontvangt alimentatie: U krijgt niet minder, ook al heeft uw ex lagere woonkosten

Inkomen van de nieuwe partner en de gevolgen voor alimentatie

Het inkomen van een nieuwe partner heeft meestal geen directe invloed op kinderalimentatie. Beide biologische ouders blijven verantwoordelijk voor hun eigen kinderen.

Er zijn twee uitzonderingen waarbij het inkomen van de nieuwe partner wél kan meetellen:

Stiefouder worden

Dit gebeurt wanneer:

  • De ex-partner en nieuwe partner trouwen of een geregistreerd partnerschap aangaan
  • De kinderen tot hun gezin behoren

Ouderlijk gezag krijgen

Krijgt de nieuwe partner ouderlijk gezag over de kinderen? Dan moet deze persoon meebetalen aan de verzorging.

In beide gevallen kan de alimentatieplichtige de rechter vragen om verlaging. De rechter bekijkt dan alle omstandigheden voordat er een beslissing komt.

Begrip van draagkracht bij het vaststellen van alimentatie

Draagkracht bepaalt hoeveel iemand kan betalen aan alimentatie. Dit wordt berekend op basis van het netto besteedbaar inkomen na aftrek van vaste lasten.

Belangrijke factoren voor draagkracht:

  • Netto inkomen van de alimentatieplichtige
  • Vaste maandlasten (30% woonkosten, verzekeringen)
  • Aantal onderhoudsplichtigen
  • Eigen behoeften voor levensonderhoud

Verandert de draagkracht? Dan kan dit reden zijn om de alimentatie aan te passen.

Dit gebeurt alleen bij grote financiële veranderingen.

Een nieuwe partner kan indirect invloed hebben op draagkracht. Bijvoorbeeld wanneer de nieuwe partner geen eigen inkomen heeft en ook onderhouden moet worden.

De rechter kijkt altijd naar de totale financiële situatie van beide ouders voordat alimentatie wordt aangepast.

Belangrijke juridische en praktische aandachtspunten

Het verzwijgen van samenwonen kan juridische gevolgen hebben.

Het vastleggen van nieuwe afspraken in een convenant zorgt voor duidelijkheid en voorkomt problemen.

Consequenties van verzwijgen van samenwonen

De ex-partner die alimentatie ontvangt moet melden wanneer hij of zij gaat samenwonen. Deze meldplicht staat vaak in het echtscheidingsconvenant.

Juridische gevolgen van verzwijgen:

  • Terugbetaling van onterecht ontvangen alimentatie
  • Mogelijk een boete of schadevergoeding
  • Verlies van geloofwaardigheid bij de rechter

De alimentatieplichtige kan de rechter vragen om bewijs van samenwonen. Dit kan door middel van:

  • GBA-uittreksel of BRP-gegevens
  • Getuigenverklaringen van buren
  • Foto’s of andere bewijsstukken

De rechter kan bepalen dat alimentatie moet worden terugbetaald vanaf het moment van samenwonen.

Dit geldt ook als de samenwoning niet werd gemeld.

Vastleggen van afspraken in een convenant

Nieuwe afspraken over alimentatie moeten altijd schriftelijk worden vastgelegd. Een convenant voorkomt misverstanden en biedt juridische zekerheid.

Belangrijke elementen in het convenant:

  • Datum waarop alimentatie stopt of wijzigt
  • Definitie van samenwonen
  • Meldplicht bij nieuwe relaties
  • Afspraken over terugbetaling

De afspraken kunnen worden vastgelegd door een notaris, advocaat of mediator. Een notariële akte heeft de kracht van een rechterlijke uitspraak.

Zonder schriftelijke afspraken kan discussie ontstaan over wanneer alimentatie moet stoppen.

De rechter moet dan beslissen op basis van de feiten en omstandigheden.

Verschillende situaties en hun impact op alimentatie

De impact van een nieuwe partner hangt af van het type relatie en of er sprake is van kinderen of een ex-partner. Samenwonen heeft andere gevolgen dan trouwen, en kinderalimentatie volgt andere regels dan partneralimentatie.

Uitgangspunten bij alimentatie voor ongehuwd samenwonen

Partneralimentatie kan veranderen wanneer een ex-partner gaat samenwonen. De hoogte hangt af van wat iemand nodig heeft en wat de ander kan betalen.

Heeft de nieuwe partner inkomen? Dan kan deze meebetalen aan woonkosten.

De ex-partner heeft dan lagere kosten en houdt meer geld over. Dit kan betekenen dat er meer partneralimentatie betaald moet worden.

Heeft de nieuwe partner geen inkomen? Dan ontstaan er juist extra kosten.

De ex-partner moet de nieuwe partner onderhouden en alle woonlasten alleen betalen. Hierdoor kan de partneralimentatie omlaag gaan.

Bij kinderalimentatie geldt een andere regel. Een nieuwe partner heeft geen directe invloed op de onderhoudsplicht voor kinderen.

Beide ouders blijven verantwoordelijk voor hun eigen kinderen.

Het inkomen van een nieuwe partner telt niet mee bij de berekening.

Ook al woont iemand samen, de alimentatie voor kinderen blijft gebaseerd op het inkomen van de ouders.

Specifieke situaties bij samengestelde gezinnen

Bij huwelijk of een geregistreerd partnerschap stopt partneralimentatie meestal volledig.

De nieuwe partner krijgt dan een wettelijke zorgplicht.

Kinderalimentatie blijft wel doorlopen.

Alleen wanneer de kinderen officieel bij de nieuwe partner staan ingeschreven, kan er sprake zijn van herziening.

De nieuwe partner wordt dan officieel stiefouder.

Een proefperiode kan van toepassing zijn.

Dit staat vaak in het echtscheidingsconvenant.

Tijdens samenwonen met een nieuwe partner krijgt de ex-partner dan tijdelijk geen partneralimentatie.

Na de proefperiode stopt de partneralimentatie definitief.

Gaat de nieuwe relatie uit tijdens de proefperiode? Dan gaat de partneralimentatie weer verder zoals voorheen.

Bewijslast is belangrijk.

Wil iemand stoppen met partneralimentatie betalen? Dan moet bewezen worden dat de ex-partner samenwoont en voor elkaar zorgt.

Veelgestelde vragen

Hieronder vindt u antwoorden op de meest voorkomende vragen over alimentatie wanneer uw ex een nieuwe relatie aangaat.

Hoe beïnvloedt het krijgen van een nieuwe partner door mijn ex de hoogte van de alimentatie?

De hoogte van partneralimentatie hangt af van de behoefte van de ontvanger en de draagkracht van de betaler.

Het inkomen van de nieuwe partner telt niet direct mee bij de berekening.

Wanneer de ex gaat samenwonen met een nieuwe partner, kunnen de woonkosten en andere uitgaven veranderen.

Als de nieuwe partner inkomen heeft en meebetaalt aan de kosten, heeft de ex mogelijk minder behoefte aan alimentatie.

Heeft de nieuwe partner geen inkomen? Dan moet de ex deze persoon onderhouden.

Dit kan betekenen dat de ex juist meer behoefte heeft aan alimentatie.

Kan ik mijn alimentatieverplichting wijzigen als mijn ex samenwoont met een nieuwe partner?

Een wijziging van alimentatie is mogelijk wanneer er sprake is van veranderde omstandigheden.

Samenwonen met een nieuwe partner kan zo’n verandering zijn.

De alimentatieplicht kan worden aangepast door samen nieuwe afspraken te maken.

Dit kan in overleg, met een mediator, advocaat of notaris.

Lukt het niet om samen tot afspraken te komen? Dan kan een rechter worden gevraagd om de alimentatie te wijzigen.

Hiervoor is een advocaat nodig.

Let op: wanneer er een niet-wijzigingsbeding in het echtscheidingsconvenant staat, kan de alimentatie alleen worden gewijzigd in bijzondere omstandigheden.

Wat zijn mijn rechten en plichten als mijn ex met een nieuwe partner trouwt of een geregistreerd partnerschap aangaat?

Bij huwelijk of geregistreerd partnerschap van de ex stopt de partneralimentatieplicht volledig.

Dit geldt automatisch wanneer de ex deze stap zet.

Is de ex het niet eens met het stoppen van de alimentatie? Dan kan de rechter worden gevraagd om de alimentatie officieel te beëindigen.

Voor kinderalimentatie gelden andere regels.

Deze stopt niet automatisch wanneer de ex trouwt of een geregistreerd partnerschap aangaat.

Welke bewijzen zijn er nodig om aan te tonen dat de financiële situatie van mijn ex is veranderd door een nieuwe relatie?

Voor het wijzigen van alimentatie moet worden bewezen dat de ex samenwoont en dat beide partners voor elkaar zorgen.

Dit kan complex zijn om aan te tonen.

Bewijs kan bestaan uit: GBA-uittreksels, huurcontracten op beide namen, gezamenlijke rekeningen of verzekeringen.

Ook getuigenverklaringen van buren of familie kunnen helpen.

De rechter kijkt naar de feitelijke situatie.

Officieel op verschillende adressen staan terwijl er wel wordt samengewoond, is niet voldoende om de alimentatie te behouden.

Op welke wijze kan een wijziging in alimentatie aangevraagd worden bij de rechter wanneer mijn ex een nieuwe partner heeft?

Een wijziging van alimentatie bij de rechter vereist juridische bijstand van een advocaat.

Deze procedure heet een wijzigingsverzoek.

De advocaat dient het verzoek in bij de rechtbank.

Hierin wordt uitgelegd waarom de alimentatie moet worden gewijzigd en welk bewijs er is.

De rechter plant een zitting waar beide partijen hun verhaal kunnen doen.

Daarna beslist de rechter of en in welke mate de alimentatie wordt gewijzigd.

Zijn er specifieke omstandigheden waar onder één ouder geen alimentatie meer hoeft te betalen na het aangaan van een nieuwe relatie door de ex-partner?

Partneralimentatie stopt volledig wanneer de ex trouwt, een geregistreerd partnerschap aangaat, of duurzaam samenwoont met een nieuwe partner.

Deze regel geldt in alle gevallen.

Bij kinderalimentatie is de situatie anders.

Deze alimentatie blijft bestaan omdat het om het onderhoud van het kind gaat, niet van de ex-partner.

Sommige echtscheidingsconvenanten bevatten een proefperiode.

Gaat de ex samenwonen? Dan stopt de alimentatie tijdelijk.

Twee mensen in een zakelijke bespreking.
Civiel Recht, Echtscheiding, Personen- en Familierecht

Hoe Draagkracht de Alimentatie Beïnvloedt: Uitleg en Praktische Toepassing

Bij een echtscheiding speelt draagkracht een cruciale rol in het bepalen van alimentatie.

De draagkracht bepaalt hoeveel iemand daadwerkelijk kan betalen aan alimentatie, gebaseerd op het inkomen minus de noodzakelijke kosten voor levensonderhoud.

Deze berekening vormt de basis voor alle alimentatieverplichtingen, zowel voor kinderen als ex-partners.

Een man en een vrouw zitten aan een bureau in een kantoor en bespreken financiële documenten.

De berekening van draagkracht volgt specifieke regels die recent zijn aangepast.

De rechter kijkt naar het netto besteedbare inkomen en houdt rekening met vaste kosten zoals woonlasten en levensonderhoud.

Het maximale draagkrachtpercentage ligt op 70% voor kinderalimentatie en 60% voor partneralimentatie.

Draagkracht kan veranderen door verschillende omstandigheden zoals inkomenswijzigingen of nieuwe gezinssituaties.

Deze veranderingen kunnen leiden tot herziening van de alimentatie, wat flinke financiële gevolgen kan hebben voor beide partijen.

Het begrijpen van deze berekeningen helpt bij het maken van realistische afspraken en het voorkomen van conflicten.

Wat is draagkracht bij alimentatie?

Draagkracht bepaalt hoeveel geld iemand kan betalen aan alimentatie zonder in financiële problemen te komen.

Deze berekening vormt samen met de behoefte van de ontvanger de basis voor alle alimentatiezaken.

Definitie en betekenis van draagkracht

Draagkracht is de financiële ruimte die overblijft nadat alle noodzakelijke kosten zijn afgetrokken van het inkomen.

Het gaat om het bedrag dat beschikbaar is voor het betalen van alimentatie.

Bij de berekening worden vaste kosten afgetrokken zoals:

  • Woonlasten
  • Ziektekosten
  • Basiskosten voor levensonderhoud

De Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak heeft standaard tabellen gemaakt voor deze berekening.

Deze tabellen gebruiken forfaitaire bedragen voor verschillende kostenposten.

Netto besteedbaar inkomen vormt het startpunt van elke berekening.

Hiervan worden de noodzakelijke lasten afgetrokken om de draagkracht te bepalen.

Voor inkomens boven € 2.125 geldt een vaste formule: 70% van het inkomen minus de vaste lasten.

Bij lagere inkomens worden vaste tabelbedragen gebruikt.

Rol van draagkracht in alimentatiezaken

Draagkracht speelt een cruciale rol bij zowel kinderalimentatie als partneralimentatie.

Zonder voldoende draagkracht kan geen alimentatie worden opgelegd.

Bij kinderalimentatie berekenen ze de draagkracht van beide ouders.

Op basis hiervan bepalen ze welk deel elk van hen bijdraagt aan de kosten van de kinderen.

Het aandeel wordt verdeeld naar verhouding van de draagkracht van elke ouder.

De ouder met meer draagkracht betaalt een groter deel van de kinderkosten.

Voor partneralimentatie geldt hetzelfde principe.

De rechter kijkt naar de behoefte van de ex-partner en de beschikbare draagkracht van degene die moet betalen.

Draagkracht verandert soms door wijzigingen in inkomen of kosten.

Dit kan leiden tot aanpassing van de alimentatie door de rechter.

Het belang van draagkrachtberekening

Een groep mensen zit rond een tafel in een kantoor en bespreekt financiële documenten met een adviseur.

Draagkrachtberekening bepaalt hoeveel iemand kan betalen aan alimentatie zonder financiële problemen te krijgen.

Deze berekening beschermt zowel de alimentatieplichtige tegen armoede als zorgt voor eerlijke bijdragen aan kinderkosten.

Wanneer wordt draagkracht berekend?

Draagkrachtberekening vindt plaats bij elke alimentatiezaak.

Dit gebeurt tijdens scheiding of wanneer ouders uit elkaar gaan.

De berekening wordt ook gemaakt bij wijzigingen in inkomen.

Een baan verliezen of promotie krijgen kan de draagkracht veranderen.

Rechters gebruiken deze berekening om faire alimentatiebedragen vast te stellen.

Zonder draagkrachtberekening zou alimentatie te hoog of te laag kunnen zijn.

De rechtspraak vereist deze berekening in alle alimentatiezaken.

Het is geen optie maar een wettelijke verplichting.

Ook bij herziening van bestaande alimentatie wordt draagkracht opnieuw berekend.

Omstandigheden veranderen en alimentatie moet daarop aangepast worden.

Draagkracht en juridische verplichtingen

De wet verplicht rechters om draagkracht te berekenen voordat alimentatie wordt vastgesteld.

Dit staat beschreven in de alimentatiewetgeving.

Rechtspraak moet twee dingen bekijken: de behoefte van het kind en de draagkracht van de ouder.

Beide zijn even belangrijk.

Draagkrachtberekening voorkomt dat mensen teveel alimentatie moeten betalen.

Dit beschermt hen tegen financiële problemen.

De berekening gebruikt vaste regels en tabellen.

Hierdoor krijgen mensen in vergelijkbare situaties vergelijkbare uitkomsten.

Rechters kunnen niet zomaar een bedrag verzinnen.

Ze moeten de draagkrachtberekening volgen die in het Tremarapport staat.

Zelfredzaamheid en bestaansminimum

Het bestaansminimum speelt een grote rol bij draagkrachtberekening.

Niemand hoeft onder dit minimum te leven vanwege alimentatie.

De berekening houdt rekening met basiskosten zoals wonen, eten en kleding.

Deze kosten trekken ze altijd eerst af.

Zelfredzaamheid betekent dat iemand genoeg geld moet overhouden om zichzelf te onderhouden.

Dit is een belangrijk principe in het alimentatierecht.

Bij lage inkomens tot €1.875 gelden speciale regels.

Deze mensen hebben vaak weinig of geen draagkracht voor alimentatie.

De draagkrachttabel van 2025 toont duidelijk hoeveel mensen met verschillende inkomens kunnen bijdragen.

Dit maakt de berekening transparant en voorspelbaar.

Hoe wordt draagkracht berekend?

De draagkrachtberekening gebruikt vaste tabellen en formules om te bepalen hoeveel iemand maandelijks kan betalen aan alimentatie.

Het netto besteedbaar inkomen vormt de basis voor deze berekening, waarbij specifieke normen en percentages worden toegepast.

Berekeningsmethoden en tabellen

De draagkrachtberekening werkt met officiële tabellen die jaarlijks worden vastgesteld.

Deze tabellen bevatten verschillende inkomensschijven met bijbehorende percentages.

Voor inkomens tot €2.125 gelden vaste tabelbedragen.

Dit voorkomt grote verschillen tussen inkomensgroepen die dicht bij elkaar liggen.

Bij hogere inkomens vanaf €2.125 gebruiken ze een formule:

  • Draagkracht = 70% van [NBI – (0,3 x NBI + 1.310)]

De berekening houdt rekening met woonlasten, noodzakelijke uitgaven en andere financiële verplichtingen.

Bijzondere omstandigheden kunnen de standaardberekening aanpassen.

Het netto besteedbaar inkomen (NBI) als basis

Het netto besteedbaar inkomen is het startpunt voor elke draagkrachtberekening.

Dit bedrag vormt de basis waarop alle verdere berekeningen worden gemaakt.

Het NBI berekenen ze door van het netto inkomen alle vaste lasten af te trekken.

Denk aan hypotheek, huur, verzekeringen en andere maandelijkse verplichtingen.

Van dit NBI bepalen ze vervolgens hoeveel ruimte er is voor alimentatie.

De tabellen geven per inkomensschijf aan welk percentage beschikbaar is.

Lagere inkomens hebben minder draagkracht dan hogere inkomens.

De percentages in de tabellen laten dit verschil goed zien.

Tremanormen en alimentatienormen

De Tremanormen vormen de basis voor alimentatieberekeningen in Nederland. Ze passen deze normen regelmatig aan op de economische situatie.

Het rapport alimentatienormen bevat alle officiële tabellen en formules. Rechtbanken gebruiken deze normen bij het vaststellen van alimentatie.

De alimentatienormen geven specifieke bedragen voor:

  • Woonbudget per inkomensschijf
  • Noodzakelijke lasten
  • Draagkrachtloze inkomens
  • Percentages vrije ruimte

Deze normen zorgen voor consistente berekeningen bij alle alimentatiezaken. Alleen in bijzondere gevallen wijken rechters hiervan af.

Draagkracht voor kinderalimentatie

Bij kinderalimentatie werkt draagkracht net even anders dan bij partneralimentatie. De berekening gebruikt vaste bedragen, niet de werkelijke kosten.

De rechter kijkt naar beide ouders en hun financiële mogelijkheden.

Specifieke regels en berekening

Voor kinderalimentatie gebruikt de rechter een draagkrachtformule uit de Tremanormen. Familierechters hebben deze normen vastgesteld.

De berekening werkt met forfaitaire bedragen. Dus de rechter gebruikt vaste kosten voor:

  • Woonlasten
  • Ziektekosten
  • Boodschappen
  • Persoonlijke verzorging

De werkelijke lasten van de ouder tellen niet mee. De rechter kijkt gewoon naar het besteedbare inkomen min deze vaste bedragen.

Belangrijke regel: Kinderalimentatie kan nooit hoger zijn dan de berekende draagkracht. Dat beschermt de betalende ouder tegen onredelijke bedragen.

Verdeling van draagkracht tussen ouders

Beide ouders moeten bijdragen aan de kosten van hun kinderen. De verdeling hangt af van hun draagkracht.

Een ouder met een hoger inkomen krijgt meer draagkracht toegewezen. Die ouder betaalt dus meer alimentatie.

Bij meerdere kinderen verdeelt de rechter de draagkracht. Als een ouder een nieuw kind krijgt, vermindert dat de draagkracht voor de andere kinderen.

De rechter berekent het aandeel van elke ouder op basis van hun financiële mogelijkheden. Meestal betaalt de ouder waar de kinderen niet wonen alimentatie aan de ander.

Draagkracht en de behoeften van het kind

Het uitgangspunt is dat kinderen er financieel niet op achteruit mogen gaan door de scheiding. De rechter stelt eerst de behoefte van het kind vast.

De draagkracht bepaalt hoeveel elke ouder maximaal kan bijdragen. Soms is de totale draagkracht van beide ouders lager dan de behoefte van het kind.

Aanvaardbaarheidstoets: Leidt de alimentatie tot financiële problemen? Dan kan de betalende ouder een beroep doen op deze toets.

  • De ouder kan niet meer in noodzakelijke levenskosten voorzien
  • Er blijft minder dan 90% van de bijstandsnorm over

De rechter weegt dan de behoefte van het kind af tegen de financiële draagkracht van de ouder.

Draagkracht en partneralimentatie

Bij partneralimentatie werkt draagkracht weer net wat anders dan bij kinderalimentatie. De behoeftigheid van de ex-partner en de financiële mogelijkheden van de betalende partij bepalen samen het bedrag.

Verschillen tussen kinder- en partneralimentatie

Kinderalimentatie gaat altijd voor op partneralimentatie. Dus eerst berekent de rechter de kinderalimentatie, en daarna kijkt hij hoeveel draagkracht er nog overblijft voor partneralimentatie.

De berekening van draagkracht verschilt per soort alimentatie. Bij kinderalimentatie staat het belang van het kind voorop.

Bij partneralimentatie kijkt de rechter meer naar wat redelijk is tussen ex-partners. Partneralimentatie is tijdelijk. De duur hangt af van hoe lang het huwelijk duurde.

Kinderalimentatie duurt meestal tot het kind 21 is. Verliest de alimentatiebetaler zijn baan? Dan herberekenen ze direct de draagkracht voor partneralimentatie.

Kinderalimentatie blijft vaak bestaan, zelfs bij verminderd inkomen.

Behoeftigheid en draagkracht bij ex-partners

De hoogte van partneralimentatie hangt af van twee factoren: de behoefte van de ex-partner en de draagkracht van de betaler.

Behoefte berekenen ze op basis van kosten voor levensonderhoud. Denk aan huur, voeding en andere noodzakelijke kosten.

Het inkomen van de ex-partner trekken ze hiervan af. Draagkracht hangt af van het netto inkomen min de eigen kosten van levensonderhoud.

Eigen vermogen kan de berekening beïnvloeden. Zowel spaargeld als schulden tellen mee.

Heeft de ex-partner na betaling van alimentatie een hoger inkomen dan de betaler? Dan past de rechter het bedrag naar beneden aan.

Veranderingen in omstandigheden kunnen leiden tot herberekening. Denk aan een nieuwe baan, andere woonlasten of veranderingen in vermogen.

Invloed van rechtspraak en ontwikkelingen

De rechtspraak speelt een grote rol bij het bepalen van draagkracht voor alimentatie. Recente uitspraken van de Hoge Raad hebben voor meer duidelijkheid gezorgd, maar ook voor nieuwe discussies over alimentatienormen.

Rol van de Hoge Raad en recente uitspraken

De Hoge Raad heeft in 2025 belangrijke uitspraken gedaan over alimentatie. Deze beslissingen beïnvloeden hoe rechtbanken draagkracht berekenen.

Een recente uitspraak van de Hoge Raad geeft meer duidelijkheid in lopende procedures. Tegelijkertijd zorgt deze uitspraak voor nieuwe onzekerheid over partneralimentatie.

Gevolgen van de uitspraak:

  • Meer ruimte voor hogere partneralimentatie
  • Verhoogde rechtsonzekerheid in nieuwe zaken
  • Duidelijkere regels voor bestaande procedures

Rechtbanken passen hun werkwijze aan op basis van deze nieuwe richtlijnen. Dit heeft direct invloed op de berekening van draagkracht bij alimentatiezaken.

De uitspraak raakt vooral zaken waar het netto besteedbaar inkomen hoger is dan €2.125 per maand. Bij deze inkomens gebruiken rechtbanken aangepaste methoden voor draagkracht.

Aanpassingen in normen en beleid

Alimentatienormen worden elk jaar aangepast aan nieuwe inzichten en maatschappelijke ontwikkelingen. De rapporten voor 2024 en 2025 laten zien hoe deze normen zich ontwikkelen.

Belangrijke ontwikkelingen:

  • Jaarlijkse herziening van Tremanormen
  • Aanpassingen aan economische veranderingen
  • Nieuwe richtlijnen voor ondernemers

De verhouding tussen winst, kasstromen en draagkracht bij ondernemers krijgt extra aandacht. Zo kunnen ze beter inschatten wat ondernemers werkelijk kunnen betalen aan alimentatie.

Rechtbanken gebruiken steeds vaker digitale hulpmiddelen zoals Split-Online. Die tools helpen bij het verdelen van draagkracht in samengestelde gezinnen.

De wet eist dat ouders naar draagkracht bijdragen aan kinderkosten. Nieuwe normen maken deze berekeningen preciezer en eerlijker voor iedereen.

Frequently Asked Questions

Bij draagkrachtberekening kijken rechters naar het netto inkomen na aftrek van noodzakelijke kosten. Veranderingen in inkomen of uitgaven kunnen leiden tot aanpassing van de alimentatie.

Factoren zoals nieuwe kinderen en levensstandaard spelen een rol.

Hoe wordt draagkracht berekend bij het vaststellen van alimentatie?

De rechter bepaalt eerst het netto inkomen van de alimentatieplichtige. Van dat bedrag trekken ze noodzakelijke kosten af zoals woonkosten, zorgverzekering en andere vaste lasten.

Het resterende bedrag is de draagkracht. Daarna verdelen ze deze tussen kinderalimentatie en eventuele partneralimentatie.

Kinderalimentatie gaat altijd voor partneralimentatie. De berekening kijkt ook naar de draagkracht van de ouder bij wie de kinderen wonen.

Beide inkomens tellen mee in de verdeling van de kosten.

Op welke wijze kan een verandering in de financiële situatie de alimentatie beïnvloeden?

Een hoger inkomen betekent vaak meer draagkracht en dus hogere alimentatie.

Andersom zorgt een lager inkomen meestal voor minder draagkracht en lagere alimentatie.

Krijg je nieuwe kosten, zoals een extra hypotheek of een studieschuld? Dan gaat je draagkracht omlaag.

Nieuwe financiële verplichtingen tellen ook gewoon mee bij de berekening.

De alimentatie stijgt elk jaar met een percentage dat de minister van Justitie vaststelt.

Voor 2025 is dat percentage 6,5 procent. Dat is toch best fors.

Welke factoren worden overwogen bij de herberekening van de draagkracht voor alimentatie?

Inkomen uit werk, uitkeringen en een eigen onderneming tellen allemaal mee.

Ook inkomsten uit vermogen, zoals huur of dividend, worden meegenomen in de draagkrachtberekening.

Krijg je een nieuw kind? Dan neemt je draagkracht af, omdat je meer financiële verplichtingen hebt.

Dat kan dus zomaar betekenen dat de alimentatie voor een ex-partner of eerdere kinderen omlaag gaat.

Veranderingen in woonlasten, zorgkosten of andere vaste lasten hebben invloed op de draagkracht.

Hogere of lagere kosten kunnen aanleiding zijn om alles opnieuw te laten berekenen.

Wat is de minimale draagkracht voor het betalen van partneralimentatie?

Voor partneralimentatie geldt een minimumbedrag van €136 per maand.

Kom je daaronder uit, dan hoef je geen partneralimentatie te betalen.

Deze minimumgrens geldt niet voor kinderalimentatie.

Ouders moeten altijd bijdragen aan de kosten van hun kinderen, zelfs als ze weinig verdienen.

De grens wordt elk jaar aangepast.

Bij een heel laag inkomen kan de rechter besluiten dat je geen draagkracht hebt voor partneralimentatie.

Hoe wordt inkomen uit arbeid of onderneming meegenomen in de draagkrachtberekening?

Het netto inkomen uit werk vormt de basis voor de berekening van je draagkracht.

Belastingen en premies gaan eraf, zodat je besteedbare inkomen overblijft.

Ben je ondernemer? Dan kijkt men naar je winst na aftrek van bedrijfskosten.

Ze houden ook rekening met schommelingen in je inkomen over meerdere jaren.

Inkomen uit bijbanen, overwerk of freelanceklussen telt gewoon mee.

De rechter kijkt eigenlijk altijd naar het totale inkomen uit alle bronnen.

In hoeverre speelt de levensstandaard een rol bij het bepalen van de hoogte van de alimentatie?

De levensstandaard tijdens het huwelijk vormt meestal het uitgangspunt voor partneralimentatie. Je ex-partner mag dus verwachten dat hij of zij na de scheiding ongeveer op hetzelfde niveau kan blijven leven.

Voor kinderen ligt het iets anders. Zij moeten kunnen profiteren van het inkomen van beide ouders.

Als één van de ouders een flink hoger inkomen heeft, dan kan dat betekenen dat de kinderen een hogere levensstandaard krijgen.

De rechter weegt af wat redelijk is en kijkt naar wat beide partijen daadwerkelijk kunnen betalen. Heel extreme levensstandaarden neemt de rechter meestal niet helemaal mee in de berekening.

v2-127u8z-py6ik
Echtscheiding, familierecht, Personen- en Familierecht

Co-ouderschap: hoe werkt het in de praktijk? Praktische uitleg

Co-ouderschap lijkt op papier ideaal na een scheiding. Beide ouders blijven betrokken en de zorg wordt eerlijk verdeeld.

Co-ouderschap betekent dat beide gescheiden ouders een gelijkwaardige rol spelen in het leven van hun kind, waarbij de opvoeding en zorgtaken ongeveer gelijk worden verdeeld.

Het draait om meer dan tijdsverdeling. Echte samenwerking tussen ex-partners is nodig.

In de praktijk brengt co-ouderschap de nodige uitdagingen met zich mee. Ouders moeten leren communiceren als collega’s in plaats van exen.

Ze maken praktische afspraken over zorg en financiën. Flexibiliteit is belangrijk als dingen veranderen.

Niet elke scheiding leent zich voor deze vorm van ouderschap. Soms werkt het gewoon niet.

Van verschillende zorgverdelingen tot essentiële afspraken in een ouderschapsplan: hier lees je hoe co-ouderschap er in het dagelijks leven uitziet en wat het zo lastig (of juist fijn) maakt.

Wat is co-ouderschap precies?

Twee ouders zitten samen aan een tafel met hun spelend kind tussen hen in in een lichte en warme keuken.

Co-ouderschap betekent dat beide gescheiden ouders gelijkwaardig betrokken blijven bij de opvoeding en verzorging van hun kinderen. Het gaat verder dan alleen tijdsverdeling.

Ze delen de verantwoordelijkheid voor belangrijke beslissingen en dagelijkse zorg. Je moet dus echt samenwerken.

Betekenis en definitie van co-ouderschap

Co-ouderschap is een vorm van ouderschap waarbij beide ouders na een scheiding actief betrokken blijven bij hun kinderen. De opvoeding en zorgtaken worden ongeveer gelijk verdeeld tussen beide ouders.

Bij co-ouderschap wonen kinderen afwisselend bij beide ouders. Dat kan op verschillende manieren.

  • Week op/week af: kinderen verblijven een hele week bij elke ouder
  • 2-2-3 verdeling: twee dagen bij ouder A, twee dagen bij ouder B, drie dagen bij ouder A
  • Andere verdelingen: afhankelijk van de specifieke situatie

Het draait niet alleen om tijd samen. Beide ouders moeten:

  • Samen belangrijke beslissingen nemen
  • Regelmatig overleggen over de kinderen
  • Elkaar op de hoogte houden van school en activiteiten
  • De kosten delen

Co-ouderschap na een scheiding

Na een scheiding kunnen ouders kiezen voor co-ouderschap. Geen van beide ouders wordt dan de hoofdverzorger.

Gescheiden ouders die co-ouderschap willen, leggen dit vast in een ouderschapsplan. Hierin staan afspraken over:

  • Waar de kinderen wanneer verblijven
  • Wie verantwoordelijk is voor school en opvang
  • Hoe kosten worden verdeeld
  • Welke communicatie-afspraken gelden

Soms moet het ouderschapsplan naar de rechtbank. Dat hangt af van de situatie en of ouders het eens zijn.

Het helpt als beide ouders dicht bij elkaar wonen. Kinderen moeten makkelijk naar school, sport en vrienden kunnen blijven gaan.

Co-ouderschap en ouderlijk gezag

Ouderlijk gezag en co-ouderschap zijn niet hetzelfde. Na een scheiding behouden beide ouders meestal het ouderlijk gezag over hun kinderen.

Dat betekent dat ze samen beslissingen mogen nemen over belangrijke zaken. Co-ouderschap gaat verder: ouders zorgen ook praktisch gelijkwaardig voor hun kinderen.

Verschil tussen ouderlijk gezag en co-ouderschap:

Ouderlijk gezag Co-ouderschap
Recht om beslissingen te nemen Gelijke verdeling van dagelijkse zorg
Vaak bij beide ouders na scheiding Kinderen wonen afwisselend bij beide ouders
Juridische verantwoordelijkheid Praktische uitvoering van opvoeding

Bij co-ouderschap hebben beide ouders meestal ook het ouderlijk gezag. Soms heeft een ouder wel gezag, maar doet niet mee aan co-ouderschap, bijvoorbeeld als ze te ver uit elkaar wonen.

Het Nederlands Jeugdinstituut zegt dat co-ouderschap alleen werkt als ouders goed kunnen communiceren en samenwerken. Dat klinkt logisch, toch?

Vormen van co-ouderschap in de praktijk

Twee volwassenen en kinderen die samen in een woonkamer een activiteit doen, wat co-ouderschap laat zien.

Co-ouderschap kent verschillende vormen, van gelijke tijdsverdeling tot flexibele arrangementen. De keuze hangt af van de leeftijd van de kinderen, de afstand tussen de huizen, en wat praktisch haalbaar is.

50/50-verdeling en alternatieven

Bij een 50/50-verdeling zijn kinderen ongeveer evenveel bij beide ouders. Vaak betekent dat een week bij moeder, dan een week bij vader.

Een andere optie is de 2-2-3 verdeling. Kinderen zijn twee dagen bij ouder A, twee dagen bij ouder B, en drie dagen weer bij ouder A. Daarna wisselt het.

De 5-5 verdeling werkt anders. Ouder A heeft maandag-dinsdag, ouder B woensdag-donderdag, en het weekend wisselt telkens.

Alternatieven:

  • 60/40 verdeling voor meer rust
  • Om de twee weken wisselen
  • Drie-vier dagen per ouder

Zorgverdeling afgestemd op de leeftijd van het kind

Jonge kinderen onder de vier jaar hebben meer behoefte aan routine en een vaste verzorger. Een 70/30 of 80/20 verdeling past vaak beter.

Schoolgaande kinderen kunnen vaker wisselen. Een weekritme werkt dan prima, want dat sluit aan bij de schoolweek.

Leeftijdsgroepen:

  • 0-4 jaar: Kortere periodes, maximaal 2-3 nachten
  • 4-12 jaar: Weekritme of langere periodes mogelijk
  • 12+ jaar: Meer inspraak van het kind zelf

Tieners hebben vaak hun eigen plannen. Dan is het handig als je flexibel kunt zijn met het schema.

Hoofdverblijfplaats en adressen

Ouders moeten bepalen waar het kind officieel ingeschreven staat. Dit heeft invloed op schoolkeuze, zorgverzekering en kinderbijslag.

Kinderen staan meestal op één adres ingeschreven, ook al wonen ze bij beide ouders. Dit heet de hoofdverblijfplaats.

Praktische gevolgen:

  • Schoolkeuze hangt samen met hoofdverblijfplaats
  • Post komt op één adres binnen
  • Officiële documenten gebruiken dit adres

Sommige gemeenten staan dubbele inschrijving toe. Dan kunnen kinderen op beide adressen staan ingeschreven.

De afstand tussen de huizen is belangrijk. Als de huizen te ver uit elkaar liggen, wordt het lastig voor kinderen om vaak te wisselen.

Birdnesting als variant

Bij birdnesting blijven de kinderen in hetzelfde huis wonen. De ouders wisselen elkaar af in het gezinshuis.

Kinderen houden zo hun vertrouwde omgeving. Ze hoeven hun spullen niet steeds te verhuizen.

Voordelen van birdnesting:

  • Kinderen blijven op één plek
  • Nooit meer spullen vergeten
  • School en vrienden zijn altijd dichtbij

Nadelen:

  • Ouders hebben extra woonruimte nodig
  • Hogere woonlasten
  • Minder privacy voor ouders

Birdnesting werkt meestal als tijdelijke oplossing na een scheiding. Het geeft kinderen wat tijd om te wennen aan alles wat verandert.

Essentiële afspraken en het ouderschapsplan

Bij co-ouderschap zijn heldere afspraken echt onmisbaar. Het ouderschapsplan vormt de basis, met duidelijke regels over omgang, financiën en kinderkosten.

Ouderschapsplan opstellen

Een ouderschapsplan is wettelijk verplicht als je uit elkaar gaat met kinderen onder de 18. Ook als je nooit getrouwd bent geweest, blijft zo’n plan essentieel.

Het plan bevat afspraken over de verdeling van zorg en verantwoordelijkheden. Je stelt het samen op, nog vóór de scheiding definitief wordt.

Verplichte onderdelen in het ouderschapsplan:

  • Hoofdverblijfplaats van het kind
  • Zorgverdeling tussen beide ouders
  • Vakantie- en feestdagenregeling
  • Informatie-uitwisseling over school en gezondheid
  • Kosten en financiële verantwoordelijkheden

De rechter checkt of het plan compleet is. Ontbreekt er iets, dan kan de scheiding pas doorgaan als het plan is aangepast.

Omgangsregeling voor kinderen

De omgangsregeling legt vast wanneer het kind bij welke ouder verblijft. Bij co-ouderschap verdeel je de tijd meestal gelijk.

Veelgebruikte verdelingen:

  • Week op, week af
  • 2-2-3 verdeling (maandag-dinsdag bij ouder A, woensdag-donderdag bij ouder B, vrijdag-zondag afwisselend)
  • 4-3 verdeling

Beide ouders moeten redelijk dicht bij school en vrienden wonen. Te veel reizen is gewoon niet fijn voor een kind en verstoort het ritme.

Flexibiliteit blijft belangrijk, want soms loopt het anders. Je maakt afspraken over ziekte, schoolevenementen en onverwachte dingen.

Financiële afspraken en kinderkosten

Meestal delen ouders de kinderkosten bij co-ouderschap. Hoe je dat doet, hangt af van inkomen en zorgverdeling.

Vaste kosten die geregeld moeten worden:

  • Kleding en schoolspullen
  • Sportclubs en hobby’s
  • Medische kosten
  • Schoolreizen en uitstapjes

Je spreekt af wie wat betaalt. Zo voorkom je gedoe achteraf. Het is slim om een administratie bij te houden van de uitgaven.

Extra kosten boven het gewone onderhoud deel je vaak naar inkomen. Bijvoorbeeld: de een betaalt 60%, de ander 40% van een dure schoolreis.

Kinderalimentatie en kinderrekening

Bij gelijke zorgverdeling is kinderalimentatie meestal niet nodig. Elke ouder betaalt de kosten tijdens zijn of haar zorgdagen.

Als het inkomen erg verschilt, kun je toch alimentatie afspreken. De ouder met het hogere inkomen legt dan bij.

Een gezamenlijke kinderrekening maakt het overzichtelijk. Beide ouders storten maandelijks een vast bedrag.

Voordelen van een kinderrekening:

  • Transparantie over uitgaven
  • Geen gezeur over wie wat betaalt
  • Automatische verdeling van kosten

Het kindgebonden budget en kinderbijslag gaan naar de ouder waar het kind officieel woont. Die ouder kan besluiten dit te delen, maar dat hoeft niet.

Communicatie en samenwerking tussen co-ouders

Goede communicatie is echt de basis van co-ouderschap. Er zijn allerlei samenwerkingsvormen, en duidelijke afspraken over de opvoeding zijn gewoon nodig.

Coöperatief ouderschap versus parallel ouderschap

Bij coöperatief ouderschap werken ouders intensief samen. Ze overleggen vaak en nemen samen beslissingen. Dit werkt alleen als je respectvol met elkaar omgaat.

Parallel ouderschap is meer geschikt als er veel spanning is. Je beperkt het contact tot het hoognodige en maakt strakke afspraken. Ieder doet het op zijn eigen manier tijdens zijn tijd.

De meeste mensen zitten ergens tussen deze vormen in. Je overlegt over de grote lijnen, maar vermijdt discussies over kleine dingen.

Mediation kan helpen om een vorm te kiezen die past. Een mediator helpt om de communicatie te verbeteren.

Afspraken over opvoeding en dagindeling

Duidelijke afspraken voorkomen een hoop gedoe. Je moet samen afspraken maken over allerlei onderwerpen:

Dagelijkse zaken:

  • Bedtijden en routines
  • Schermtijd en spelregels
  • Huiswerk en schoolzaken
  • Vriendjes en activiteiten

Belangrijke beslissingen:

  • Schoolkeuze
  • Medische zorg
  • Hobby’s en sport
  • Vakantieplannen

Een communicatie-app is handig voor het delen van informatie. Je kunt afspraken, foto’s en updates delen, zodat iedereen op de hoogte blijft.

Flexibiliteit blijft nodig. Kinderen veranderen, en afspraken moeten soms gewoon mee veranderen.

Conflicten voorkomen en oplossen

Voorkomen is beter dan genezen. Je voorkomt conflicten door:

  • Emoties uit de communicatie te houden
  • Kort en zakelijk te blijven
  • Alleen over de kinderen te praten
  • Niet reageren op provocaties
  1. Pauzeer voor je reageert
  2. Focus op het belang van het kind
  3. Zoek naar een compromis
  4. Vraag hulp als je er niet uitkomt

Professionele hulp is er genoeg. Mediation helpt om samen een oplossing te vinden. Soms heb je een gezinstherapeut nodig als je steeds in dezelfde valkuilen trapt.

Een communicatieprotocol kan uitkomst bieden. Je spreekt dan precies af wanneer en waarover je communiceert. Dat geeft wat rust en voorkomt emotionele discussies.

Voor- en nadelen van co-ouderschap

Co-ouderschap heeft flinke voordelen voor kinderen en ouders, maar het is niet altijd makkelijk. Je moet goede afspraken maken en blijven communiceren.

Voordelen voor kinderen en ouders

Kinderen hebben het meeste baat bij co-ouderschap. Ze houden contact met allebei en hoeven niet te kiezen.

Voor kinderen:

  • Contact met beide ouders blijft
  • Geen schuldgevoelens over loyaliteit
  • Stabiliteit door voorspelbare regelmaat
  • Opvoedstijlen kunnen elkaar aanvullen

Voor ouders:

Je krijgt als ouder tijd om op te laden. Niemand hoeft alles alleen te doen.

Je hebt af en toe echt vrije tijd als de kinderen bij de ander zijn. Dat geeft ruimte voor werk, hobby’s of vrienden.

De kosten deel je. Je betaalt samen voor dingen als school, sport en kleding.

Uitdagingen en veelvoorkomende valkuilen

Je moet veel overleggen, zeker als de relatie niet soepel verloopt.

Communicatie-uitdagingen:

  • Vaak afstemmen over opvoeding
  • Verschillende meningen over regels en grenzen
  • Agenda’s en activiteiten op elkaar afstemmen

Praktische problemen:

Je moet allebei in dezelfde regio wonen. Dat beperkt je woonkeuze en kan duur zijn.

Dubbele spullen zijn bijna onvermijdelijk. Denk aan speelgoed, kleding en meubels in beide huizen.

Voor sommige kinderen is het wisselen tussen huizen lastig. Ze kunnen stress krijgen van steeds een andere omgeving.

Tips voor succesvol co-ouderschap

Co-ouderschap vraagt echt een andere aanpak dan een gewone omgangsregeling. Maak meteen na de scheiding praktische afspraken en gebruik handige hulpmiddelen. Dat voorkomt chaos en maakt samenwerken een stuk makkelijker.

Praktische adviezen direct na de scheiding

Communicatie en grenzen
Gescheiden ouders moeten hun communicatie aanpassen. Ze praten alleen over de kinderen. Persoonlijke onderwerpen? Die laten ze links liggen.

Een vast moment voor overleg werkt het beste. Bijvoorbeeld elke zondag om 19:00 via de telefoon.

Dit voorkomt onduidelijkheid.

Zorgverdeling vastleggen

  • Wie brengt naar school op welke dagen?
  • Hoe verdelen ze de vakanties?
  • Wat gebeurt er bij ziekte van een kind?
  • Wie gaat naar ouderavonden?

Deze afspraken moeten gewoon op papier. Een ouderschapsplan helpt hierbij.

Financiële afspraken maken
Beide ouders delen de kosten van de kinderen. Denk aan schoolgeld, kleding en sport.

Een gezamenlijke rekening voor kindkosten kan handig zijn.

Eén ouder houdt het overzicht van uitgaven bij. De ander krijgt maandelijks een overzicht.

Dit voorkomt gedoe over geld.

Handige hulpmiddelen en ondersteuning

Apps en digitale tools
Speciale co-ouderschap apps helpen bij de planning. Ouders kunnen er afspraken inzetten.

Ze delen foto’s van de kinderen. Uitgaven worden bijgehouden.

Populaire apps zijn OurFamilyWizard en 2Houses. Deze tools brengen wat meer duidelijkheid tussen beide huizen.

Professionele begeleiding
Mediation helpt bij moeilijke gesprekken. Een mediator leidt het gesprek tussen de ouders.

Dit werkt meestal beter dan ruziemaken.

Het Nederlands Jeugdinstituut heeft info over co-ouderschap. Ze geven tips en delen onderzoek over wat werkt voor kinderen.

Kinderen ondersteunen
Kinderen hebben tijd nodig om te wennen aan twee huizen. Een vaste weekplanning helpt hen.

Ze weten dan waar ze slapen. Beide ouders moeten dezelfde regels hanteren.

Bedtijden en huiswerk blijven hetzelfde. Dat geeft kinderen rust en duidelijkheid.

Veelgestelde Vragen

Co-ouderschap roept veel praktische vragen op over tijdverdeling, verantwoordelijkheden en juridische procedures. Ouders willen weten hoe beslissingen worden genomen en hoe financiële zaken werken.

Wat zijn de basisprincipes van co-ouderschap na een scheiding?

Co-ouderschap betekent dat beide ouders een gelijke rol spelen in het leven van hun kind. Ze delen de opvoeding en zorg ongeveer evenredig.

Beide ouders houden het gezag over hun kind. Ze nemen samen belangrijke beslissingen over onderwijs, gezondheid en opvoeding.

De ouders wonen apart maar werken samen als collega’s. Ze communiceren regelmatig over het welzijn van hun kind.

Hoe wordt de tijd tussen ouders verdeeld in een co-ouderschapsregeling?

De meest voorkomende verdeling is een week bij de ene ouder, een week bij de andere. Dit geeft beide ouders gelijke tijd met hun kind.

Sommige ouders kiezen voor een 2-2-3 verdeling. Het kind verblijft dan twee dagen bij ouder A, twee dagen bij ouder B, en drie dagen bij ouder A.

Vakanties en feestdagen worden ook verdeeld. Ouders maken afspraken over wie het kind tijdens welke periodes heeft.

Op welke manier wordt de opvoedingsverantwoordelijkheid gedeeld in een co-ouderschap?

Beide ouders blijven verantwoordelijk voor de dagelijkse verzorging van hun kind. Ze zorgen voor eten, kleding, huiswerk en sociale activiteiten.

Schoolzaken regelen ze samen. Beide ouders krijgen informatie van school en gaan naar ouderavonden.

Ze handelen medische zorg samen af. Belangrijke behandelingen bespreken ze samen met de arts.

Welke juridische stappen moeten worden ondernomen om co-ouderschap vast te stellen?

Ouders maken een ouderschapsplan met duidelijke afspraken. Dit plan bevat de zorgverdeling, financiële afspraken en communicatieregels.

Ze kunnen het plan bij de rechtbank indienen voor officiële goedkeuring. Dat geeft extra zekerheid aan beide ouders.

Een mediator of scheidingsadviseur helpt bij het opstellen van het plan. Die zorgt dat alle belangrijke punten aan bod komen.

Hoe wordt kinderalimentatie geregeld bij co-ouderschap?

Bij gelijke tijdverdeling betaalt de ouder met het hoogste inkomen meestal kinderalimentatie. Het bedrag hangt af van het inkomensverschil.

Extra kosten zoals sportclubs, muziekles of schoolreizen delen ouders vaak. Ze maken afspraken over wie wat betaalt.

Kinderbijslag gaat meestal naar de ouder bij wie het kind staat ingeschreven. Soms verdelen ze dit bedrag.

Hoe gaan co-ouders om met belangrijke beslissingen in het leven van het kind?

Ouders nemen grote beslissingen samen. Denk aan schoolkeuze, medische ingrepen of een verhuizing.

Komen ze er niet uit? Dan proberen ze eerst zelf tot een oplossing te komen.

Overleg en het sluiten van compromissen spelen hierbij een grote rol.

Lukt het niet? Dan zoeken ze soms hulp bij een mediator.

In het uiterste geval beslist de rechter.

Twee mensen in een zakelijke discussie.
Civiel Recht, familierecht, Personen- en Familierecht

Erkenning en gezag: de verschillen uitgelegd en toegepast

Als mensen een kind krijgen, komen ze vaak de termen erkenning en gezag tegen. Veel ouders denken dat deze begrippen hetzelfde betekenen, maar dat is toch echt niet zo.

Erkenning betekent dat iemand juridisch ouder wordt van een kind. Gezag draait om het recht om belangrijke beslissingen te nemen over de opvoeding en verzorging.

Twee zakelijke professionals in een kantoor, waarbij een vrouw een certificaat ontvangt en een man autoritair achter een bureau staat.

Dit verschil is vooral relevant voor ongehuwde ouders. Een vader of tweede ouder die een kind erkent, krijgt bepaalde rechten en plichten.

Toch mag diegene niet automatisch alle beslissingen nemen over het kind. Dat zorgt soms voor verwarring.

De Nederlandse wet veranderde in 2023 en paste de regels rond erkenning en gezag aan. Deze wijzigingen raken veel gezinnen, dus het loont om te weten wat beide begrippen precies betekenen en wanneer je ermee te maken krijgt.

Wat zijn erkenning en gezag?

Twee zakelijke professionals in een kantoor die een respectvol gesprek voeren, waarbij één persoon staat en de ander zit.

Erkenning betekent dat iemand juridisch als ouder wordt vastgesteld. Gezag draait om de bevoegdheid om beslissingen te nemen voor een kind.

Deze twee concepten hebben allebei hun eigen gevolgen en rechten. Je kunt ze niet zomaar door elkaar halen.

Definitie van erkenning

Erkenning is de juridische vaststelling van het ouderschap. Door erkenning ontstaat er een familierechtelijke betrekking tussen ouder en kind.

Vooral bij ongehuwde ouders speelt dit een grote rol. De biologische vader moet het kind officieel erkennen om juridisch ouder te worden.

Je kunt een kind erkennen tijdens de zwangerschap of na de geboorte. Beide ouders gaan daarvoor samen naar de gemeente.

Gevolgen van erkenning:

  • Onderhoudsplicht tot het kind 21 jaar is
  • Erfrecht tussen ouder en kind
  • Mogelijke overdracht van nationaliteit
  • Keuze van achternaam voor het kind

Sinds 1 januari 2023 krijgt de erkennende ouder automatisch gezamenlijk gezag. Heb je vóór die datum erkend, dan geldt dit niet met terugwerkende kracht.

Definitie van gezag

Gezag geeft ouders de autoriteit om belangrijke beslissingen te nemen over hun kind. Het omvat rechten én plichten in de opvoeding en verzorging.

Ouders met gezag bepalen bijvoorbeeld waar het kind woont en naar welke school het gaat. Ook beslissen ze over medische behandelingen.

Belangrijke beslissingen die onder gezag vallen:

  • Schoolkeuze en onderwijs
  • Medische behandelingen
  • Religieuze opvoeding
  • Aanvraag officiële documenten

Getrouwde ouders krijgen bij de geboorte automatisch gezamenlijk gezag. Ongehuwde ouders moesten tot 2023 gezag apart aanvragen na erkenning.

Het gezag brengt ook financiële verantwoordelijkheden met zich mee. Ouders zorgen voor onderdak, voeding, kleding en andere zaken die een kind nodig heeft.

Belang van het onderscheid

Het verschil tussen erkenning en gezag merk je in het dagelijks leven. Een ouder kan een kind erkennen zonder autoriteit te hebben over belangrijke beslissingen.

Voor 2023 kwam het vaak voor dat vaders hun kind hadden erkend, maar geen gezag hadden. Daardoor mocht alleen de moeder beslissingen nemen over bijvoorbeeld school of zorg.

De wetswijziging van 2023 veranderde dat. Nu krijgen erkennende ouders direct gezamenlijk gezag.

Waarom het onderscheid belangrijk blijft:

  • Verschillende procedures en kosten
  • Andere momenten waarop je het krijgt
  • Verschillende rechtsgevolgen
  • Impact op co-ouderschap

Ouders die vóór 2023 hebben erkend, moeten nog steeds apart gezag aanvragen bij de rechtbank. Dat kost tijd en geld, maar geeft wel volledige ouderlijke rechten.

De juridische verschillen tussen erkenning en gezag

Twee advocaten in een kantoor bespreken juridische documenten met een weegschaal en een hamer op de achtergrond.

Erkenning maakt iemand juridisch ouder van een kind. Gezag geeft de bevoegdheid om beslissingen te nemen over de opvoeding en verzorging.

Rechten en plichten bij erkenning

Erkenning zorgt voor een juridische band tussen ouder en kind volgens het Burgerlijk Wetboek. De ouder krijgt hierdoor de status van wettelijke ouder.

De erkenning brengt deze verplichtingen mee:

  • Onderhoudsplicht tot het kind 21 jaar is
  • Erfrecht tussen ouder en kind
  • Naamkeuze voor het kind
  • Mogelijke overdracht van nationaliteit

De erkennende ouder mag niet automatisch beslissen over dagelijkse zaken. Erkenning alleen geeft dus geen recht om keuzes te maken over school, medische zorg of andere grote onderwerpen.

De wet maakt een duidelijk onderscheid tussen juridisch ouderschap en zeggenschap. Erkenning creëert een familierechtelijke band, maar geen beslissingsbevoegdheid.

Rechten en plichten bij gezag

Ouderlijk gezag geeft de bevoegdheid om beslissingen te nemen over een kind. Dit gaat om alle belangrijke keuzes in het leven van het kind.

Belangrijke beslissingsbevoegdheden:

  • Schoolkeuze en onderwijs
  • Medische behandelingen
  • Aanvraag van officiële documenten
  • Verblijfplaats van het kind
  • Opvoeding en verzorging

De ouder met gezag draagt ook financiële verantwoordelijkheid voor dagelijkse kosten. Dit gaat verder dan alleen de onderhoudsplicht uit erkenning.

Het Burgerlijk Wetboek zegt dat gezag zowel rechten als plichten geeft. Ouders moeten in het belang van het kind handelen en zijn verantwoordelijk voor de gevolgen van hun keuzes.

Zonder gezag kun je als juridische ouder geen belangrijke beslissingen nemen. Voor praktische zaken schiet je dan weinig op met alleen erkenning.

Ouders en het ouderlijk gezag

Sinds 1 januari 2023 krijgen ongehuwde ouders automatisch gezamenlijk gezag na erkenning. Vóór die datum moesten ze dit apart aanvragen bij de rechtbank.

Getrouwde ouders krijgen automatisch gezamenlijk ouderlijk gezag bij de geboorte van het kind. Daar hoef je niets extra’s voor te regelen.

De wet maakt onderscheid tussen verschillende situaties:

Situatie Gezag Extra stappen nodig
Getrouwd/geregistreerd partnerschap Automatisch gezamenlijk Nee
Ongehuwd (na 2023) Automatisch na erkenning Nee
Ongehuwd (voor 2023) Alleen moeder Ja, aanvraag rechtbank

Het familierecht bepaalt dat beide ouders gelijke rechten en plichten hebben bij gezamenlijk gezag. Ze moeten belangrijke beslissingen samen nemen.

Bij een conflict kan de rechtbank ingrijpen en bepalen wat het beste is voor het kind. Het ouderlijk gezag kan ook veranderen als de omstandigheden daarom vragen.

Hoe verkrijg je erkenning of gezag?

Je regelt erkenning bij de geboorte door samen een akte te ondertekenen. Sinds 2023 krijgen ongehuwde partners automatisch gezamenlijk gezag door erkenning.

Gehuwde partners hebben altijd gezamenlijk gezag vanaf de geboorte. Je hoeft daar niets extra’s voor te doen.

Erkenning bij geboorte

Een vader kan zijn kind erkennen door een akte te ondertekenen bij de gemeente. Dit gebeurt meestal kort voor of net na de geboorte.

De erkenning vindt plaats bij de ambtenaar van de burgerlijke stand. Je kunt dit regelen bij elke gemeente in Nederland.

Hiervoor heb je een paar documenten nodig:

  • Geldig identiteitsbewijs van beide ouders
  • Uittreksel basisregistratie personen (BRP) van de moeder
  • Geboorteakte van het kind (als je erkent na de geboorte)

De moeder moet toestemming geven voor erkenning. Zonder haar instemming kan de vader vervangende toestemming vragen bij de rechtbank.

Erkenning zorgt voor een juridische band tussen vader en kind volgens het Burgerlijk Wetboek.

Gezag na erkenning

Sinds 1 januari 2023 krijgen ongehuwde ouders automatisch gezamenlijk ouderlijk gezag als het kind wordt erkend. Deze regel geldt alleen voor kinderen die na deze datum zijn erkend.

Kinderen erkend vóór 1 januari 2023 vallen buiten deze nieuwe regel. Die ouders moeten gezamenlijk gezag alsnog aanvragen bij de rechtbank.

Het automatische gezag ontstaat direct bij erkenning. Beide ouders mogen dan belangrijke beslissingen nemen over zaken als:

  • Schoolkeuze en inschrijvingen
  • Medische behandelingen
  • Reisdocumenten en verhuizingen
  • Buitenlandse reizen

Soms willen ouders geen gezamenlijk gezag. Dan kiezen ze ervoor het kind niet te erkennen of maken ze aparte afspraken.

Automatisch gezag voor gehuwde en geregistreerde partners

Gehuwde ouders krijgen altijd automatisch gezamenlijk gezag over hun kinderen. Dit geldt ook voor partners met een geregistreerd partnerschap.

Deze ouders hoeven geen aparte aanvraag te doen. Het gezag begint direct bij de geboorte.

Een samenlevingscontract geeft niet dezelfde rechten als een geregistreerd partnerschap. Partners met alleen een samenlevingscontract moeten het kind nog steeds erkennen om gezag te krijgen.

Het verschil tussen gehuwde en ongehuwde ouders:

Status Erkenning nodig Gezag
Gehuwd Nee Automatisch gezamenlijk
Geregistreerd partnerschap Nee Automatisch gezamenlijk
Ongehuwd (na 2023) Ja Automatisch bij erkenning
Ongehuwd (voor 2023) Ja Apart aanvragen

Situaties waarin erkenning en gezag een rol spelen

Erkenning en gezag spelen vooral een rol bij grote veranderingen in het gezin. Bij een scheiding moeten ouders een ouderschapsplan opstellen, terwijl wijzigingen in gezagsverhoudingen juridische procedures vragen.

Erkenning en gezag bij scheiding

Als ouders met minderjarige kinderen uit elkaar gaan, ontstaan er juridische verplichtingen. Ouders die gezag uitoefenen moeten samen een ouderschapsplan maken.

Dit plan regelt afspraken over de toekomst van het kind. Het bevat onder andere waar het kind woont en hoe vaak het bij de andere ouder is.

Ook financiële afspraken horen in het ouderschapsplan. Denk aan schoolkosten, sport en andere activiteiten.

Belangrijke onderwerpen in het ouderschapsplan:

  • Hoofdverblijfplaats van het kind
  • Omgangsregeling met beide ouders
  • Verdeling van kosten en kinderalimentatie
  • Beslissingen over onderwijs en zorgverlening

Na een scheiding houden beide ouders meestal het gezag. Ze moeten samen belangrijke beslissingen blijven nemen, ook al wonen ze niet meer samen.

Aanpassing gezagsverhoudingen

Gezagsverhoudingen veranderen soms door nieuwe omstandigheden. Een ouder kan gezag verliezen of juist krijgen na een uitspraak van de rechtbank.

Vaders die hun kind hebben erkend maar geen gezag hebben, kunnen dit later aanvragen. Dit gebeurt vaak na een scheiding, als de vader meer betrokken wil zijn.

Het gezag uitoefenen kan ook overgaan naar anderen. Soms is dat nodig als ouders niet meer kunnen zorgen voor hun kind.

Redenen voor wijziging van gezag:

  • Ouder kan niet meer zorgen voor het kind
  • Vader wil alsnog gezag na erkenning
  • Veranderde gezinssituatie door nieuwe partner

De rechtbank kijkt altijd naar het belang van het kind. Dat blijft het uitgangspunt bij alle beslissingen over gezag.

Erkenning en adoptie

Adoptie brengt belangrijke veranderingen in de juridische verhoudingen. Nieuwe ouders krijgen automatisch het gezag over het kind.

Voor adoptie moeten de biologische ouders toestemming geven. Ze verliezen dan hun ouderlijke rechten en plichten.

Stiefouderadoptie komt vaak voor in samengestelde gezinnen. De nieuwe partner adopteert het kind van zijn of haar partner.

Na adoptie ontstaat een volledig nieuwe juridische ouder-kindrelatie. Het kind krijgt dezelfde rechten als een biologisch kind.

Problemen en praktijkvoorbeelden rondom erkenning en gezag

De nieuwe wet van januari 2023 heeft het aantal procedures over gezag verminderd. Tegelijk ontstaan er nieuwe problemen, waarbij moeders vaker erkenning weigeren omdat dit automatisch gezamenlijk gezag betekent.

Discussies over gezag in de praktijk

Sinds 2023 zijn de rollen in juridische geschillen veranderd. Eerst vochten vaders vaak om gezag na erkenning. Nu weigeren moeders vaker toestemming voor erkenning, juist vanwege het automatische gezamenlijk gezag.

Praktijkvoorbeelden van conflicten:

  • Moeders die bang zijn voor bemoeienis van de vader
  • Vaders die naar de rechter moeten voor vervangende toestemming
  • Discussies over belangrijke beslissingen zoals schoolkeuze
  • Meningsverschillen over medische behandeling

Advocaten merken dat het spanningsveld niet weg is, maar verschuift van gezag naar erkenning. De rechter moet nu vaker bepalen of erkenning in het belang van het kind is. Dat leidt tot meer procedures aan het begin van het proces.

Gevolgen voor het kind

Kinderen ondervinden verschillende gevolgen van deze juridische problemen. Sommige kinderen krijgen geen tweede juridische ouder omdat erkenning wordt geweigerd.

Directe gevolgen voor kinderen:

  • Geen automatische erfrechten van beide ouders
  • Problemen bij medische noodgevallen
  • Onduidelijkheid over verantwoordelijkheden
  • Mogelijk lagere alimentatie

Kinderen van wie de vader niet erkend is, missen juridische bescherming. Als de moeder overlijdt, hebben ze geen automatische band met de vader.

Bij gezamenlijk gezag moeten beide ouders instemmen met belangrijke beslissingen. Dat kan tot conflicten leiden die het kind direct raken.

Cijfers en trends uit onderzoek

Onderzoek laat zien dat meer vaders naar de rechter stappen voor vervangende toestemming sinds de wetswijziging. Het aantal procedures over erkenning is met ongeveer 15% gestegen.

Trends in de praktijk:

  • Minder procedures over gezag alleen
  • Meer procedures over erkenning en toestemming
  • Langere doorlooptijden bij rechtbanken
  • Hogere kosten voor juridische bijstand

Media signaleren dat advocaten meer complexe zaken zien. De koppeling tussen erkenning en gezag levert nieuwe juridische vraagstukken op.

Wetgeving en recente ontwikkellingen

Het Nederlandse familierecht is in 2023 flink veranderd. Deze wijzigingen in het Burgerlijk Wetboek maken gezamenlijk gezag veel toegankelijker voor ongehuwde ouders.

Veranderingen in het familierecht

Op 1 januari 2023 ging een nieuwe wettelijke regeling van kracht die het familierecht flink op z’n kop zette. Door deze wijziging in het Burgerlijk Wetboek is het proces rondom gezamenlijk gezag een stuk simpeler geworden.

Voorheen moesten ongehuwde ouders zelf een verzoek indienen bij de rechtbank. Dat was behoorlijk omslachtig en kostte veel tijd, waardoor veel ouders het gewoon niet deden.

Nu krijgen ongehuwde en niet-geregistreerde partners automatisch gezamenlijk ouderlijk gezag zodra ze hun kind erkennen. Extra stappen bij de rechtbank zijn dus niet meer nodig.

Belangrijke voorwaarden:

  • Het kind moet op of na 1 januari 2023 worden erkend.
  • De ouders mogen niet getrouwd zijn.
  • De ouders mogen geen geregistreerd partnerschap hebben.

Kinderen die vóór 2023 zijn erkend, vallen buiten deze nieuwe regeling. Hun ouders moeten het gezag nog steeds apart aanvragen.

Initiatiefvoorstellen rond gezag

De wetswijziging is ontstaan uit verschillende initiatiefvoorstellen in de Tweede Kamer. Politici wilden het familierecht moderniseren, omdat tegenwoordig meer dan de helft van de kinderen buiten het huwelijk wordt geboren.

Deze voorstellen wilden vooral de ongelijkheid tussen getrouwde en ongehuwde ouders aanpakken. Getrouwde ouders krijgen automatisch gezamenlijk gezag, terwijl ongehuwde ouders dat eerst niet kregen.

Het parlement zag in dat de oude regels niet meer van deze tijd waren. De nieuwe wet past beter bij hoe mensen nu samenleven.

De regering vond het belangrijk dat het belang van kinderen vooropstaat. Gezamenlijk gezag biedt meer stabiliteit en duidelijkheid bij de opvoeding.

Invloed van maatschappelijke trends

De samenleving verandert snel en dat zie je terug in deze wetswijziging. Steeds meer stellen kiezen ervoor om niet te trouwen, maar krijgen wel samen kinderen.

Traditionele gezinsvormen raken uit de mode. Het familierecht moest dus mee veranderen zodat alle gezinnen gelijk behandeld worden.

De overheid beseft inmiddels dat ouderschap belangrijker is dan de relatievorm. Dat heeft geleid tot praktische veranderingen in de wet.

Voordelen van de nieuwe regeling:

  • Eenvoudiger proces voor ouders.
  • Meer betrokkenheid van beide ouders.
  • Betere bescherming van kinderbelangen.
  • Gelijke behandeling van alle gezinsvormen.

Veelgestelde Vragen

Veel ouders zitten met vragen over wat erkenning en gezag nu precies betekenen. De wetswijziging van 2023 heeft vooral voor ongehuwde ouders veel veranderd.

Wat zijn de juridische verschillen tussen erkenning en gezag over een kind?

Erkenning maakt iemand juridisch ouder van een kind. Daarmee ontstaat een familierechtelijke band tussen ouder en kind.

Gezag betekent dat je als ouder beslissingen mag nemen over belangrijke zaken zoals schoolkeuze, medische zorg en opvoeding. Alleen erkenning geeft je die rechten niet; gezag wel.

Een ouder met alleen erkenning heeft geen opvoed- en verzorgingsplicht. Met gezag krijg je die verantwoordelijkheden wel.

Sinds januari 2023 krijgen ongehuwde ouders automatisch gezag na erkenning. Voor die tijd moest je daar nog een aparte procedure voor volgen.

Hoe kan ik gezag aanvragen nadat ik een kind heb erkend?

Heb je een kind erkend vóór 1 januari 2023? Dan moet je gezag apart aanvragen bij de rechtbank. Daarvoor is toestemming van de geboortemoeder nodig.

Beide ouders dienen samen het verzoek in. De rechtbank kijkt altijd of gezamenlijk gezag in het belang van het kind is.

Voor kinderen erkend na 1 januari 2023 geldt automatisch gezamenlijk gezag. Je hoeft dus niks meer aan te vragen.

Wat is het effect van erkenning op de familierechtelijke betrekkingen?

Door erkenning ontstaat een juridische ouder-kind relatie. Je bent dan verplicht om financieel voor het kind te zorgen tot het 21 jaar wordt.

Het kind en de ouder worden elkaars wettelijke erfgenamen, ook zonder testament. Dat is wel zo eerlijk, toch?

Het kind kan de nationaliteit van de erkennende ouder krijgen. Dat hangt af van de regels van het betreffende land.

Bij erkenning kiezen ouders samen de achternaam van het kind. Dit mag de naam van één van beide ouders zijn, of een combinatie van beide.

Onder welke voorwaarden kan erkenning van een kind plaatsvinden?

Erkenning kan als ouders niet getrouwd zijn en geen geregistreerd partnerschap hebben. Gehuwde ouders hoeven niets te regelen; die krijgen het automatisch.

Erkenning kan al tijdens de zwangerschap, maar ook na de geboorte. Je moet er dus niet per se haast mee maken.

Beide ouders moeten samen naar de gemeente voor de erkenning. De geboortemoeder moet altijd instemmen.

Kan gezag over een kind ook zonder erkenning worden verkregen?

Voogdij is een vorm van gezag zonder ouderschap. Een voogd krijgt de verantwoordelijkheid als ouders er niet meer zijn.

Dat gebeurt bijvoorbeeld na overlijden van beide ouders. De rechter wijst dan een voogd aan.

Ouders kunnen bij leven een gewenste voogd aanwijzen via het gezagsregister. Of je legt het vast in een testament, dat kan ook.

De voogd krijgt dezelfde rechten en plichten als een ouder met gezag. Maar juridisch ouder van het kind wordt de voogd niet.

Wat zijn de rechten en plichten van een ouder met gezag?

Ouders met gezag nemen de belangrijke beslissingen over hun kind. Denk aan schoolkeuze, medische behandelingen of het aanvragen van een paspoort.

Ze zorgen voor de dagelijkse opvoeding. Ook regelen ze de financiële zaken voor hun kind.

Het gezag stopt vanzelf als het kind 18 jaar wordt. Tot die tijd dragen ouders de verantwoordelijkheid.

Bij gezamenlijk gezag moeten beide ouders akkoord gaan met grote beslissingen. Voor dagelijkse dingen kan één ouder gewoon handelen.

Twee mensen in een zakelijke vergadering.
Echtscheiding, Ondernemingsrecht, Personen- en Familierecht

Scheiding en onderneming: hoe bepaal je de waarde van een bedrijf?

Bij een scheiding waarbij één van de partners een onderneming heeft, is het bepalen van de waarde van het bedrijf echt belangrijk. De waarde van een onderneming hangt af van financiële cijfers, marktomstandigheden en de rechtsvorm van het bedrijf. Zo kun je de bezittingen eerlijk verdelen.

Twee zakelijke professionals bespreken financiële documenten in een kantooromgeving.

De waardering kan behoorlijk ingewikkeld zijn, want verschillende methoden leveren vaak heel andere uitkomsten op. Daarom schakelen veel stellen een waarderingsdeskundige in, zoals een accountant of register valuator, om tot een objectieve waarde te komen.

Meestal stellen partijen de waarde vast op de dag dat het huwelijk uit elkaar valt, al kun je daar samen ook iets anders over afspreken. De juiste waardebepaling helpt om conflicten later te voorkomen en zorgt dat het bedrijf gewoon door kan draaien.

Waarom de waardering van een onderneming bij echtscheiding cruciaal is

Een man en een vrouw zitten aan een tafel in een kantoor en bekijken samen financiële documenten.

De waarde van een eigen bedrijf tijdens een echtscheiding bepaalt of je de bezittingen eerlijk verdeelt. Dit heeft niet alleen invloed op de financiële afwikkeling, maar ook op de kans dat het bedrijf daarna gewoon door kan gaan.

Belang van een objectieve waardebepaling

Een objectieve waardebepaling voorkomt dat je ruzie krijgt over de waarde van het bedrijf. De ondernemer zelf schat de waarde vaak liever lager in, terwijl de ex-partner juist een hogere waarde wil zien.

Daarom vraagt men meestal een deskundige, zoals een accountant, om naar de cijfers, bedrijfsmiddelen, toekomstverwachtingen en de juridische structuur te kijken. Zo ontstaat er een transparante waardering en voorkom je eindeloze discussies.

Impact op partneralimentatie en afkoop

Hoeveel het bedrijf waard is, bepaalt mede de partneralimentatie en de uitkoop van de ex-partner. Een hogere waarde betekent vaak ook hogere verplichtingen voor de ondernemer.

Als ondernemer moet je dus goed kijken of je de uitkoop kunt betalen zonder je bedrijf in gevaar te brengen. Is de waardering niet realistisch? Dan loop je kans op financiële problemen of zelfs juridische strijd.

Continuïteit van het bedrijf waarborgen

Het voortbestaan van het bedrijf hangt af van een haalbare uitkoop of alimentatieregeling. Een te hoge uitkoop kan het bedrijf onderuit halen.

Vaak spreken partijen daarom af dat de uitkoop in termijnen gebeurt. Zo voorkom je dat de ondernemer meteen in de problemen raakt. Ook rechters letten erop dat het bedrijf kan blijven bestaan, zodat er inkomen blijft en alimentatie betaald kan worden.

Juridische kaders: hoe huwelijksregelingen de waardering beïnvloeden

Een man en een vrouw voeren een serieus gesprek in een kantoor met documenten en een laptop met financiële grafieken.

Hoe je een onderneming waardeert bij een scheiding hangt sterk af van je huwelijksregeling. Of je nu in gemeenschap van goederen bent getrouwd, huwelijkse voorwaarden hebt, of een andere rechtsvorm gebruikt, elk detail heeft invloed op de verdeling en de juridische uitwerking.

Gemeenschap van goederen en beperkte gemeenschap van goederen

Bij gemeenschap van goederen horen ook de ondernemingswaarden bij het gezamenlijke bezit. Je verdeelt dan de hele waarde van het bedrijf bij de scheiding.

Sinds 2018 geldt in Nederland meestal de beperkte gemeenschap van goederen. Alleen de bezittingen en schulden die je tijdens het huwelijk opbouwt, vallen dan in de gemeenschap. Alles van vóór het huwelijk blijft privé.

De peildatum voor de waardebepaling is normaal gesproken het moment waarop de gemeenschap wordt ontbonden. Op dat tijdstip kijk je naar de waarde die verdeeld moet worden.

Huwelijkse voorwaarden en verrekenbeding

Met huwelijkse voorwaarden kun je regelen dat het bedrijf niet automatisch bij het gemeenschappelijk vermogen hoort. De ondernemer blijft dan privé-eigenaar.

Het verrekenbeding zorgt er soms voor dat je de winst of het inkomen uit het bedrijf deelt, zonder dat je het bedrijf zelf hoeft te splitsen.

Bij een scheiding telt het verrekenbeding mee voor wat je moet betalen aan je ex, afhankelijk van wat je hebt afgesproken. De waarde van het bedrijf zelf is dan soms minder belangrijk; de winstuitkeringen tellen dan zwaarder.

Deze afspraken staan in een notariële akte en de rechter gebruikt die als basis.

Rechtsvorm van de onderneming

De rechtsvorm van het bedrijf bepaalt hoe je de waarde vaststelt. Bij een eenmanszaak is de ondernemer zelf het bedrijf; persoonlijke goodwill telt meestal minder zwaar.

Een bv bestaat uit aandelen, die je apart waardeert. In gemeenschap van goederen verdeel je die aandelen, tenzij je huwelijkse voorwaarden hebt die iets anders zeggen.

Bij een vof ben je samen met anderen eigenaar, wat de waardering een stuk lastiger maakt. Je kijkt dan naar het aandeel van de vertrekkende vennoot en hoe je dat uitkoopt.

Fiscale regels verschillen per rechtsvorm en kunnen de waarde en verdeling beïnvloeden. Daarom is het slim om een fiscalist of accountant te raadplegen.

Vaststellen van de waarde: het proces stap voor stap

De waarde van een bedrijf bepalen bij een scheiding vraagt om zorgvuldigheid. Je begint meestal met het vaststellen van een peildatum.

Daarna beslis je of je samen de waardering doet of een onafhankelijke deskundige inschakelt. Een accountant of register valuator speelt dan een belangrijke rol.

Peildatum bepalen voor de waardering

De peildatum is het moment waarop je het bedrijf waardeert. Vaak is dat de datum waarop het huwelijk wordt ontbonden of wanneer je de bezittingen verdeelt.

Soms kiezen partijen samen voor een andere datum, bijvoorbeeld die van de laatste jaarrekening. De keuze is belangrijk, want de waarde van een bedrijf kan flink schommelen door marktomstandigheden of bedrijfsresultaten.

Bij nieuwe huwelijken geldt sinds 2018 de beperkte gemeenschap van goederen. Bezittingen van vóór het huwelijk vallen meestal buiten de waardering.

Gezamenlijke vaststelling of onafhankelijke waarderingsdeskundige

Als je het samen eens bent, kun je samen de waarde bepalen. Vaak vraag je dan een accountant of waarderingsdeskundige die je allebei vertrouwt. Dat scheelt gedoe en kosten.

Komen jullie er niet uit? Dan schakelt ieder een eigen deskundige in. Die geven elk hun mening en daarna probeer je met hulp van mediators of advocaten tot een oplossing te komen.

Lukt dat niet, dan beslist de rechter of wordt een onafhankelijke register valuator ingeschakeld voor de definitieve waardebepaling.

Rol van de accountant en register valuator

Een accountant of register valuator speelt een centrale rol bij de waardering van een onderneming. De accountant kijkt vooral naar financiële gegevens zoals jaarcijfers, winst en activa.

Een register valuator is juist gespecialiseerd in het taxeren van bedrijven. Hij gebruikt hiervoor methoden als discounted cash flow of intrinsieke waarde.

Ze bespreken marktwaarde, toekomstige geldstromen en belastingaspecten. Hun oordeel moet objectief en goed onderbouwd zijn.

De uitkomst heeft financiële gevolgen voor de verdeling tussen ex-partners. De deskundige adviseert ook over de meest geschikte waarderingsmethode voor het soort onderneming.

Belangrijkste waarderingsmethoden bij echtscheiding

De waarde van een bedrijf bepalen bij echtscheiding vraagt om zorgvuldigheid. Verschillende waarderingsmethoden geven inzicht in het vermogen, de winstgevendheid en de toekomstige kasstromen van de onderneming.

Zo krijg je een beter beeld van wat het bedrijf waard is.

Intrinsieke waarderingsmethode

De intrinsieke waarderingsmethode kijkt naar het eigen vermogen van het bedrijf. Je waardeert alle activa en passiva op basis van hun actuele marktwaarde.

Je telt de bezittingen bij elkaar op en trekt de schulden af. Deze methode werkt vooral goed als er genoeg tastbare en waardeerbare bedrijfsmiddelen zijn, zoals gebouwen, machines of voorraad.

Intangible zaken zoals goodwill laat je meestal buiten beschouwing, tenzij ze aantoonbaar een marktwaarde hebben. Het geeft een overzicht van de financiële basis van het bedrijf.

Rentabiliteitswaarde berekenen

De rentabiliteitswaarde draait om de winst die het bedrijf naar verwachting kan maken. Je kijkt naar de gemiddelde jaarlijkse winst en vergelijkt het rendement met andere investeringsmogelijkheden.

De rekensom is simpel: deel de gemiddelde winst door de rendementseis, die afhangt van het risicoprofiel en de sector. Hoe hoger de winst, hoe hoger de rentabiliteitswaarde.

Deze methode werkt vooral goed bij bedrijven met stabiele winsten. Fluctueert de winst veel of is de toekomst onzeker? Dan is deze methode minder geschikt.

Discounted Cash Flow (DCF-methode)

De DCF-methode kijkt naar de toekomstige kasstromen van het bedrijf. Je schat hoeveel geld het bedrijf de komende jaren zal opleveren en berekent de huidige waarde van die kasstromen.

Je schat de kasstromen per jaar in en verdisconteert ze met een rentepercentage dat het risico en de tijdswaarde van geld weerspiegelt. Deze methode is precies, maar je moet wel goede voorspellingen kunnen maken.

Vooral grotere bedrijven gebruiken de DCF-methode. Je hebt wel genoeg financiële gegevens en kennis nodig om dit goed te doen.

Liquiditeitswaarde bij bedrijfsbeëindiging

De liquiditeitswaarde geeft aan wat een bedrijf oplevert als je het direct stopt. Je verkoopt alle bezittingen en betaalt de schulden; wat overblijft is de liquiditeitswaarde.

Deze methode is vooral relevant als het bedrijf niet doorgaat na de scheiding. Meestal ligt de waarde lager dan bij andere methoden, want snel verkopen levert vaak minder op.

De liquiditeitswaarde laat zien wat het absolute minimum is dat een bedrijf waard is. Handig als de continuïteit van het bedrijf onzeker is en je snel moet afwikkelen.

Goodwill en persoonlijke goodwill: betekenis en belang

Bij het waarderen van een onderneming speelt goodwill een grote rol. Het is belangrijk om zakelijke goodwill en persoonlijke goodwill uit elkaar te houden.

Dit verschil bepaalt hoe je de waarde berekent en of die bij een echtscheiding verdeeld moet worden.

Vaststellen van goodwill bij waardering

Goodwill is de extra waarde boven de tastbare bezittingen. Die waarde komt bijvoorbeeld door sterke klantrelaties, merkbekendheid of een gunstige locatie.

Zakelijke goodwill kun je overdragen en bestaat los van de eigenaar. Bij echtscheiding neem je alleen zakelijke goodwill mee in de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap.

Het is belangrijk dat je deze goodwill zelfstandig kunt waarderen. Vaak gebruiken experts de winstbenadering om de goodwill te bepalen, waarbij ze toekomstige winsten inschatten.

De Hoge Raad heeft bevestigd dat zakelijke goodwill bij echtscheiding verdeeld moet worden als het overdraagbaar is. De ondernemer mag de waarde van zijn persoonlijke inzet niet meenemen in dat deel.

Persoonlijke goodwill binnen de onderneming

Persoonlijke goodwill hangt samen met de vaardigheden of het netwerk van de ondernemer. Denk aan vakkennis, klantenbinding door persoonlijke aandacht, of een uniek talent.

Deze goodwill kun je niet aan een ander overdragen. Bij echtscheiding valt persoonlijke goodwill meestal buiten de gemeenschap van goederen.

De waarde hiervan hangt af van de persoon die het bedrijf runt. Een rechter kijkt naar hoe de winstgevendheid samenhangt met de capaciteiten van de ondernemer.

Neem bijvoorbeeld een eenmanszaak waarbij alles draait om één persoon. In zo’n geval blijft persoonlijke goodwill buiten de verdeling, terwijl je andere bedrijfsmiddelen wel verdeelt.

Zo behoudt de ondernemer de waarde van zijn persoonlijke inzet.

Verdeling van de ondernemingswaarde: scenario’s en uitdagingen

Bij een echtscheiding met een onderneming draait het om de verdeling van aandelen, activa en schulden. Je moet ook rekening houden met de fiscale gevolgen van de waardebepaling.

Vaak rijzen er praktische vragen over uitkoop en betaling, zonder het bedrijf te schaden.

Aandelen, activa en schulden verdelen

De verdeling van de ondernemingswaarde begint met het vaststellen van de waarde van aandelen, bedrijfsmiddelen en schulden. Je moet bepalen welk deel van het vermogen onder het huwelijk valt (gemeenschappelijk vermogen) en welk deel privévermogen is.

Het kan gaan om:

  • Aandelen in het bedrijf
  • Bedrijfsmiddelen zoals machines en voorraden
  • Schulden die bij de onderneming horen

Het is slim om de waarde van de onderneming zorgvuldig vast te stellen, bijvoorbeeld via een onafhankelijke waardering. Onvoldoende aandacht voor schulden kan tot onrealistische waarderingen en discussies leiden.

Fiscale gevolgen van waardebepaling

De waardebepaling van een eigen bedrijf bij echtscheiding kan fiscale gevolgen hebben. Overdracht van aandelen of activa kan leiden tot belastingen zoals overdrachtsbelasting of inkomstenbelasting.

Het verrekenbeding in het huwelijkscontract kan de fiscale afwikkeling beïnvloeden. Bijvoorbeeld:

  • Bij het verrekenen van het huwelijksvermogen verandert soms de fiscale positie.
  • Verkoop van het bedrijfsonderdeel aan de ex-partner kan belastingheffing veroorzaken.

Het is verstandig om vooraf met een fiscalist te overleggen. Zo voorkom je onverwachte kosten en zorg je dat de waardebepaling klopt met de fiscale situatie van de ondernemer.

Oplossingen voor uitkoop en betaling

Bij een scheiding komt al snel de vraag: hoe koop je je vertrekkende partner uit het bedrijf? Vaak heeft de ondernemer niet meteen het hele bedrag klaar liggen.

Mogelijke opties zijn:

  • Termijnbetalingen: je betaalt het afgesproken bedrag in delen, uitgesmeerd over meerdere jaren.
  • Aandelen overdragen met afspraken over toekomstige winstverdeling.
  • Ruilen van bedrijfsmiddelen of andere bezittingen uit het gemeenschappelijk vermogen.

Het is echt belangrijk dat de gekozen oplossing de bedrijfscontinuïteit niet in gevaar brengt. Leg alles goed vast, liefst op papier, zodat je later geen gedoe krijgt.

Frequently Asked Questions

De waardering van een bedrijf bij een scheiding vraagt om duidelijke keuzes. Je hebt verschillende methodes en factoren die meespelen, zoals fiscale regels, juridische afspraken, en de rol van deskundigen.

Welke methodes worden gebruikt voor bedrijfswaardering bij een echtscheiding?

Vaak kijkt men eerst naar de boekwaarde van het eigen vermogen. Ook de verwachte winst in de toekomst speelt een flinke rol.

Soms vergelijken mensen het bedrijf met soortgelijke bedrijven of hanteren ze de marktwaarde.

Wat zijn de fiscale implicaties bij het verdelen van een onderneming tijdens een scheiding?

De overdracht van aandelen of eigendom kan belastingen opleveren, zoals overdrachtsbelasting. Je moet ook letten op mogelijke winstuitkeringen en hoe de fiscus eventuele partnervergoedingen behandelt.

Hoe wordt goodwill berekend bij de waardebepaling van een bedrijf in scheidingssituaties?

Goodwill is de waarde bovenop de tastbare bezittingen, zoals een goede naam of gespecialiseerd personeel. Meestal schat men dit door te kijken naar de verwachte extra winst dankzij die immateriële waarde.

Op welke wijze beïnvloedt een huwelijkse voorwaarden de bedrijfswaardering bij een echtscheiding?

Huwelijkse voorwaarden kunnen bepalen of het bedrijf privébezit blijft of gedeeld moet worden. Soms staan er ook afspraken in over de verdeling van winst en vermogen, wat weer invloed heeft op de waardering.

Welke rol speelt een deskundige of taxateur bij het vaststellen van de bedrijfswaarde in een echtscheidingsprocedure?

Een deskundige of taxateur brengt de financiële situatie en de vooruitzichten van het bedrijf in kaart. Zo krijg je een eerlijk en goed onderbouwd beeld van de waarde, zonder dat je meteen naar de rechter hoeft te stappen.

Hoe wordt omgegaan met de waardering van niet-zichtbare activa, zoals patenten en merkrechten, bij een echtscheiding?

Deze immateriële activa beoordeelt men altijd apart. Hun waarde hangt af van het potentieel om winst te maken of een voorsprong te geven binnen het bedrijf.

Vaak vormen ze een flink deel van de totale bedrijfswaarde. Het blijft soms lastig om ze goed te waarderen, maar hun belang valt niet te onderschatten.

Twee mensen in een zakelijke bespreking.
Civiel Recht, Echtscheiding, Personen- en Familierecht

Partneralimentatie: hoe lang en hoeveel? Praktische uitleg en regels

Na een scheiding of het einde van een geregistreerd partnerschap kan het zomaar gebeuren dat de ene partner verplicht wordt om de ander financieel te steunen. Dit heet partneralimentatie en het speelt soms een flinke rol in hoe je je leven weer op de rit krijgt na een relatiebreuk.

Een middelbaar stel zit aan een tafel en bespreekt documenten, met een rekenmachine erbij in een lichte woonkamer.

Sinds 1 januari 2020 geldt: partneralimentatie duurt maximaal vijf jaar, of de helft van de duur van het huwelijk als dat korter was dan tien jaar. Hoeveel alimentatie je betaalt, hangt af van wat de ontvanger nodig heeft én wat de betaler kan missen.

Er zijn best wat uitzonderingen, vooral bij lange huwelijken of als er jonge kinderen zijn. De regels zijn niet altijd even simpel en kunnen per situatie verschillen.

Wat is partneralimentatie?

Partneralimentatie betekent dat een ex-partner wettelijk verplicht is om na de scheiding geld te betalen aan de ander. Die verplichting ontstaat als één van de twee niet genoeg inkomen heeft om zelf rond te komen.

Definitie van partneralimentatie

Het gaat om een maandelijks bedrag dat de ene ex betaalt aan de andere na de scheiding of het beëindigen van een geregistreerd partnerschap. De bedoeling? De financiële klap van de scheiding een beetje opvangen.

Deze plicht geldt voor mensen die getrouwd zijn geweest of een geregistreerd partnerschap hadden. Woonde je alleen samen zonder officieel contract, dan heb je in principe geen recht op partneralimentatie.

Volgens de wet moeten ex-partners elkaar ook na het huwelijk nog een tijdje financieel helpen. Maar alleen als de ander niet genoeg eigen inkomsten heeft om van te leven.

Het gaat trouwens niet vanzelf: je moet samen afspraken maken of het via de rechter regelen.

Verschil tussen partneralimentatie en andere soorten alimentatie

Partneralimentatie is echt wat anders dan kinderalimentatie. Kinderalimentatie is bedoeld voor de kosten van kinderen, partneralimentatie is puur voor de ex-partner.

Belangrijkste verschillen:

  • Partneralimentatie: Voor ex-partners zonder voldoende inkomen
  • Kinderalimentatie: Voor de kosten van kinderen tot 21 jaar
  • Ouderalimentatie: Voor ouders die hulp nodig hebben (komt zelden voor)

Partneralimentatie is altijd tijdelijk. Kinderalimentatie loopt tot het kind 21 wordt of zelfstandig is.

De manier van berekenen verschilt ook. Bij partneralimentatie kijk je naar wat de ex-partner nodig heeft en wat de ander kan betalen.

Doel en juridische basis

Het idee achter partneralimentatie is simpel: voorkomen dat iemand na een scheiding in armoede belandt. De wet snapt dat je tijdens het huwelijk samen keuzes maakt die later financiële gevolgen kunnen hebben.

De regels staan in het Burgerlijk Wetboek. Artikel 1:157 regelt de alimentatieplicht tussen ex-echtgenoten. Voor geregistreerde partners gelden dezelfde regels.

Voorwaarden voor partneralimentatie:

  • De ex-partner heeft niet genoeg eigen inkomsten
  • De andere partner kan het betalen
  • Er is geen nieuwe relatie (dus geen nieuw huwelijk, partnerschap of samenwoning)

Je moet de alimentatie vastleggen in een echtscheidingsconvenant of door de rechter laten bepalen. Zonder die vastlegging ben je nergens.

Wanneer moet u partneralimentatie betalen?

Een serieus pratend stel zit aan een tafel met documenten en een rekenmachine in een lichte woonkamer.

Je moet partneralimentatie betalen als je ex na de scheiding niet genoeg inkomen heeft om van te leven. Een rechter kan deze verplichting opleggen bij een huwelijk, geregistreerd partnerschap of soms zelfs bij samenwonen.

Verplichting bij scheiding of beëindiging van geregistreerd partnerschap

Na een scheiding ontstaat een alimentatieplicht als één ex-partner behoeftig is en de ander draagkracht heeft. Behoeftig zijn betekent: niet genoeg inkomen om de vaste lasten te betalen.

Degene met het hoogste inkomen betaalt aan de ander. Dat geldt bij het einde van een huwelijk én een geregistreerd partnerschap.

Voorwaarden voor partneralimentatie:

  • Er is een inkomensverschil tussen de ex-partners
  • De behoeftige partner heeft niet genoeg eigen inkomen
  • De betalende partner kan het zich veroorloven

Hoeveel je betaalt, hangt af van wat de ontvanger nodig heeft en wat jij kunt missen.

Recht op partneralimentatie bij huwelijk en samenwonen

Getrouwde partners hebben na een scheiding automatisch recht op alimentatie als ze behoeftig zijn. Dat is gewoon wettelijk vastgelegd.

Ook bij een geregistreerd partnerschap geldt hetzelfde recht. Je kunt partneralimentatie eisen als het misloopt.

Samenwoners hebben minder rechten. Alleen als je:

  • Een samenlevingscontract hebt met alimentatieafspraken
  • Spreekt van onrechtmatige verrijking
  • Bijzondere omstandigheden hebt die het rechtvaardigen

Bewijzen dat je recht hebt op alimentatie is voor samenwoners vaak een stuk lastiger dan voor getrouwde mensen.

Rol van de rechter bij toewijzing

Komen jullie er samen niet uit? Dan hakt de rechter de knoop door. Hij kijkt naar de behoefte van de ene partner en de draagkracht van de ander.

Waar let de rechter op?

  • Het inkomen en vermogen van beide kanten
  • Leeftijd en gezondheid
  • Arbeidsverleden en mogelijkheden om te werken
  • Hoe lang het huwelijk of partnerschap duurde

Kan de behoeftige partner eigenlijk wel zelf genoeg verdienen? Dan kan de rechter alimentatie weigeren. Ook nieuwe relaties en het huishoudinkomen tellen mee.

Als iemand weigert om te werken terwijl dat wel kan, mag de rechter een fictief inkomen rekenen.

Hoe wordt de hoogte van partneralimentatie bepaald?

Hoeveel partneralimentatie je betaalt, hangt af van twee dingen: wat de ontvanger nodig heeft en wat de betaler kan missen. Rechters hanteren vaste normen en houden rekening met veranderingen in het inkomen.

Behoefte van de ontvangende partner

De rechter kijkt eerst: wat heeft de ontvangende partner nodig? Dat heet de behoefte.

Je hebt recht op 60% van het netto gezinsinkomen tijdens het huwelijk. Dat is meestal het uitgangspunt.

De rechter let op deze kosten:

  • Woonlasten zoals huur of hypotheek
  • Dagelijkse uitgaven voor eten en kleding
  • Zorgverzekering en andere vaste lasten
  • Kosten voor kinderen die bij deze partner wonen

Voorbeeld: Stel, samen verdienden jullie €4.000 netto per maand. Dan heeft de ontvangende partner recht op 60%, dus €2.400 per maand.

Heeft de ontvangende partner zelf al inkomen? Dat trekt de rechter er gewoon vanaf.

Draagkracht van de betalende partner

Draagkracht betekent: hoeveel kan de betalende partner missen na aftrek van zijn of haar eigen kosten.

De rechter kijkt naar het netto inkomen en trekt alle vaste lasten ervan af.

Belangrijke kosten zijn:

  • Eigen woonlasten
  • Dagelijkse kosten van levensonderhoud
  • Kinderalimentatie (die gaat altijd voor)
  • Schulden en andere verplichtingen

De betalende partner moet zelf ook genoeg geld overhouden om van te leven. De rechter let erop dat je niet in de financiële problemen komt door de alimentatie.

Kinderalimentatie gaat altijd vóór partneralimentatie. Eerst wordt gekeken hoeveel kinderalimentatie er nodig is. Wat daarna overblijft, kan eventueel naar partneralimentatie.

Gebruik van de Trema-normen

Veel rechters gebruiken de Trema-normen om alimentatie te berekenen. Dit zijn landelijke richtlijnen die helpen bij het bepalen van eerlijke bedragen.

De Trema-normen laten zien hoeveel geld iemand minimaal nodig heeft om rond te komen. Ze zijn verdeeld op basis van leeftijd en gezinssituatie.

Deze normen helpen rechters om:

  • Consistent te zijn in vergelijkbare zaken
  • Een eerlijke verdeling te maken
  • Rekening te houden met inflatie en prijsstijgingen

De normen worden elk jaar aangepast aan de kosten van het leven. Zo blijven de alimentatiebedragen actueel.

Toch wijken rechters soms van deze normen af als de situatie dat vraagt. Ze kijken altijd naar wat er echt speelt bij beide partners.

Invloed van veranderingen in inkomsten en omstandigheden

Alimentatie kan veranderen als de situatie bij één van de partners verandert. Dit heet wijziging van omstandigheden.

Redenen voor aanpassing:

  • Inkomen van de betalende partner stijgt of daalt
  • De ontvangende partner krijgt meer of minder inkomen
  • Woonkosten veranderen door verhuizing
  • Gezondheidskosten stijgen door ziekte

De rechter checkt of de verandering groot genoeg is. Kleine verschillen zorgen meestal niet voor aanpassing.

Automatische beëindiging gebeurt als:

  • De ontvangende partner gaat samenwonen of trouwen
  • Deze partner krijgt genoeg eigen inkomen
  • De alimentatieperiode eindigt volgens de wet

Partners mogen ook samen nieuwe afspraken maken. Leg die dan wel vast in een officiële overeenkomst.

Hoe lang duurt de partneralimentatieplicht?

De partneralimentatieplicht duurt sinds 2020 maximaal vijf jaar. De duur hangt af van het huwelijk. Bij jonge kinderen of oudere partners gelden er langere termijnen.

Standaardduur sinds 2020

Sinds 1 januari 2020 geldt een nieuwe regel voor de duur van partneralimentatie. De standaardduur is maximaal vijf jaar.

Voor kortere huwelijken geldt een andere berekening. Duurde het huwelijk minder dan 10 jaar, dan krijgt de ex-partner alimentatie voor de helft van de huwelijksduur.

Voorbeelden van alimentatieduur:

  • Huwelijk van 6 jaar = 3 jaar alimentatie
  • Huwelijk van 8 jaar = 4 jaar alimentatie
  • Huwelijk van 12 jaar = 5 jaar alimentatie (maximum)
  • Huwelijk van 20 jaar = 5 jaar alimentatie (maximum)

Uitzonderingen bij langdurige huwelijken en jonge kinderen

Er zijn belangrijke uitzonderingen op de vijfjaarsregel. De meest voorkomende uitzondering is bij kinderen jonger dan 12 jaar.

Zijn er kinderen, dan loopt de partneralimentatieplicht tot het jongste kind 12 jaar wordt. Soms duurt de alimentatie dus veel langer.

Voorbeeld: Een ex-partner heeft een kind van 3 jaar. Dan duurt de alimentatie nog 9 jaar, los van hoe lang het huwelijk was.

Bij huwelijken van 15 jaar of langer geldt nog iets extra’s. Als de ontvanger binnen 10 jaar de AOW-leeftijd bereikt, loopt de alimentatie tot die leeftijd.

Deze uitzonderingen kunnen samen gelden. Dan geldt altijd de langste termijn.

Effect van AOW-leeftijd en overgangsregelingen

Voor oudere partners zijn er speciale regels rond de AOW-leeftijd. Bij huwelijken van minimaal 15 jaar kan de alimentatie doorlopen tot de AOW-datum.

Dit geldt alleen als de ontvanger binnen 10 jaar na de scheiding de AOW-leeftijd bereikt. De wetgever snapt dat het voor oudere mensen lastig is om weer aan het werk te komen.

Overgangsregelingen zijn van toepassing op scheidingen van vóór 2020. Dan gelden de oude regels, met een maximum van 12 jaar.

Voor hele oude alimentatieafspraken (vóór 1994) bestaan soms levenslange verplichtingen. Alleen de rechter kan die aanpassen.

Partners mogen ook zelf afwijkende afspraken maken over de duur. Leg dit schriftelijk vast in het echtscheidingsconvenant.

Wijziging, beëindiging en herziening van partneralimentatie

Partneralimentatie kan wijzigen of stoppen als de omstandigheden veranderen. Dat gebeurt bijvoorbeeld bij financiële veranderingen, nieuwe relaties, of via een procedure bij de rechter.

Herberekening bij gewijzigde omstandigheden

De hoogte van partneralimentatie verandert als er grote veranderingen zijn in de financiële situatie van beide partijen. Dat kan omhoog of omlaag gaan.

Belangrijke wijzigingen die herberekening rechtvaardigen:

  • Inkomensstijging of -daling van de betalende partner
  • Verandering in de behoeften van de ontvangende partner
  • Wijziging in woonlasten of andere vaste kosten
  • Nieuwe werkgelegenheid of baanverlies

De betalende partij kan om verlaging vragen als de draagkracht echt minder wordt. Dat mag niet door eigen schuld komen.

De rechter kijkt naar de nieuwe draagkracht en behoeftigheid van beide partijen. De wijziging moet echt relevant zijn voor de alimentatieplicht.

Voor herberekening gelden dezelfde normen als bij de eerste vaststelling. De Trema-normen zijn ook dan het uitgangspunt.

Beëindiging door nieuwe relatie, hertrouwen of overlijden van één van de partijen

Partneralimentatie stopt automatisch in bepaalde situaties. Daar komt geen rechter aan te pas.

De alimentatieplicht eindigt als de ontvangende partner:

  • Hertrouwt of een geregistreerd partnerschap aangaat
  • Gaat samenwonen met een nieuwe partner
  • Overlijdt
  • Genoeg eigen inkomsten heeft om van te leven

Bij samenwonen moet er echt sprake zijn van een duurzame relatie. Kort samenzijn telt niet meteen als reden om te stoppen.

De betalende partner moet wel laten zien dat zo’n situatie zich voordoet. Bij twijfel kan de rechter uitspraak doen.

Overlijdt de betalende partner, dan stopt de alimentatieplicht ook. De erfgenamen hoeven niks meer te betalen.

Juridische procedure voor wijziging of stopzetting

Wil je via de rechter partneralimentatie wijzigen of stoppen? Dan moet je een verzoekschrift indienen bij de rechtbank.

Stappen in de procedure:

  1. Verzoekschrift indienen bij de rechtbank
  2. Financiële gegevens meesturen
  3. De andere partij reageert
  4. Eventueel een mondelinge behandeling
  5. De rechter doet uitspraak

Een advocaat is verplicht bij deze procedure. Je mag ook samen afspraken maken zonder rechter.

De rechter beoordeelt of er echt iets is veranderd sinds de oude situatie. Het moet duidelijk anders zijn dan voorheen.

Wijzigingen gelden meestal vanaf de datum van het verzoekschrift. De rechter kent bijna nooit terugwerkende kracht toe.

Praktische tips en aandachtspunten bij partneralimentatie

Goede afspraken en duidelijke vastlegging voorkomen veel problemen bij partneralimentatie. Indexering zorgt voor eerlijke aanpassingen door de jaren heen. Een plan voor betalingsproblemen vermindert stress.

Belang van goede afspraken en vastlegging

Maak duidelijke afspraken over partneralimentatie. Zo voorkom je gedoe achteraf.

Belangrijke punten om vast te leggen:

  • Het exacte maandbedrag
  • De betaaldatum (bijvoorbeeld de 1e van elke maand)
  • Bankrekening voor overmakingen
  • Hoe lang de alimentatie duurt

Een advocaat helpt bij het opstellen van een echtscheidingsconvenant. Daarin zet je alles juridisch vast.

Zonder duidelijke vastlegging krijg je later misschien problemen. Dan beslist de rechter over onduidelijke punten, wat tijd en geld kost.

Let op deze details:

  • Wat gebeurt er bij ziekte of werkloosheid?
  • Hoe ga je om met vakantiegeld?
  • Welke kosten zijn extra, zoals medische uitgaven?

Bewaar altijd een kopie van alle documenten. Digitaal opslaan is handig als backup.

Indexering en jaarlijkse aanpassing

Partneralimentatie stijgt meestal elk jaar met de inflatie. We noemen dat indexering.

Zonder indexering daalt de waarde van alimentatie door prijsstijgingen. De meeste rechters pakken hiervoor het CBS consumentenprijsindexcijfer erbij.

Ze passen het bedrag vaak automatisch aan op 1 januari. Dat scheelt gedoe, maar het is wel slim om het zelf in de gaten te houden.

Drie manieren van indexering:

  1. Automatische aanpassing – volgens CBS-cijfers
  2. Afgesproken percentage – bijvoorbeeld 2% per jaar
  3. Geen indexering – bedrag blijft gelijk

Partners maken soms andere afspraken. Sommigen koppelen alimentatie liever aan het minimumloon of aan inkomensveranderingen.

Praktisch voorbeeld:

Alimentatie van €800 per maand wordt bij 3% inflatie €824 per maand.

De betalende partner moet die aanpassingen zelf bijhouden. Een foutje kan al snel leiden tot achterstand.

Omgaan met betalingsproblemen en incasso

Betalingsproblemen met alimentatie komen vaker voor dan je denkt. Werkloosheid, ziekte, of geldstress kunnen allemaal roet in het eten gooien.

Bij betalingsproblemen: neem meteen contact op met je ex-partner. Openheid voorkomt vaak gedoe.

Soms kun je samen een tijdelijke regeling treffen. Het is het proberen waard, toch?

Stappen bij wanbetaling:

  1. Stuur een schriftelijke herinnering
  2. Volgt er niks? Dan een aanmaning met termijn
  3. Schakel een deurwaarder in
  4. Beslag op loon of bankrekening

Het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen (LBIO) springt bij als het misgaat met betalingen. Zij bieden gratis hulp bij het innen van achterstallige alimentatie.

Juridische mogelijkheden:

  • Loonbeslag tot 50% van het netto salaris
  • Beslag op bankrekeningen
  • Inhouden van uitkeringen
  • Ontzegging rijbewijs bij hardnekkige wanbetaling

Je kunt als ontvanger ook een alimentatievoorschot aanvragen bij de gemeente. Handig als tijdelijke oplossing tijdens het incassotraject.

Veelgestelde Vragen

De regels voor partneralimentatie zijn in 2020 veranderd. Nu duurt alimentatie maximaal vijf jaar.

De hoogte hangt af van inkomensverschillen en draagkracht. Je kunt het aanpassen als je situatie verandert.

Wat zijn de huidige regels rondom de duur van partneralimentatie?

Sinds 1 januari 2020 duurt partneralimentatie maximaal vijf jaar. Bij een huwelijk korter dan tien jaar geldt als maximum de helft van de huwelijksduur.

Er zijn drie uitzonderingen. Bij gezamenlijke kinderen stopt de alimentatie pas als het jongste kind twaalf wordt.

Bij huwelijken langer dan vijftien jaar gelden aparte regels. Krijgt de ontvangende partner binnen tien jaar AOW? Dan stopt alimentatie bij de start van de AOW.

Voor partners geboren vóór 1 januari 1970 die pas over meer dan tien jaar AOW krijgen, geldt tien jaar alimentatie. Dit geldt alleen als het huwelijk langer dan vijftien jaar duurde.

Hoe wordt de hoogte van partneralimentatie bepaald?

De hoogte hangt af van het inkomensverschil tussen ex-partners. De rechtbank kijkt naar de behoefte van de ontvanger en de draagkracht van de betaler.

Vaak delen ze het verschil in netto inkomen door twee. Dat geeft een indicatie van het alimentatiebedrag.

De rechtbank kijkt ook naar vaste lasten en woonkosten. Soms wegen bijzondere omstandigheden mee.

Onder welke omstandigheden kan partneralimentatie worden gewijzigd of stopgezet?

Alimentatie stopt automatisch als de ontvanger overlijdt. Bij hertrouwen, geregistreerd partnerschap of samenwonen vervalt de verplichting ook.

Heeft de ontvanger genoeg eigen inkomen? Dan kun je alimentatie laten stoppen via de rechtbank.

Grote inkomensveranderingen bij een van de partners zijn reden voor aanpassing. Ziekte of werkloosheid kunnen ook aanleiding zijn.

Wat is de invloed van een nieuwe relatie op de verplichting tot het betalen van partneralimentatie?

Krijgt de ontvanger een nieuwe relatie? Dan stopt de alimentatieplicht. Dit geldt bij huwelijk, geregistreerd partnerschap en samenwonen.

Samenwonen telt als beëindigingsgrond als het een duurzame relatie betreft. De rechtbank kijkt per geval.

Krijgt de betalende partner een nieuwe relatie? Dat verandert meestal niets aan de alimentatieplicht, al kan het wel de draagkracht beïnvloeden.

Welke factoren zijn van invloed op de berekening van partneralimentatie bij een ondernemer?

Bij ondernemers kijkt de rechtbank naar het gemiddelde inkomen over meerdere jaren. Dat is eerlijker bij wisselende inkomsten.

Ze houden rekening met bedrijfsrisico’s en investeringen. De continuïteit van het bedrijf telt ook mee.

Soms schat de rechtbank een fictief inkomen op basis van verdiencapaciteit. Vooral als de inkomsten vaag blijven.

Hoe wordt de draagkracht van de alimentatieplichtige vastgesteld?

Ze berekenen de draagkracht door het netto inkomen te nemen en daar vaste lasten vanaf te trekken.

Er blijft altijd een eigen bestaansminimum over, zodat je niet onder het noodzakelijke uitkomt.

Woonkosten, verzekeringen en andere vaste lasten gaan er eerst af.

Kinderalimentatie krijgt trouwens voorrang op partneralimentatie.

De rechtbank kijkt ook naar bijzondere situaties, bijvoorbeeld hoge ziektekosten.

Het idee is om het beschikbare inkomen eerlijk te verdelen, maar het blijft soms best ingewikkeld.

v2-127tq2-rstwm
Civiel Recht, Echtscheiding, Personen- en Familierecht

Internationale echtscheiding: wat als één van de partners in het buitenland woont?

Een internationale echtscheiding ontstaat zodra één partner in het buitenland woont, de partners verschillende nationaliteiten hebben, of er bezittingen in meerdere landen liggen.

In Nederland scheiden terwijl één partner in het buitenland woont? Ja, dat kan—maar je moet aan specifieke voorwaarden voldoen, zoals nationaliteit, verblijfsduur en de vraag of de Nederlandse rechter wel bevoegd is.

Het hele proces is vaak een stuk ingewikkelder dan bij een gewone scheiding. Je krijgt te maken met meerdere rechtssystemen en internationale regels.

Partners hoeven niet beiden in Nederland te zijn om de scheiding af te ronden. Toch zijn er duidelijke juridische regels die bepalen welk land bevoegd is en welke wetten gelden.

Deze situatie brengt unieke uitdagingen met zich mee, vooral als het gaat om vermogensverdeling, alimentatie en rechtsbevoegdheid. Je moet weten welke stappen je moet nemen en welke juridische aspecten belangrijk zijn voor je aan zo’n internationale scheidingsprocedure begint.

Wat is een internationale echtscheiding?

Twee mensen zitten tegenover elkaar aan een bureau met een wereldkaart op de achtergrond, ze bespreken een internationale echtscheiding.

Een internationale echtscheiding ontstaat zodra buitenlandse factoren een rol spelen bij de scheiding. Denk aan verschillende nationaliteiten, wonen in het buitenland, of bezittingen in meerdere landen.

Wanneer is er sprake van een internationale scheiding?

Een internationale scheiding komt in beeld bij allerlei situaties. Meestal gaat het om partners uit verschillende landen of die in het buitenland wonen.

Situaties waarbij internationale scheiding van toepassing is:

  • Eén of beide partners hebben een buitenlandse nationaliteit
  • Eén of beide partners wonen in het buitenland
  • Het echtpaar is in het buitenland getrouwd
  • Er zijn bezittingen in meerdere landen (zoals huizen of bankrekeningen)
  • Kinderen wonen deels in het buitenland of bij een ouder buiten Nederland

Zodra één van deze factoren aanwezig is, valt de scheiding onder het internationaal familierecht. Het wordt dan direct een stuk ingewikkelder dan een standaard Nederlandse scheiding.

Ook als beide partners Nederlands zijn, maar in het buitenland wonen, geldt dit als een internationale echtscheiding. De woonplaats blijkt vaak doorslaggevend bij het bepalen van de bevoegde rechter.

Verschil met een nationale echtscheiding

Het grootste verschil? De juridische complexiteit. Bij een nationale scheiding geldt alleen Nederlands recht. Bij een internationale scheiding krijg je te maken met verschillende rechtssystemen.

Belangrijke verschillen:

  • Bevoegde rechter: Bij nationale scheiding is dit altijd de Nederlandse rechter
  • Toepasselijk recht: Kan per onderwerp verschillen (scheiding, vermogen, kinderen)
  • Erkenning: Beslissingen moeten mogelijk in meerdere landen erkend worden
  • Procedure duur: Internationale scheidingen duren vaak langer
  • Kosten: Hogere advocaatkosten door complexiteit

Een nationale echtscheiding volgt één rechtssysteem. Internationaal moet je rekening houden met meerdere wetten en verdragen.

De verdeling van bezittingen wordt snel ingewikkeld als die in verschillende landen liggen. Elk land heeft z’n eigen regels over eigendom en vermogensverdeling.

Bevoegdheid van de Nederlandse rechter bij internationale echtscheiding

Een advocaat spreekt met een stel in een kantoor, waarbij één partner in het buitenland woont.

Bij internationale echtscheidingen bepalen woonplaats en nationaliteit of de Nederlandse rechter bevoegd is. Soms ontstaat er een ‘race to court’, waarbij de snelste partij bepaalt welk land de zaak behandelt.

Voorwaarden voor het starten van een echtscheidingsprocedure in Nederland

De Nederlandse rechter is niet per definitie bevoegd bij internationale echtscheidingen. Eerst moet je vaststellen of het huwelijk in Nederland wordt erkend.

Zonder erkenning van het huwelijk kun je niet in Nederland scheiden. Buitenlandse huwelijken moeten dus voldoen aan de Nederlandse eisen voor erkenning.

Het internationaal privaatrecht bepaalt de regels hiervoor. Je vindt deze regels in verdragen, Europese verordeningen en Nederlandse wetten.

De Brussel II bis Verordening regelt de bevoegdheid voor:

  • Echtscheidingen
  • Gezagsregelingen
  • Omgangsregelingen
  • Andere verzoeken die samenhangen met echtscheiding

Woonplaats en nationaliteit als bepalende factoren

Twee Nederlanders die in het buitenland wonen kunnen altijd scheiden in Nederland. Door hun Nederlandse nationaliteit heeft de Nederlandse rechter automatisch bevoegdheid.

Voor andere situaties gelden strengere regels. De woonplaats van beide partners speelt een grote rol.

Bij kinderen geldt een aparte regel. De Nederlandse rechter is alleen bevoegd als de kinderen in Nederland wonen.

Wonen de kinderen in het buitenland en zijn ouders het oneens over de rechtsmacht? Dan kan de Nederlandse rechter er niet naar kijken.

Deze regels moeten voorkomen dat landen met elkaar in de clinch raken. Zo blijft het duidelijk wie bevoegd is.

‘Race to court’: wat als meerdere landen bevoegd zijn?

Soms zijn meerdere landen bevoegd voor dezelfde echtscheiding. Bijvoorbeeld als partners in verschillende landen wonen.

In zo’n situatie bepaalt de snelste partij waar de zaak terechtkomt. Dit heet een ‘race to court’. De rechter die als eerste wordt benaderd, krijgt de zaak.

Dit systeem voorkomt dat er dubbele procedures ontstaan. Je wilt immers niet dat de scheiding in twee landen tegelijk loopt.

Partners kunnen hierdoor strategisch kiezen voor een bepaald land. Ze kijken naar welk rechtssysteem voor hen het gunstigst is.

Een advocaat kan helpen bij deze keuze. Zo iemand kent de verschillen tussen rechtssystemen en kan adviseren over de beste aanpak.

Toepasselijk recht bij een internationale echtscheiding

Bij een internationale echtscheiding bepaalt het internationaal privaatrecht welke wetten gelden. Dat hangt af van factoren als nationaliteit, woonplaats en gemaakte rechtskeuzes.

Bepaling welk recht geldt voor de scheiding zelf

Het toepasselijk recht voor de echtscheiding wordt bepaald door Verordening Rome III. Deze Europese regeling geldt in de meeste EU-landen.

Partners kunnen vooraf kiezen welk recht van toepassing is. Je mag kiezen voor het recht van:

  • Het land waar beide partners hun gewone verblijfplaats hebben
  • Het land waar beide partners hun laatste gewone verblijfplaats hadden
  • Het land waarvan één van beide partners de nationaliteit heeft
  • Het land van de rechter bij wie de zaak aanhangig is

Is er geen rechtskeuze gemaakt? Dan geldt een vaste volgorde:

  1. Het recht van het land waar beide partners hun gewone verblijfplaats hebben
  2. Het recht van het land waar beide partners hun laatste gewone verblijfplaats hadden (als één van hen daar nog woont)
  3. Het recht van het land waarvan beide partners de nationaliteit hebben
  4. Het recht van het land van de rechter

Welk recht geldt voor alimentatie en kinderalimentatie

Voor partneralimentatie geldt het Haagse Protocol van 2007. Dit protocol bepaalt welk recht van toepassing is op onderhoudsverplichting tussen ex-partners.

De volgorde is als volgt:

  • Het recht van het land waar de onderhoudsgerechtigde zijn gewone verblijfplaats heeft
  • Het recht dat gold voor het huwelijk (in bepaalde gevallen)

Kinderalimentatie valt onder het Haagse Kinderbeschermingsverdrag van 1996. Meestal geldt het recht van het land waar het kind woont.

Partners mogen ook samen kiezen welk recht geldt voor alimentatie. Dat geeft wat meer zekerheid.

De hoogte van alimentatie verschilt nogal per land. Nederlandse rechters gebruiken Nederlandse normen als het Nederlands recht van toepassing is.

Toepasselijk recht bij vermogensverdeling

Het huwelijksvermogensregime bepaalt hoe je het vermogen verdeelt. Verordening 2016/1103 regelt dit allemaal.

Hoe bepaal je nu welk recht geldt?

Bij rechtskeuze:

  • Het recht van het land waar beide partners na het huwelijk meestal wonen.
  • Het recht van het land waar één van beiden na het huwelijk woont.
  • Het recht van het land waarvan één van beiden de nationaliteit heeft.

Zonder rechtskeuze:

  1. Het recht van het eerste land waar beide partners samen na het huwelijk wonen.
  2. Het recht van het land waar ze voor het huwelijk samen woonden.
  3. Het recht van het land waarvan ze allebei de nationaliteit hebben.
  4. Het recht van het land met de nauwste band met het huwelijk.

Als Nederlandse partners in het buitenland wonen, vallen ze vaak gewoon onder het Nederlandse huwelijksvermogensrecht. Dat kan tot een andere verdeling leiden dan je misschien verwacht volgens het lokale recht.

Verdeling van het huwelijksvermogen bij internationale scheiding

Het huwelijksvermogensregime bepaalt welke regels je volgt bij het verdelen van bezittingen na een internationale scheiding. Dit wordt al snel ingewikkeld als er verschillende nationaliteiten meespelen of buitenlands vermogen is.

Gemeenschap van goederen versus huwelijkse voorwaarden

In Nederland val je standaard onder de gemeenschap van goederen. Alles wat je tijdens het huwelijk krijgt, wordt dan gezamenlijk eigendom.

Bij internationale huwelijken geldt die regel niet altijd. Het land waar je trouwt of de nationaliteit van de partners kan andere regels opleggen.

Je kunt huwelijkse voorwaarden opstellen om af te wijken van die standaard. In die voorwaarden kun je vastleggen:

  • Welke bezittingen gescheiden blijven.
  • Hoe je toekomstige inkomsten verdeelt.
  • Welk landenrecht je kiest.

Huwelijkse voorwaarden moeten notarieel zijn vastgelegd om geldig te zijn. Check bij een internationaal huwelijk altijd of die voorwaarden in beide landen worden erkend. Dat voorkomt verrassingen achteraf.

Internationale aspecten van vermogensverdeling

Het bepalen van het toepasselijke recht blijft vaak de grootste uitdaging bij internationale vermogensverdeling. Verschillende factoren spelen hierin mee:

Factor Invloed op toepasselijk recht
Nationaliteit partners Kan bepalend zijn voor huwelijksvermogensregime
Plaats huwelijksvoltrekking Vaak leidend voor toepasselijk recht
Woonplaats tijdens huwelijk Beïnvloedt welke regels gelden
Locatie vermogensbestanddelen Kan lokale wetgeving activeren

Nederlandse rechters passen soms buitenlands recht toe als internationale regels dat voorschrijven. Je hebt dan echt iemand nodig die thuis is in het internationaal familierecht.

De EU-verordening Rome III bepaalt welk recht geldt bij echtscheidingen tussen EU-lidstaten. Voor niet-EU landen kom je al snel uit bij bilaterale verdragen of nationale wetgeving.

Verdeling van buitenlandse bezittingen

Buitenlandse bezittingen zoals vastgoed, bankrekeningen en bedrijven vragen om extra aandacht bij de verdeling.

Vastgoed in het buitenland valt meestal onder de lokale wetgeving. Dat betekent vaak:

  • Dat Nederlandse rechters beperkt bevoegd zijn.
  • Dat je lokale procedures moet volgen.
  • Dat je soms met dubbele belastingheffing te maken krijgt.

Bankrekeningen en beleggingen verdeel je in de praktijk makkelijker. Maar openheid over al je buitenlandse bezittingen blijft cruciaal.

Bedrijfsbelangen in het buitenland vragen vaak om waardering door lokale experts. De verdeling leidt soms tot ingewikkelde fiscale gevolgen in meerdere landen.

Je moet eigenlijk altijd samenwerken met buitenlandse juristen om alles netjes en rechtsgeldig te regelen. Zeker als je vermogen verspreid zit over verschillende landen.

Alimentatie en partneralimentatie over de grens

Internationaal scheiden maakt alimentatie vaak een stuk lastiger, vooral als partners in verschillende landen wonen. Welk recht geldt en welke rechter mag beslissen? Dat hangt af van de woonplaatsen en van internationale verdragen.

Rechtsmacht en uitvoering van alimentatiebesluiten

Woont de alimentatieontvanger in Nederland, dan mag de Nederlandse rechter de partneralimentatie vaststellen. Maar als beide partners in het buitenland wonen, wordt het al snel een stuk ingewikkelder.

Welk recht geldt:

  • De Nederlandse rechter past Nederlands recht toe als de ontvanger in Nederland woont.
  • Woont de ontvanger in het buitenland, dan geldt meestal het recht van dat land.
  • Uitzonderingen zijn er als het huwelijk nauwer verbonden is met een ander land.

Internationale verdragen maken het mogelijk om alimentatiebesluiten uit te voeren. Partners nemen dan contact op met de verdragsinstantie in hun woonland, vaak het Ministerie van Justitie. Dit werkt alleen als beide landen meedoen aan het alimentatieverdrag.

Het innen van alimentatie in het buitenland loopt via officiële kanalen. Nederlandse besluiten zijn in verdragslanden direct uitvoerbaar, je hoeft daar meestal niet opnieuw te procederen.

Invloed van verblijfplaats op alimentatieplicht

Waar je woont, bepaalt vaak hoeveel en hoe lang je alimentatie betaalt. Ieder land hanteert weer zijn eigen rekenregels.

Belangrijke verschillen per land:

  • Common law landen (VK, VS, Australië): geen onderscheid tussen alimentatie en vermogensafwikkeling.
  • Spanje en Frankrijk: ‘prestation compensatoire’ systeem.
  • Sommige landen: kennen helemaal geen partneralimentatie.

De Nederlandse manier van alimentatie berekenen wordt al snel ingewikkeld bij internationale situaties. Zaken als belastingvrijstellingen, allowances en levensstandaard verschillen enorm en vragen om echte specialistische kennis.

Ook belastingregels verschillen per land. Als je ex in het buitenland woont, moet je daar uitzoeken of alimentatie aftrekbaar of belastbaar is.

Afspraken over partneralimentatie bij internationale scheiding

Ex-partners kunnen samen afwijkende afspraken maken over de bevoegde rechter en het toepasselijke recht. Dat geeft wat meer speelruimte bij internationale scheidingen.

Mogelijke afspraken:

  • Kiezen voor de Nederlandse rechter, ook als je in het buitenland woont.
  • Toepassen van Nederlands recht, ook als het buitenland anders voorschrijft.
  • Vaste alimentatiebedragen afspreken, los van verhuizingen.
  • Wijzigingsclausules opnemen voor als iemand naar het buitenland verhuist.

Let op: afspraken moeten in beide landen afdwingbaar zijn. Goede juridische begeleiding zorgt ervoor dat alles duidelijk en uitvoerbaar blijft, ook over de grens.

Verandert er iets in je situatie, dan kun je Nederlandse alimentatieafspraken laten aanpassen. Dat geldt ook als één van jullie na de scheiding naar het buitenland vertrekt.

Praktische aandachtspunten en juridische valkuilen

Bij een internationale echtscheiding krijg je te maken met allerlei juridische hobbels. Zonder goede planning kun je flink in de problemen komen.

Documenten moeten erkend en vertaald worden, bewijsvoering kan lastig zijn en specialistische juridische hulp is vaak onmisbaar.

Registratie en erkenning van de echtscheiding in het buitenland

Na de uitspraak van de Nederlandse rechter moet je de scheiding meestal laten erkennen in het land waar je partner woont. Elk land hanteert eigen regels voor erkenning van buitenlandse echtscheidingen.

Soms heb je legalisatie van de Nederlandse beschikking nodig. Je regelt dat via het apostilleverdrag of via diplomatieke wegen. Het kan zomaar maanden duren voordat alles rond is.

Veelvoorkomende vereisten per land:

  • VS: Apostille stempel nodig.
  • Turkije: Consulaire legalisatie vereist.
  • Marokko: Vertaling door een beëdigde vertaler én legalisatie.

De partner in het buitenland moet meestal zelf actie ondernemen bij de lokale autoriteiten. Soms heb je daar echt juridische hulp ter plaatse voor nodig.

Getuigenissen en documentatie

Voor een echtscheidingsverzoek met internationale aspecten zijn er specifieke documenten nodig.

Alle buitenlandse aktes moet je laten vertalen door een beëdigde vertaler die in het Rbtv-register staat.

Vereiste documenten:

  • Originele huwelijksakte uit het land van huwelijkssluiting
  • Geboorteaktes van minderjarige kinderen
  • Bewijs van woonplaats en nationaliteit
  • Eventuele eerdere echtscheidingsaktes

Buitenlandse documenten krijgen pas rechtskracht na legalisatie.

Dit loopt via apostillestempel of consulaire legalisatie, afhankelijk van de afspraken tussen landen.

Getuigen in het buitenland kun je via videoverbinding laten horen.

De rechtbank stelt wel eisen aan techniek en identificatie.

Advies inwinnen bij internationaal familierechtadvocaat

Internationaal familierecht is behoorlijk ingewikkeld, met allerlei regels over bevoegdheid en toepasselijk recht.

Een gespecialiseerde advocaat voorkomt dat je kostbare fouten maakt of onnodige vertraging oploopt.

De advocaat kijkt welk recht geldt voor de verschillende onderdelen.

Echtscheiding valt meestal onder Nederlands recht.

Alimentatie volgt het recht van het land waar de ontvanger woont.

Voor de kinderregeling geldt het recht van de woonplaats van de kinderen.

Strategisch kiezen is belangrijk bij internationale echtscheiding.

Soms is het slimmer om in het buitenland te procederen.

Een specialist kan de opties naast elkaar leggen en vergelijken.

Voordelen van specialistische begeleiding:

  • Kennis van internationale verdragen
  • Contacten met buitenlandse juristen
  • Ervaring met complexe procedures
  • Voorkoming van procedurefouten

Veelgestelde Vragen

Nederlandse rechtbanken bepalen hun bevoegdheid op basis van woonplaats en nationaliteit.

Welk recht geldt, hangt af van factoren zoals het land van scheiding en de verblijfplaats van de partners.

Hoe wordt de bevoegdheid van de rechtbank bepaald bij een internationale echtscheiding?

De Nederlandse rechter is bevoegd als beide partners in Nederland wonen.

Dat geldt vrijwel altijd.

Woont één partner in Nederland en de ander in het buitenland? Dan kan de Nederlandse rechter soms ook bevoegd zijn.

Het hangt af van de situatie.

Bij een gemeenschappelijk verzoek tot scheiding hoeft alleen één partner in Nederland te wonen.

Ze hoeven dus niet allebei in Nederland te verblijven.

Als een partner langer dan 12 maanden in Nederland woont, mag deze eenzijdig een scheiding aanvragen.

Voor Nederlandse staatsburgers geldt zelfs een termijn van zes maanden.

Welk recht is van toepassing als partners verschillende nationaliteiten hebben of in verschillende landen wonen?

Meestal geldt het recht van het land waar je de scheiding aanvraagt.

In Nederland betekent dat: Nederlands recht voor de procedure zelf.

Voor vermogensverdeling hangt het af van het huwelijksvermogensregime.

Dat kan Nederlands recht zijn, maar soms ook het recht van het land waar je getrouwd bent.

Bij alimentatie geldt meestal het recht van het land waar de onderhoudsgerechtigde woont.

Dat is degene die alimentatie ontvangt.

Voor kinderzaken kijkt men naar de gewone verblijfplaats van de kinderen.

Dat bepaalt wie beslist over zorg en omgang.

Wat zijn de gevolgen van een echtscheiding voor verblijfsrecht en nationaliteit van de in het buitenland wonende partner?

Het verblijfsrecht van een buitenlandse partner kan veranderen door de echtscheiding.

Dat hangt af van de verblijfsstatus en hoe lang iemand al in Nederland woont.

Partners die hun verblijfsrecht aan het huwelijk ontlenen, kunnen hun status verliezen.

In dat geval moeten ze soms een nieuwe verblijfsvergunning aanvragen.

De Nederlandse nationaliteit raak je niet automatisch kwijt door een echtscheiding.

Partners houden hun Nederlandse nationaliteit na de scheiding.

Buitenlandse partners zonder Nederlandse nationaliteit kunnen deze nog steeds aanvragen.

De echtscheiding staat dat niet in de weg, als je aan de voorwaarden voldoet.

Hoe verloopt de procedure voor alimentatieberekening wanneer een partner in het buitenland verblijft?

De alimentatieberekening kijkt naar de kosten van levensonderhoud in het land waar de ontvanger woont.

Dat kan het bedrag beïnvloeden.

Inkomen uit het buitenland telt gewoon mee.

Denk aan salaris, uitkeringen of andere inkomsten.

Valutaschommelingen kunnen het alimentatiebedrag veranderen.

Rechters houden daar soms rekening mee.

De inning van alimentatie in het buitenland loopt via internationale verdragen.

Nederland heeft afspraken met veel landen hierover.

Welke stappen moeten ondernomen worden voor de erkenning van een buitenlandse echtscheidingsuitspraak in Nederland?

Buitenlandse echtscheidingsuitspraken erkennen ze in Nederland vaak automatisch.

Dat geldt vooral voor uitspraken uit EU-landen.

Voor uitspraken uit landen buiten de EU is soms een aparte erkenningsprocedure nodig.

Dit hangt af van verdragen tussen landen.

De uitspraak moet passen binnen de Nederlandse openbare orde.

Ze mag niet in strijd zijn met Nederlandse principes.

Alle benodigde documenten moeten een beëdigde vertaler vertalen.

Dit geldt voor de echtscheidingsuitspraak en bijbehorende stukken.

Wat zijn de mogelijkheden voor gezamenlijk ouderlijk gezag na een internationale echtscheiding waarbij één ouder in het buitenland woont?

Gezamenlijk ouderlijk gezag kan gewoon doorgaan, zolang beide ouders dat willen. De fysieke afstand maakt juridisch gezien eigenlijk niets uit.

Ouders leggen belangrijke afspraken over opvoeding en zorg meestal vast in een ouderschapsplan. Dat helpt om misverstanden en ruzies te voorkomen.

De omgangsregeling moet je natuurlijk wel afstemmen op de afstand tussen de landen. Soms is het handiger om je kind langere tijd bij één ouder te laten blijven, simpelweg omdat reizen niet altijd makkelijk is.

Goede afspraken over reizen zijn nodig om problemen zoals internationale kinderontvoering te vermijden. Het Haags Kinderontvoeringsverdrag beschermt kinderen tegen ongeoorloofd meenemen naar het buitenland.

Ouderlijk gezag aanvragen? Volg deze stappen
Blog, Personen- en Familierecht

Erkenning en ouderlijk gezag: de verschillen uitgelegd

Erkenning en ouderlijk gezag zijn twee termen die vaak door elkaar worden gehaald. Daarom leggen we uit wat ze betekenen en waarin ze verschillen van elkaar.

Erkenning

De moeder uit wie het kind geboren wordt, is automatisch de juridische ouder van het kind. Hetzelfde geldt voor de partner die met de moeder is getrouwd of geregistreerd partner is, op de dag van de geboorte van het kind. Dit juridisch ouderschap is er dan “van rechtswege”. Met andere woorden: u hoeft er niets voor te doen.

Een andere manier om juridisch ouder te worden, is erkenning. Erkenning betekent dat u het juridisch ouderschap van een kind op zich neemt als u niet getrouwd bent of een geregistreerd partnerschap met de moeder heeft. U hoeft daarvoor niet de biologische ouder te zijn. Een kind kan alleen erkend worden als het kind in leven is. Een kind kan maar twee juridische ouders hebben. U kunt daarom alleen een kind erkennen dat nog niet twee juridische ouders heeft.

Wanneer kunt u uw kind erkennen?

  • Kind erkennen tijdens de zwangerschap

Dit wordt het erkennen van de ongeboren vrucht genoemd en gebeurt bij voorkeur voor de 24e week, zodat het bij een eventuele vroeggeboorte erkenning al geregeld is. U kunt in elke gemeente van Nederland het kind erkennen. Als de (aanstaande) moeder niet meekomt, moet zij schriftelijke toestemming voor erkenning geven.

  • Kind erkennen tijdens de aangifte van de geboorte

U kunt uw kind erkennen als u aangifte van de geboorte doet. U doet aangifte in de gemeente waar het kind is geboren. Als de moeder niet meekomt, moet zij voor de erkenning schriftelijke toestemming geven. Dit is tevens de meeste gebruikte vorm van erkenning.

  • Kind erkennen op een later moment

U kunt een kind ook erkennen als het al ouder of zelfs meerderjarig is. Dit kan in elke gemeente in Nederland. Vanaf 12 jaar heeft u schriftelijke toestemming nodig van het kind en de moeder. Na 16 jaar is alleen toestemming van het kind nodig.

In alle bovengenoemde gevallen maakt de ambtenaar van de burgerlijke stand een akte van erkenning op. Dit is gratis. Als u een afschrift van de akte van erkenning wilt hebben, zijn daar wel kosten aan verbonden. De gemeente kan u hierover informeren.

Ouderlijk gezag

De wet zegt dat iedereen die minderjarig is, onder ouderlijk gezag staat. Het ouderlijk gezag omvat de plicht én het recht van een ouder om zijn minderjarig kind op te voeden en te verzorgen. Dat betreft het lichamelijk welzijn, de veiligheid en de ontwikkeling van het minderjarige kind.

Bent u getrouwd of heeft u een geregistreerd partnerschap? Dan krijgt u tijdens erkenning ook automatisch het ouderlijk gezag over uw kind.

Als de erkenning plaatsvindt buiten huwelijk of geregistreerd partnerschap, heeft u nog geen ouderlijk gezag en bent u nog geen wettelijke vertegenwoordiger van uw kind. In dit geval krijgt alleen de moeder automatisch gezag. Wilt u toch samen het gezag uitoefenen? Dan moet u bij de rechtbank een verzoek tot gezamenlijk gezag indienen. Voorwaarde hierbij is dat u als ouder het kind al heeft erkend.  Pas als u het ouderlijk gezag heeft, mag u beslissingen nemen over de opvoeding en de verzorging van uw kind. Voor een juridische ouder met ouderlijk gezag geldt namelijk dat hij/zij:

  • de belangrijkste beslissingen mag nemen over “de persoon van de minderjarige”

Hierbij kunt u denken aan medische keuzes die voor het kind moeten worden gemaakt of de beslissing waar het kind woont.

  • het bewind heeft over het vermogen van het kind

Dit betekent onder andere dat de ouder met gezag het bewind moet voeren over het vermogen van de minderjarige als goed bewindvoerder én dat deze ouder aansprakelijk is voor schade als gevolg van dat slechte bewind.

  • wettelijk vertegenwoordiger is van het kind

Dit houdt onder meer in dat de ouder met gezag het kind mag inschrijven op een school of (sport)vereniging, voor het kind een paspoort mag aanvragen en namens het kind optreedt in juridische procedures.

Nieuw wetsvoorstel

De Eerste Kamer heeft op dinsdag 22 maart 2022 ingestemd met het wetsvoorstel waarmee ook ongehuwde partners bij erkenning van hun kind het wettelijke gezamenlijke gezag kunnen krijgen. De initiatiefnemers van dit wetsvoorstel zijn van mening dat de huidige wetgeving niet goed meer aansluit op de behoefte van de veranderde samenleving, waarbij verschillende samenlevingsvormen steeds gangbaarder zijn geworden.

Ongehuwden en niet-geregistreerde partners zullen bij de inwerkingtreding van deze wet automatisch belast zijn met het gezamenlijk gezag bij de erkenning van het kind. Onder de nieuwe wet is het niet meer nodig om het ouderlijk gezag via de rechter te regelen wanneer u niet bent getrouwd of een geregistreerd partnerschap heeft. Wanneer u, als partner van de moeder, het kind bij de gemeente erkent, geldt automatisch het ouderlijk gezag.

Heeft u naar aanleiding van dit artikel nog vragen? Neem dan vrijblijvend contact op met onze familierechtadvocaten.

Wettelijke Indexering Alimentatie 2023
Blog, Personen- en Familierecht

Wettelijke indexering alimentatie 2023

Indexering alimentatie verplicht en wat u moet weten over de jaarlijkse verhoging

Ieder jaar verhoogt de overheid de alimentatiebedragen met een bepaald percentage. Dit heet indexering van de alimentatie. De verhoging hangt af van de gemiddelde stijging van lonen in Nederland. De indexering van kinder- en partneralimentatie is bedoeld om de stijging van de salarissen en de stijging van de kosten van levensonderhoud te corrigeren. Het percentage wordt vastgesteld door de Minister van Justitie. De minister bepaalt wat het wettelijke indexering percentage, de alimentatie indexatie, volgens de Trema-normen voor het komende jaar wordt.

Het indexeringspercentage voor 2023 is vastgesteld op 3,4%. Dit betekent dat met ingang van 1 januari 2023 het op dat moment geldende bedrag voor alimentatie met 3,4% wordt verhoogd. De alimentatieplichtige moet deze verhoging zelf doorvoeren.

Iedere alimentatiebetaler is wettelijk verplicht deze verhoging toe te passen. Ook als uw loon niet omhoog is gegaan of als uw eigen kosten gestegen zijn, bent u verplicht om de alimentatie indexering toe te passen. Betaalt u de verhoging niet, dan kan uw ex-partner het bedrag eventueel gaan vorderen. De verplichting om de alimentatie te indexeren geldt zowel voor kinder- als voor partneralimentatie.

Ook als u hierover in het ouderschapsplan en/of echtscheidingsconvenant geen afspraken hebt gemaakt en/of als in de beschikking van de rechtbank de indexering niet is genoemd, geldt de indexering van rechtswege. Slechts in het geval dat de wettelijke indexering van de kinder- en partneralimentatie bij overeenkomst of door een rechterlijke uitspraak expliciet is uitgesloten, hoeft deze niet te worden betaald.

Alimentatie indexering 2023 zelf berekenen

De indexering van de partner- en kinderalimentatie berekent u als volgt: huidig alimentatiebedrag/100 x het indexering percentage 2023 + huidig alimentatiebedrag. Voorbeeld: stel dat het huidige bedrag van de partneralimentatie € 300,- is, dan bedraagt het nieuwe alimentatiebedrag na indexering (300/100) x 3,4 + 300 = € 310,20.

Voorgaande jaren geen indexering toegepast?

Bent u de alimentatiebetaler? Dan moet u de alimentatie indexering altijd zelf goed in de gaten houden. U ontvangt hier geen bericht van en het bedrag wordt niet automatisch aangepast. Als u de indexering niet jaarlijks doorvoert, dan kan uw ex-partner de indexering tot vijf jaar terugvorderen. Het kan dan om behoorlijke bedragen gaan. Wij adviseren u om het nieuwe alimentatiebedrag te berekenen en ervoor te zorgen dat u per 1 januari 2023 het nieuwe alimentatiebedrag aan uw ex-partner of kinderen voldoet.

Heeft u vragen over de wettelijke indexering van alimentatie of over het incasseren van achterstallige alimentatie? Of wilt u een alimentatiebedrag laten vaststellen of wijzigen, neem dan contact op met onze familierechtadvocaten.

Gevolgen van Eigendommen bij Scheiding: Lees Meer!
Blog, Personen- en Familierecht

Eigendommen binnen (en na) het huwelijk

Het huwelijksbootje instappen doe je als je stapelverliefd bent op elkaar. Helaas komt het echter vaak genoeg voor dat mensen na verloop van tijd niet meer met elkaar getrouwd willen zijn. De echtscheiding loopt meestal niet zo soepel als het aangaan van het huwelijk. In veel gevallen wordt er geruzied over vrijwel alles wat er bij een echtscheiding komt kijken. Een van deze dingen zijn de eigendommen. Wie heeft recht op wat indien u en uw partner van elkaar scheiden?

Er zijn verschillende regelingen die getroffen kunnen worden bij het aangaan van het huwelijk, die van grote invloed zijn op het eigendom van u en uw (ex-)partner tijdens en na het huwelijk. U doet er verstandig aan om voorafgaand aan het huwelijk hier goed over na te denken, aangezien het vergaande gevolgen met zich mee kan brengen. In deze blog worden de verschillende huwelijksvermogensregelingen en de bijbehorende gevolgen ten aanzien van het eigendom besproken. Opgemerkt dient te worden dat al hetgeen in deze blog wordt besproken op dezelfde wijze geldt voor een geregistreerd partnerschap.

Gemeenschap van goederen

Op grond van de wet geldt, wanneer partners met elkaar trouwen, automatisch de wettelijke gemeenschap van goederen. Dit heeft ten gevolge dat alle eigendommen van u en uw partner vanaf het huwelijk van u gezamenlijk is. Hierbij is echter wel van belang om een onderscheid te maken tussen huwelijken van vóór en na 1 januari 2018. Indien u voor 1 januari 2018 bent getrouwd, geldt een algehele gemeenschap van goederen. Dit betekent dat álle eigendommen van u samen zijn. Het maakt niet uit of u dit heeft verkregen voor of tijdens het huwelijk.

Dit is niet anders wanneer het gaat om een cadeau of een erfenis. Wanneer u vervolgens gaat scheiden moeten alle eigendommen verdeeld worden. U heeft beide recht op de helft van de eigendommen. Bent u na 1 januari 2018 getrouwd? Dan geldt de beperkte gemeenschap van goederen. Enkel de bezittingen die u heeft verkregen tijdens het huwelijk zijn van u samen. De eigendommen van voor het huwelijk blijven van de partner van wie ze voorafgaand aan het huwelijk waren. Dit betekent dus dat u bij het scheiden minder eigendommen heeft te verdelen.

Huwelijkse voorwaarden

Willen u en uw partner uw eigendommen geschieden houden? Dan kunt u bij het aangaan van het huwelijk huwelijkse voorwaarden afsluiten. Dit is simpelweg een contract tussen twee echtgenoten, waarin afspraken worden gemaakt over onder andere de eigendommen. Er kan een onderscheid worden gemaakt tussen drie verschillende soorten huwelijkse voorwaarden.

Koude uitsluiting

De eerste mogelijkheid is de koude uitsluiting. Dit houdt in dat in de huwelijkse voorwaarden wordt afgesproken dat er geen enkele gemeenschap van goederen bestaat. De partners regelen dan dat hun inkomens en eigendommen op geen enkele manier samenvloeien of verrekend worden. Wanneer een huwelijk met koude uitsluiting eindigt, hebben de ex-partners weinig te verdelen. Er is namelijk geen sprake van gezamenlijk eigendom.

Periodiek verrekenbeding

Daarnaast kunnen de huwelijkse voorwaarden een periodiek verrekenbeding bevatten. Dit betekent dat er sprake is van gescheiden vermogens, en dus eigendommen, maar dat het inkomen tijdens het huwelijk jaarlijks moet worden verdeeld. Dit betekent dat tijdens het huwelijks ieder jaar moet worden afgesproken welk geld dat dat jaar is verdiend en welke nieuwe spullen van wie zijn. Bij de scheiding hoeven er in dat geval dus enkel nog de spullen en het geld uit dat jaar verdeeld te worden.

In de praktijk blijkt echter dat echtgenoten tijdens hun huwelijk vaak de verrekening niet jaarlijks doen. Het gevolg daarvan is dat, op het moment van scheiden, alsnog al het geld en de spullen die gedurende het huwelijk gekocht of gekregen zijn moeten worden verdeeld. Omdat het moeilijk is om achteraf na te gaan welke eigendommen wanneer zijn verkregen is dit tijdens de scheiding vaak een discussiepunt. Het is dus van belang om, als er een periodiek verrekenbeding is opgenomen in de huwelijkse voorwaarden, ook daadwerkelijk jaarlijks de verdeling uit te voeren.

Finaal verrekenbeding

Ten slotte is het mogelijk om een finaal rekenbeding in de huwelijkse voorwaarden op te nemen. Dit betekent dat, wanneer u gaat scheiden, al hetgeen in aanmerking komt voor verrekening zal worden verdeeld alsof er sprake is van een gemeenschap van goederen. In de huwelijkse voorwaarden is dan vaak tevens bepaald welke eigendommen binnen deze verrekening vallen. Hierbij kan bijvoorbeeld worden afgesproken dat bepaalde eigendommen van één van de echtgenoten is en niet verrekend hoeft te worden, of dat slechts de eigendommen die zijn verkregen ten tijde van het huwelijk verrekend worden. De eigendommen die vallen onder het verrekenbeding zullen vervolgens bij de scheiding bij helfte worden verdeeld.

Wil u advies over de verschillende soorten huwelijksvermogensregelingen? Of heeft u juridische begeleiding nodig bij uw echtscheiding? Neem dan contact op met Law & More. Onze familierechtadvocaten helpen u graag verder!

Wanneer eindigt uw alimentatieplicht? Lees hier meer.
Blog, Personen- en Familierecht

Alimentatie, wanneer ben je ervan af?

Indien het huwelijk uiteindelijk toch niet blijkt te werken, kunnen u en uw partner besluiten om te scheiden. Vaak ontstaat hieruit een alimentatieverplichting voor u of uw ex-partner, afhankelijk van het inkomen van u beiden. De alimentatieverplichting kan bestaan uit kinderalimentatie en/of partneralimentatie. Maar hoe lang moet u dat eigenlijk betalen? En kunt u ervan af?

Duur kinderalimentatie

Kinderalimentatie kunnen we kort over zijn. De duur van kinderalimentatie is namelijk in de wet vastgelegd en hier mag niet van afgeweken worden. Kinderalimentatie moet volgens de wet worden doorbetaald totdat het kind 21 jaar oud is. In sommige gevallen kan de verplichting tot betaling van kinderalimentatie eindigen bij de leeftijd van 18 jaar. Dit is afhankelijk van de economische zelfstandigheid van uw kind. Indien uw kind ouder is dan 18, een inkomen heeft op bijstandsniveau en niet meer studeert, wordt hij of zij geacht in staat te zijn financieel voor zichzelf te zorgen. Voor u betekent dit dat uw alimentatieplicht, ondanks dat uw kind nog geen 21 jaar oud is, vervalt.

Duur partneralimentatie

Ook met betrekking tot partneralimentatie bevat de wet een termijn waarna de alimentatieverplichting vervalt. In tegenstelling tot de kinderalimentatie mogen ex-partners hier wel van afwijken door andere afspraken te maken. Hebben u en uw ex-partner echter niks afgesproken over de duur van de partneralimentatie? Dan geldt de wettelijke termijn. Bij het bepalen van deze termijn is van belang op welk moment u bent gescheiden. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen echtscheidingen van voor 1 juli 1994, echtscheidingen tussen 1 juli 1994 en 1 januari 2020 en echtscheidingen van na 1 januari 2020.

Gescheiden na 1 januari 2020

Indien u bent gescheiden na 1 januari 2020 geldt de alimentatieverplichting in beginsel voor de duur van de helft van de tijd dat het huwelijk duurde, met een maximum van 5 jaar. Er zijn echter 3 uitzonderingen op deze regel. De eerste uitzondering is van toepassing wanneer u en uw ex-partner samen kinderen hebben. In dat geval stopt de partneralimentatie namelijk pas indien het jongste kind de leeftijd van 12 jaar heeft bereikt.

Ten tweede geldt in het geval van een huwelijk dat langer dan 15 jaar heeft geduurd, waarbij de alimentatieontvanger binnen 10 jaar recht heeft op de AOW, dat de partneralimentatie doorloopt totdat de AOW start. Ten slotte eindigt de partneralimentatie na 10 jaar in de gevallen waarin de alimentatiebetaler geboren is op of voor 1 januari 1970, het huwelijk langer dan 15 jaar duurde en de alimentatiebetaler over meer dan 10 jaar pas AOW krijgt.

Gescheiden tussen 1 juli 1994 en 1 januari 2020

De partneralimentatie voor degenen die zijn gescheiden tussen 1 juli 1994 en 1 januari 2020 duurt maximaal 12 jaar, tenzij u geen kinderen heeft en het huwelijk korter duurde dan 5 jaar. In die gevallen duurt de partneralimentatie even lang als het huwelijk duurde.

Gescheiden voor 1 juli 1994

Ten slotte geldt voor de ex-partners die zijn gescheiden voor 1 juli 1994 dat er geen sprake is van een wettelijke termijn. In het geval dat u en uw ex-partner niets hebben afgesproken, geldt dat de partneralimentatie levenslang doorloopt.

Andere mogelijkheden om partneralimentatie te beëindigen

In het geval van partneralimentatie zijn er nog een aantal andere situaties waarin de alimentatieverplichting eindigt. Dit is onder andere het geval wanneer:

  • U en uw ex-partner samen een afspraak maken dat de alimentatieverplichting stopt;
  • U of uw ex-partner komt te overlijden;
  • De alimentatieontvanger gaat trouwen met een ander, samenwonen of een geregistreerd partnerschap aangaat;
  • De alimentatiebetaler de alimentatie niet meer kan betalen; of
  • De alimentatieontvanger zelfstandig voldoende inkomen heeft.

Daarnaast bestaat ook de mogelijkheid om onderling de hoogte van de partneralimentatie te wijzigen. Is uw ex-partner het niet eens met een wijziging? Dan kunt u dit ook verzoeken aan de rechtbank. Hiervoor moet u wel een goede reden hebben, bijvoorbeeld vanwege een verandering in inkomen.

Wilt uw ex-partner de alimentatie wijzigen of beëindigen en bent u het daar niet mee eens? Of bent u de alimentatiebetaler en wilt u af van uw alimentatieverplichting? Neem dan contact op met een van onze advocaten. Onze scheidingsadvocaten staan voor u klaar met persoonlijk advies en helpen u graag met de eventueel te nemen juridische stappen.

Donorovereenkomst laten controleren?
Blog, Personen- en Familierecht

Donorovereenkomst: wat moet u weten?

Bij het krijgen van een kind met behulp van een spermadonor komen verschillende aspecten erbij kijken, zoals het vinden van een geschikte donor of het inseminatieproces. Een ander belangrijk aspect in dit kader is de rechtsverhouding tussen de partij die via inseminatie zwanger wil worden, de eventuele partners, een spermadonor en het kind. Een donorovereenkomst is weliswaar niet verplicht is om deze rechtsverhouding te regelen.

Echter, de rechtsverhouding tussen de partijen onderling is juridisch complex. Om geschillen in de toekomst te voorkomen en om alle partijen zekerheid te bieden, is het voor alle partijen verstandig om een donorovereenkomst aan te gaan. Een donorovereenkomst zorgt er daarnaast voor dat de afspraken tussen wensouders en spermadonoren duidelijk zijn. Iedere donorovereenkomst is een persoonlijke, doch voor eenieder een belangrijke overeenkomst, omdat hierin ook afspraken over het kind worden gemaakt.

Door deze afspraken vast te leggen, zal er ook minder snel onenigheid over de rol van de donor in het leven van het kind ontstaan. Naast de voordelen die donorovereenkomst alle partijen kan bieden, komt in deze blog achtereenvolgens aan bod wat een donorovereenkomst precies inhoudt, welke gegevens daarin worden vermeld en welke concrete afspraken daarin kunnen worden gemaakt.

Wat is een donorovereenkomst?

Een donorcontract of donorovereenkomst is een contract waarin de afspraken tussen de wensouder(s)en een spermadonor worden vastgelegd. Sinds 2014 worden in Nederland twee soorten donorschap onderscheiden: B- en C- donorschap.

B-donorschap houdt in dat een donatie gebeurt door een voor de wensouders onbekende donor van een kliniek. Echter, dit type donoren wordt door klinieken wel geregistreerd bij de Stichting Donorgegevens Kunstmatige bevruchting. Als gevolg van deze registratie hebben de verwekte kinderen later de mogelijkheid om zijn of haar afkomst te achterhalen. Op het moment dat het verwekte kind de leeftijd van twaalf jaren heeft bereikt, kan hij of zij een aantal basisgegevens over dit type donor opvragen.

De basisgegevens zien bijvoorbeeld op uiterlijk, beroep, burgerlijke stand gezinssamenstelling en karaktertrekken zoals de donor die opgaf op het moment van de donatie. Op het moment dat het verwekte kind de leeftijd van zestien jaren heeft bereikt, kunnen door hem of haar ook de (overige) persoonsgegevens van dit type donor worden opgevraagd.

C-donorschap betekent daarentegen dat het om een wel voor de wensouders bekende donor gaat. Dit type donor is doorgaans iemand uit de kennissen- of vriendenkring van de wensouders of iemand die de wensouders zelf bijvoorbeeld online hebben gevonden. Dit laatste type donor is ook de donor waarmee de donorovereenkomsten doorgaans worden gesloten.

Het grote voordeel bij dit type donor is namelijk dat de wensouders de donor en dus ook zijn eigenschappen kennen. Bovendien is er geen wachtlijst en kan de inseminatie snel verlopen. Wel is het belangrijk om met deze type donor heel goede afspraken te maken en deze vast te leggen. Een donorovereenkomst kan vooraf namelijk verheldering bieden bij vragen of onduidelijkheden.

Mocht er ooit een rechtszaak aan de orde zijn, dan toont een dergelijke overeenkomst achteraf aan wat de gemaakte afspraken zijn die de personen met elkaar zijn overeengekomen en welke intenties partijen hadden ten tijde van het ondertekenen van de overeenkomst. Om juridische conflicten en procedures met de donor te voorkomen, is het daarom aan te raden om in een vroeg stadium van de procedure juridische bijstand te vragen van een advocaat om de donorovereenkomst op te stellen.

Wat wordt er vermeld in een donorovereenkomst?

Veelal wordt er in de donorovereenkomst het volgende vastgelegd:

  • NAW-gegevens donor
  • NAW-gegevens wensouder(s)
  • Afspraken omtrent de spermadonaties zoals duur, communicatie en omgang
  • Medische aspecten zoals onderzoek naar erfelijke afwijkingen
  • Toestemming inzage medische gegevens
  • Eventuele vergoedingen. Vaak zijn dit reiskosten en kosten voor medische onderzoeken van de donor.
  • Rechten en plichten van de donor.
  • Anonimiteit en privacy rechten
  • Aansprakelijkheid beide partijen
  • Overige bepalingen bij wijziging van de situatie

Juridische rechten en plichten m.b.t. het kind

Als het gaat om het verwekte kind, heeft een onbekende donor doorgaans geen juridische rol. Zo kan een donor bijvoorbeeld niet afdwingen dat hij wettelijk gezien de ouder van het verwekte kind wordt. Dat neemt niet weg dat het onder omstandigheden mogelijk blijft voor de donor om juridisch ouder te worden van het kind. De enige weg voor de donor voor het juridisch ouderschap is overigens door erkenning van het verwekte kind.

Daartoe is echter wel de toestemming van de wensouder vereist. Heeft het verwekte kind al twee juridische ouders, dan is het voor de donor niet mogelijk om het verwekte kind te erkennen, ook niet met toestemming. Bij een bekende donor liggen de rechten anders. In dat geval kan bijvoorbeeld ook een bezoekregeling en alimentatie een rol gaan spelen. Het is daarom verstandig voor de wensouders om de volgende punten met de donor te bespreken en vast te leggen: Juridische ouderschap.

Door dit onderwerp met de donor bespreken, kunnen de wensouders voorkomen dat zij en het verwekte kind uiteindelijk worden verrast door het feit dat de donor het verwekte kind als eigen wil erkennen en derhalve juridische ouder daarvan wil zijn. Belangrijk is daarom om de donor vooraf te vragen of hij een kind ook zou willen erkennen en/of gezag zou willen hebben. Om discussie achteraf te voorkomen is het verstandig om hetgeen op dit punt tussen de donor en de wensouders is besproken eveneens duidelijk vast te leggen in de donorovereenkomst. In die zin beschermt de donorovereenkomst ook het juridische ouderschap van de wensouder(s).

Omgang en voogdij. Dit is een ander belangrijk onderdeel dat bespreking vooraf door de wensouders en de donor verdient in de donorovereenkomst. Daarin kan meer specifiek worden geregeld of er contact tussen de spermadonor en het kind zal zijn. Mocht hier sprake van zijn dan kan in de donorovereenkomst ook worden opgenomen onder welke omstandigheden dit gebeurt. Anders kan daarmee worden voorkomen dat het verwekte kind daar later (ongewenst) mee wordt verrast.

In de praktijk zijn er verschillen de afspraken die wensouders en spermadonoren met elkaar maken. De ene spermadonor zal iedere maand of kwartaal contact met het kind hebben, en de andere spermadonor zal het kind pas ontmoeten zodra het zestien is. Uiteindelijk is het aan de donor en de wensouders om hierover samen uit te komen.

Kinderalimentatie. Wanneer in de donorovereenkomst duidelijk wordt vastgelegd dat donor slechts zijn zaad doneert aan de wensouders, dat wil zeggen niets meer dan ter beschikking stelt voor kunstmatige inseminatie, hoeft de donor geen kinderalimentatie te betalen. In dat geval is hij immers geen verwekker. Gebeurt dat niet, dan is het mogelijk dat de donor wel als verwekker wordt gezien en via een vaderschapsactie als juridisch vader wordt aangewezen, die wel tot alimentatie zal worden verplicht. Dit maakt dat de donorovereenkomst niet alleen voor de wensouder(s) van belang is, maar zeker ook voor de donor. Met de donorovereenkomst kan de donor namelijk bewijzen dat hij donor is, wat ervoor zorgt dat de wensouder(s) laten geen alimentatie kunnen eisen.

Donorovereenkomst opstellen, controleren of aanpassen

Heeft u al een donorovereenkomst en zijn er omstandigheden die voor u of voor de donor zijn veranderd? Dan kan het verstandig zijn om de donorovereenkomst aan te passen. Denk hierbij aan een verhuizing, die gevolgen heeft voor de bezoekregeling. Of een verandering van inkomen, waardoor herziening van alimentatie nodig is. Als u de overeenkomst op tijd wijzigt en afspraken maakt waar beide partijen achter staan, vergroot u de kans stabiele en rustige leven, niet alleen voor uw zelf, maar ook voor het kind.

Blijven de omstandigheden voor u ongewijzigd? Ook dan kan het verstandig zijn om uw donorovereenkomst te laten controleren door een juridisch specialist. Bij Law & More begrijpen wij dat iedere situatie anders is. Daarom hanteren wij een persoonlijke aanpak. De advocaten van Law & More zijn deskundig op het gebied van familierecht en kunnen samen met u uw situatie bekijken en bepalen of de donorovereenkomst eventuele aanpassing verdient.

Wilt u onder begeleiding van een deskundige familierechtadvocaat een donorovereenkomst opstellen? Ook dan staat Law & More voor u klaar. Onze advocaten kunnen u verder ook voorzien van juridische bijstand of advies als er sprake is van een geschil tussen de wensouders en de donor. Heeft u nog andere vragen over dit onderwerp? Neem dan contact op met Law & More, wij helpen u graag verder.

alimentatiegerechtigde ex partner wil niet werken image nl
Blog, Personen- en Familierecht

Alimentatiegerechtigde ex-partner wil niet werken

Rechten van de Alimentatiegerechtigde bij Werkeloosheid van de Ex-partner

Alimentatie is in Nederland een financiële bijdrage aan de kosten van levensonderhoud van de voormalige partner en eventuele kinderen na een echtscheiding. Het gaat om een bedrag dat u maandelijks krijgt of moet betalen. Als u niet genoeg inkomsten heeft om in uw eigen levensonderhoud te voorzien, heeft u recht op alimentatie. Als u wel voldoende inkomsten heeft om in uw eigen levensonderhoud te voorzien, maar uw ex-partner heeft dat niet, dan kunt u gehouden worden om alimentatie te betalen.

Daarbij wordt rekening gehouden met de levensstandaard ten tijde van het huwelijk. Voor de toekenning van partneralimentatie wordt gekeken naar de behoefte van de alimentatiegerechtigde en naar de draagkracht van de alimentatieplichtige. In de praktijk wordt hierover vaak gediscussieerd tussen partijen. Het kan namelijk zo zijn dat uw ex-partner aanspraak maakt op alimentatie, terwijl hij of zij eigenlijk ook zelf zou kunnen werken. Dit kunt u erg onrechtvaardig vinden, maar wat kunt u in zo’n geval doen?

Onvoldoende inkomsten

Degene die aanspraak maakt op partneralimentatie moet aan kunnen tonen dat hij of zij geen of onvoldoende inkomsten heeft om in het eigen levensonderhoud te voorzien en dat hij of zij ook niet in staat is om die inkomsten te genereren. Als u recht heeft op partneralimentatie is het uitgangspunt dat u er alles aan doet om in uw eigen levensonderhoud te voorzien. Deze plicht vloeit voort uit de wet en wordt ook wel een inspanningsverplichting genoemd. Het betekent dat de alimentatiegerechtigde ex-partner geacht wordt om een baan te zoeken tijdens de periode dat hij of zij partneralimentatie ontvangt.

Over de inspanningsverplichting wordt in de praktijk veel geprocedeerd. De alimentatieplichtige is namelijk veelal van mening dat de alimentatiegerechtigde zelf kan werken en op die manier inkomsten kan generen. Daarmee neemt de alimentatieplichtige vaak het standpunt in dat de alimentatiegerechtigde zelf genoeg geld moet kunnen verdienen om in het levensonderhoud te voorzien. De alimentatieplichtige kan ter onderbouwing van zijn of haar standpunt bewijs indienen van bijvoorbeeld door de alimentatiegerechtigde gevolgde opleiding(en) en beschikbare vacatures. De alimentatieplichtige probeert hiermee duidelijk te maken dat er geen, of in ieder geval zo min mogelijk, alimentatie hoeft te worden betaald.

Uit de rechtspraak volgt dat men over de verplichting van de alimentatiegerechtigde om zich in te spannen voor het vinden van een baan niet te lichtvaardig moet denken. De alimentatiegerechtigde moet namelijk voldoende aantonen en onderbouwen dat hij of zij voldoende inspanningen heeft verricht om (meer) verdiencapaciteit te genereren. De alimentatiegerechtigde zal dus moeten aantonen dat hij of zij behoeftig is. Wat wordt verstaan onder ‘voldoende’ aantonen en ‘voldoende’ inspanningen verrichten wordt in de praktijk per specifiek geval beoordeeld.

In sommige gevallen kan de alimentatiegerechtigde niet aan deze inspanningsplicht worden gehouden. Dit kan bijvoorbeeld zijn afgesproken in het echtscheidingsconvenant. Ook kunt u bijvoorbeeld denken aan de volgende situatie die zich in de praktijk heeft voorgedaan: partijen zijn gescheiden en de man moet partner- en kinderalimentatie betalen. Na 7 jaar verzoekt hij de rechter om vermindering van de alimentatie, omdat hij vind dat de vrouw inmiddels zelf in haar onderhoud zou moeten kunnen voorzien. Ter zitting bleek dat het stel bij de scheiding had afgesproken dat de vrouw de dagelijkse zorg voor de kinderen op zich zou nemen.

Bij beide kinderen was er sprake van complexe problematiek waarbij de kinderen intensieve zorg nodig hadden. De vrouw werkte ongeveer 13 uur per week als uitzendkracht. Aangezien zij weinig werkervaring had, onder andere vanwege de zorg voor de kinderen, was het niet makkelijk voor haar om een vaste baan te vinden. Haar huidige inkomen was dan ook onder het bijstandsniveau. Onder deze omstandigheden kon niet van de vrouw worden verlangd dat zij volledig aan haar inspanningsplicht zou voldoen en haar werkzaamheden moest uitbreiden, zodat ze geen beroep meer hoefde te doen op partneralimentatie.

Uit bovenstaande voorbeeld blijkt dat het voor de alimentatieplichtige belangrijk is om in de gaten te houden of de alimentatiegerechtigde voldoet aan zijn of haar inspanningsverplichting om zelf inkomsten te genereren. Blijkt uit bewijsstukken het tegendeel of zijn er anderszins vermoedens dat er niet wordt voldaan aan de inspanningsverplichting, dan is het voor de alimentatieplichtige wellicht zinvol om een procedure bij de rechter te starten om de onderhoudsverplichting nog eens te laten onderzoeken. Onze ervaren familierecht advocaten informeren u graag over uw positie en staan u in een dergelijke procedure graag bij.

Heeft u vragen over de alimentatie of wilt u alimentatie aanvragen, wijzigen of stoppen? Neem dan contact op met de scheidingsadvocaten van Law & More. Onze advocaten zijn gespecialiseerd in het (her)berekenen van de alimentatie. Daarnaast kunnen wij u bijstaan in een eventuele alimentatieprocedure. De advocaten van Law & More zijn deskundig op het gebied van personen- en familierecht en begeleiden u, eventueel samen met uw partner, graag door dit proces heen.

alimentatieplicht niet kunt nakomen image nl
Blog, Personen- en Familierecht

Wat moet u doen als u uw alimentatieplicht niet kunt nakomen?

Wat u moet weten over alimentatieplicht en betalingsproblemen

Alimentatie is een toelage aan een voormalige echtgenoot of echtgenote en eventuele kinderen als bijdrage in het levensonderhoud. Degene die alimentatie moet betalen, wordt ook wel alimentatieplichtige genoemd. De ontvanger van alimentatie wordt vaak aangeduid met alimentatiegerechtigde. Alimentatie is een bedrag dat u regelmatig moet betalen. In de praktijk wordt alimentatie maandelijks betaald.

U bent alimentatie verschuldigd als u een onderhoudsplicht heeft jegens een ex-partner of uw kind. Een onderhoudsplicht jegens uw ex-partner ontstaat in het geval dat hij of zij niet in het eigen levensonderhoud kan voorzien. Het kan door omstandigheden zo zijn dat u bijvoorbeeld niet (meer) in staat bent om alimentatie aan uw ex-partner te betalen. Uw inkomen kan gewijzigd zijn door bijvoorbeeld de Coronacrisis. Hoe kunt u dan het beste handelen als u een alimentatieverplichting hebt die u niet kunt nakomen?

Allereerst is het verstandig om contact op te nemen met de alimentatiegerechtigde, uw ex-partner. U kunt laten weten dat uw inkomen gewijzigd is en dat u de alimentatieverplichting niet kunt nakomen. Onderling kunt u proberen tot afspraken te komen. U kunt bijvoorbeeld afspreken dat u de verplichting later nakomt of dat de alimentatie wordt verlaagd. Deze afspraken kunt u het best schriftelijk laten vastleggen. Als u hierbij hulp nodig heeft, omdat u er misschien niet helemaal uitkomt samen, kunt u een mediator inschakelen om goede afspraken te maken.

Indien het niet lukt om samen tot afspraken te komen, dient gekeken te worden of de alimentatieverplichting is bekrachtigd door de rechtbank. Dit houdt in dat de alimentatieverplichting officieel is vastgelegd door de rechtbank. Als de verplichting niet is bekrachtigd kan de alimentatiegerechtigde de betaling niet zo makkelijk afdwingen. Er is dan geen juridisch direct afdwingbare uitspraak door de Rechtbank.

Een incassobureau, zoals het LBIO (Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen), kan het geld dan niet innen. Als de verplichting wel juridisch afdwingbaar is, moet de alimentatiegerechtigde zo snel mogelijk handelen. De alimentatiegerechtigde kan dan een incasso in gang zetten om beslag te leggen op bijvoorbeeld uw inkomen of uw auto. Als u dit wilt voorkomen, is het verstandig dat u zo snel mogelijk juridisch advies gaat inwinnen bij een scheidingsadvocaat.

Vervolgens kan er een executiegeschil gestart worden in een kort geding procedure. Deze procedure staat ook wel bekend als een spoedprocedure. Hierin vraagt u de rechter om de alimentatiegerechtigde de mogelijkheid te ontnemen om een betaling af te dwingen. De rechter zal in beginsel de alimentatieplicht moeten eerbiedigen. Echter, wanneer er sprake is van een financiële nood dat is ontstaan na de alimentatie uitspraak, dan kan er sprake zijn van misbruik van recht. In bijzondere gevallen kunnen er dus uitzonderingen worden gemaakt op de alimentatieplicht. De Coronacrisis zal daar wellicht een reden voor kunnen zijn. U kunt dit het best door een advocaat laten beoordelen.

U kunt ook proberen om de alimentatie te wijzigen. Als u verwacht dat de financiële problemen langer zullen duren, is dat een realistische keuze. U dient dan een procedure te starten tot wijziging van de alimentatieverplichting. Het alimentatiebedrag kan worden gewijzigd als er sprake is van een ‘wijziging van omstandigheden’. Dat is het geval als uw inkomen in aanzienlijke mate gewijzigd is na de uitspraak van de alimentatieverplichting.

Werkloosheid of een schuldenregeling zijn meestal geen situaties die blijvend zijn. De rechter kan in dergelijke gevalle uw alimentatieplicht tijdelijk verlagen. De rechter kan ook besluiten dat u niets hoeft te betalen. Uw alimentatie is dan nihil. Kiest u er zelf voor om minder te werken of zelfs te stoppen met werken? Dan is dit uw eigen beslissing. De rechter zal dan niet akkoord gaan met een aanpassing van uw alimentatieplicht.

Het kan ook zo zijn dat u kinderalimentatie en/of partneralimentatie betaalt, terwijl daar nooit een rechter aan te pas is gekomen. In dat geval kunt u in principe de alimentatiebetalingen stoppen of verlagen zonder dat dit direct gevolgen voor u heeft. Uw ex-partner heeft namelijk geen executoriale titel en kan dus geen incassomaatregelen treffen en beslag leggen op uw inkomen of vermogen. Wat uw ex-partner in dit geval wel kan doen, is een verzoekschrift (laten) indienen of dagvaarding laten uitbrengen om nakoming/bekrachtiging van de alimentatieafspraak te vragen.

Ongeacht of een alimentatieverplichting wel of niet is bekrachtigd door de rechtbank, blijft ons advies: stop niet ineens met betalen! Ga eerst in overleg met uw ex-partner. Mocht dit overleg niet leiden tot een oplossing, dan kunt u altijd nog een procedure bij de rechtbank starten.

Heeft u vragen over de alimentatie of wilt u de alimentatie aanvragen, wijzigen of stoppen? Neem dan contact op met Law & More. Bij Law & More begrijpen wij dat de scheiding en de daaropvolgende gebeurtenissen ingrijpende gevolgen kunnen hebben op uw leven. Daarom hanteren wij een persoonlijke aanpak.

Samen met u en eventueel uw ex-partner kunnen wij tijdens het gesprek aan de hand van de documentatie uw juridische situatie bepalen en proberen uw visie dan wel wensen met betrekking tot (de (her)berekening van) de alimentatie in kaart te brengen en vervolgens vast te leggen. Daarnaast kunnen wij u bijstaan in een eventuele alimentatieprocedure. De advocaten van Law & More zijn deskundig op het gebied van personen- en familierecht en begeleiden u, eventueel samen met uw partner, graag door dit proces heen.

Internationaal Draagmoederschap: Juridische Valkuilen
Blog, Personen- en Familierecht

Internationaal draagmoederschap

Wensouders kiezen er in de praktijk steeds vaker voor om een draagmoederschapstraject te starten in het buitenland. Hiervoor kunnen zij verschillende redenen hebben, welke allemaal verbonden zijn aan de onzekere positie van de wensouders onder Nederlands recht. Deze worden hieronder kort besproken. In dit artikel leggen wij uit dat de mogelijkheden in het buitenland ook verschillende problemen met zich mee kunnen brengen door de verschillen tussen buitenlandse en Nederlandse wetgeving.

Internationaal draagmoederschap Image

Beweegredenen

Waarom veel wensouders ervoor kiezen een draagmoeder in het buitenland te zoeken heeft diverse redenen. Ten eerste is het in Nederland strafrechtelijk verboden te bemiddelen tussen potentiële draagmoeders en wensouders, wat de zoektocht naar een draagmoeder kan bemoeilijken. Ten tweede worden er in de praktijk aan hoogtechnologisch draagmoederschap strikte vereisten gesteld. Hier kunnen de wensouders of de draagmoeder niet altijd aan voldoen. Daarnaast is het in Nederland ook moeilijk verplichtingen op te leggen aan de betrokken partijen in een draagmoederschapscontract.

Dit heeft tot gevolg dat de draagmoeder bijvoorbeeld niet in rechte gedwongen kan worden het kind af te staan. Daarentegen is de kans groter om in het buitenland een bemiddelingsbureau te vinden en dwingende afspraken te maken. De reden hiervoor is dat daar soms, in tegenstelling tot in Nederland, commercieel draagmoederschap is toegestaan. Voor meer informatie over draagmoederschap in Nederland verwijzen wij u graag naar dit artikel.

Valkuilen bij internationaal draagmoederschap

Terwijl het op het eerste gezicht dus lijkt dat het makkelijker is om een succesvol draagmoederschapstraject te doorlopen in een ander (daarin gespecialiseerd) land, stuiten wensouders toch vaker op problemen na de geboorte. Dit is met name het geval door verschillen tussen de buitenlandse en Nederlandse wetgeving. Hieronder bespreken wij de meest voorkomende valkuilen.

Erkenning van de geboorteakte

In sommige landen is het mogelijk om als wensouder ook als juridisch ouder op de geboorteakte vermeld te worden (bijvoorbeeld vanwege de genetische afstamming). Vaak wordt er dan in de registers van de burgerlijke stand aantekening gemaakt van de draagmoeder. Een dergelijke geboorteakte is in Nederland in strijd met de openbare orde. In Nederland is namelijk de geboortemoeder de moeder van het kind en heeft het kind bovendien recht op kennis van zijn afstamming (art. 7 lid 1 Internationaal Verdrag inzake de rechten van het kind). Daarom zal een dergelijke geboorteakte in Nederland niet worden erkend. Een rechter dient in dat geval de geboortegegevens van het kind opnieuw vast te stellen.

Erkenning door gehuwde wensvader

Een ander probleem doet zich voor wanneer een gehuwde wensvader als juridisch vader op de geboorteakte staat vermeld, terwijl de moeder op de geboorteakte de draagmoeder is. Dit heeft tot gevolg dat de geboorteakte niet kan worden erkend. Volgens de Nederlandse wet kan een getrouwde man namelijk niet zonder rechterlijke tussenkomst een kind van een andere vrouw dan zijn echtgenoot erkennen.

Terugreizen naar Nederland

Daarnaast kan het problematisch zijn om met het kind terug naar Nederland te reizen. Indien de geboorte akte, zoals hierboven beschreven, in strijd is met de openbare orde zal het namelijk niet mogelijk zijn reispapieren voor het kind van de Nederlandse ambassade te ontvangen. Dit verhindert de wensouders in dat geval het land te verlaten met hun pasgeboren kind. Bovendien zitten ouders vaak zelf met een reisvisum dat afloopt, waardoor deze in het ergste geval gedwongen het land moeten verlaten zonder het kind. Een mogelijke oplossing is het starten van een kort geding tegen de Nederlandse staat en derhalve de afgifte van een nooddocument dwingen. Hierbij is het echter onzeker of deze zal slagen.

Praktische problemen

Tot slot kunnen zich nog enkele praktische problemen voordoen. Bijvoorbeeld dat het kind geen Burgerservicenummer heeft, wat gevolgen heeft voor de zorgverzekering en de aanspraak op bijvoorbeeld de kinderbijslag. Daarnaast kan, net als bij draagmoederschap in Nederland, het verkrijgen van juridisch ouderschap een hele klus zijn.

Conclusie

Zoals hierboven is beschreven, lijkt het op het eerste gezicht makkelijker om te kiezen voor draagmoederschap in het buitenland. Doordat het in een aantal landen wettelijk geregeld en gecommercialiseerd is, zou je als wensouders sneller een draagmoeder kunnen vinden, kunnen kiezen voor hoogtechnologisch draagmoederschap en makkelijker een afdwingbaar contract maken. Toch zijn er een aantal grote valkuilen waar wensouders vaak niet bij stil staan. In dit artikel hebben wij deze valkuilen weergeven, zodat het mogelijk is met deze informatie een weloverwogen keuze te maken.

Zoals u hierboven heeft kunnen lezen is de keuze voor draagmoederschap, zowel in Nederland als in het buitenland, mede door de juridische gevolgen niet makkelijk. Wilt u hier meer over weten? Neem dan contact op met Law & More. Onze advocaten zijn gespecialiseerd in personen- en familierecht en hebben een internationale focus. Wij voorzien u graag van advies en bijstand tijdens een eventuele juridische procedure.

Draagmoederschap in Nederland: Juridische Informatie
Blog, Personen- en Familierecht

Draagmoederschap in Nederland

Draagmoederschap in Nederland en de Juridische Aspecten voor Wensouders

Zwangerschap is helaas niet vanzelfsprekend voor elke ouder met een kinderwens. Naast de mogelijkheid van adoptie, kun je als wensouder in dat geval een beroep doen op een draagmoeder. Op dit moment is het draagmoederschap nog niet wettelijk geregeld in Nederland, wat de rechtspositie van zowel de wensouders als de draagmoeder onduidelijk maakt. Bijvoorbeeld, wat als de draagmoeder na de geboorte het kind wilt houden of de wensouders het kind niet willen opnemen in hun gezin? En word je als wensouder bij de geboorte ook automatisch juridisch ouder van het kind? Dit artikel zal deze vragen en nog vele andere voor u beantwoorden. Daarnaast wordt het concept Wetsvoorstel Kind, draagmoederschap en afstamming besproken.

Draagmoederschap in Nederland Image

Is draagmoederschap in Nederland toegestaan?

De praktijk biedt twee vormen van draagmoederschap welke beide in Nederland zijn toegestaan. Deze vormen zijn laag- en hoogtechnologisch draagmoederschap.

Laagtechnologisch draagmoederschap

Bij laagtechnologisch draagmoederschap stelt de draagmoeder haar eicel ter beschikking. Dit houdt in dat bij deze vorm van draagmoederschap de draagmoeder altijd de genetische moeder is. De zwangerschap wordt tot stand gebracht door een inseminatie met zaad van de wensvader of een donor (of op natuurlijke wijze tot stand gebracht). Er zijn geen bijzondere wettelijke vereisten voor het uitvoeren van laagtechnologisch draagmoederschap. Bovendien is er geen medische assistentie noodzakelijk.

Hoogtechnologisch draagmoederschap

Medische assistentie is daarentegen wel noodzakelijk bij hoogtechnologisch draagmoederschap. Hierbij komt namelijk eerst een buitenbaarmoederlijke bevruchting tot stand door middel van IVF. Daarna wordt de bevruchte embryo in de baarmoeder van de draagmoeder geplaatst, waardoor deze in de meeste gevallen niet de genetische moeder is van het kind. Door de noodzakelijke medische tussenkomst gelden voor deze vorm van draagmoederschap in Nederland strikte vereisten. Deze zijn onder andere dat beide wensouders genetisch verwant zijn met het kind, er een medische noodzaak bestaat voor de wensmoeder, dat de wensouders zelf een draagmoeder vinden en leeftijdsgrenzen (tot 43 jaar voor de eiceldonor en tot 45 jaar voor de draagmoeder).

Verbod op bevordering van (commercieel) draagmoederschap

Dat zowel laag- als hoogtechnologisch draagmoederschap in Nederland zijn toegestaan betekent niet dat draagmoederschap altijd is toegestaan. Het Wetboek van Strafrecht bepaalt namelijk dat de bevordering van (commercieel) draagmoederschap verboden is. Dit houdt in dat er geen websites reclame mogen maken om vraag en aanbod rondom draagmoederschap te stimuleren. Daarnaast mogen wensouders niet openbaar (bijvoorbeeld via sociale media) op zoek zijn naar een draagmoeder (en ook andersom: een draagmoeder mag niet openbaar op zoek zijn naar wensouders). Een draagmoeder mag bovendien geen financiële compensatie ontvangen, behalve voor de door haar gemaakte (medische) kosten.

Draagmoederschapscontract

Indien wordt gekozen voor draagmoederschap is het heel belangrijk om duidelijke afspraken te maken. Doorgaans wordt dit gedaan door een draagmoederschapscontract op te stellen. Dit is een vormvrij contract, dus hierin kunnen allerlei afspraken worden vastgelegd voor zowel de draagmoeder als de wensouders. In de praktijk is een dergelijk contract juridisch moeilijk afdwingbaar, omdat dit wordt gezien als in strijd met de goede zeden.

Daarom is vrijwillige medewerking van zowel de draagmoeder als wensouders gedurende het hele draagmoederschapstraject van groot belang. Een draagmoeder kan namelijk niet worden verplicht het kind na de geboorte af te staan en de wensouders kunnen niet verplicht worden het kind op te nemen in hun gezin. Vanwege dit probleem kiezen wensouders er steeds vaker voor om op zoek te gaan naar een draagmoeder in het buitenland. Dit levert in de praktijk alsnog de nodige problemen op. Hiervoor verwijzen wij u graag naar ons artikel over internationaal draagmoederschap.

Juridisch ouderschap

Door het gebrek aan een specifieke wettelijke regeling voor draagmoederschap wordt je als wensouder niet automatisch juridisch ouder bij de geboorte van het kind. Het Nederlands afstammingsrecht gaat namelijk uit van het principe dat de geboortemoeder altijd de juridische moeder is van het kind, dus ook in het geval van draagmoederschap. Indien de draagmoeder op het moment van de geboorte gehuwd is, wordt de partner van de draagmoeder automatisch erkend als ouder.

Daarom geldt in de praktijk de volgende procedure. Na de geboorte en de (legitieme) aangifte daarvan, wordt het kind, met toestemming van de Raad voor de Kinderbescherming, opgenomen in het gezin van de wensouders. De rechter ontheft de draagmoeder (en eventueel ook haar echtgenoot) uit het ouderlijk gezag, waarna de wensouders benoemd worden als voogd.

Nadat de wensouders het kind één jaar hebben verzorgd en opgevoed is het mogelijk het kind gezamenlijk te adopteren. Een andere mogelijkheid is dat de wensvader het kind erkent of zijn vaderschap gerechtelijk laat vaststellen (in het geval de draagmoeder ongehuwd is of het ouderschap van haar echtgenoot is ontkend). De wensmoeder kan dan na één jaar van opvoeding en verzorging van het kind, deze adopteren.

Concept wetsvoorstel

Het concept Wetsvoorstel Kind, draagmoederschap en afstamming beoogt de bovenstaande procedure tot verkrijgen van het ouderschap te vereenvoudigen. Op basis hiervan wordt er een uitzondering opgenomen bij de regel dat de geboortemoeder altijd juridisch moeder is, namelijk een toekenning van ouderschap na draagmoederschap. Dit kan voor de conceptie geregeld worden met een speciale verzoekschriftprocedure door de draagmoeder en wensouders. Er moet hierbij een draagmoederschapsovereenkomst worden voorgelegd, die door de rechter wordt getoetst aan de wettelijke voorwaarden. Deze hebben onder andere betrekking op de meerderjarigheid en counseling van de betrokkenen en de genetische verwantschap van één van de wensouders met het kind.

Indien de rechter het draagmoederschapstraject goedkeurt, worden de wensouders op het moment van geboorte ouders van het kind en worden zij dan ook als zodanig op de geboorteakte van het kind vermeld. Een kind heeft op basis van het VN Kinderrechtenverdrag het recht om kennis te hebben over de eigen afstamming. Daarom wordt er een register ingericht waarin de informatie met betrekking tot de biologische en juridische afstamming wordt bewaard indien deze van elkaar afwijkt. Tot slot geeft het conceptwetsvoorstel een uitzondering op het verbod op bemiddeling bij draagmoederschap indien dit plaatsvindt door een onafhankelijke en door de minister aangewezen rechtspersoon.

Conclusie

Hoewel (niet-commercieel laag- en hoogtechnologisch) draagmoederschap in Nederland is toegestaan, kan het door het ontbreken van specifieke regelgeving leiden tot een problematisch proces. Gedurende het draagmoederschapstraject zijn de betrokken partijen (ondanks een draagmoederschapscontract) afhankelijk van elkaars vrijwillige medewerking. Daarnaast is het niet automatisch zo dat wensouders bij de geboorte juridisch ouderschap verkrijgen over het kind. Het concept Wetsvoorstel Kind, draagmoederschap en afstamming probeert het juridisch traject voor alle betrokkenen te verduidelijken met een wettelijke regeling voor draagmoederschap. De parlementaire behandeling hiervan zal echter naar alle waarschijnlijkheid pas in een volgende regeerperiode plaatsvinden.

Bent u als wensouder of draagmoeder van plan om een draagmoederschapstraject te starten en wilt u uw juridische positie nader contractueel regelen? Of heeft u hulp nodig bij het verkrijgen van juridisch ouderschap bij de geboorte van het kind? Neem dan contact op met Law & More. Onze advocaten zijn gespecialiseerd op het gebied van personen- en familierecht en helpen u graag verder.

Ex-partners herbereken alimentatie | Law & More
Blog, Personen- en Familierecht

Ex-partners herbereken alimentatie

Financiële Afspraken Tussen Ex-Partners en Alimentatieberekening

Een onderdeel van de scheiding vormt het maken van financiële afspraken. Een van de afspraken betreft doorgaans de partner- of kinderalimentatie: bijdrage aan de kosten van levensonderhoud voor het kind of ex-partner. Op het moment dat de ex-partners gezamenlijk of een van hen de echtscheiding aanvraagt, is een alimentatieberekening inclusief. In de wet zijn geen regels opgenomen over de berekening van de alimentatie. Daarom gelden de  zogenaamde ‘Trema-normen’ opgesteld door de rechters hiervoor als uitgangspunt. Aan de basis van deze berekening staan de behoefte en de draagkracht.

De behoefte ziet op de welstand die de ex-partner en de kinderen vóór de scheiding gewend waren. Meestal is het na de scheiding voor de ex-partner niet mogelijk om in welstand op hetzelfde niveau te voorzien omdat de financiële ruimte oftewel de draagkracht daarvoor te beperkt is. De kinderalimentatie heeft doorgaans voorrang op de partneralimentatie. Als na het vaststellen daarvan nog enige draagkracht over is, dan kan deze worden gebruikt voor de eventuele partneralimentatie.

De rol van een mediator bij het herberekenen van alimentatie

De partner- of kinderalimentatie wordt berekend aan de hand van de huidige situatie van de ex-partners. Echter, na de scheiding kan deze situatie en daarmee de draagkracht in de loop van de tijd veranderen. Daaraan kunnen diverse oorzaken ten grondslag liggen. In dit kader kunt u bijvoorbeeld denken aan trouwen met een nieuwe partner of een lager inkomen door ontslag. Daarnaast kan het zo zijn dat aanvankelijke alimentatie is vastgesteld op basis van verkeerde of onvolledige gegevens.

In dat geval kan het nodig zijn om de alimentatie te laten herberekenen. Hoewel het vaak niet de bedoeling is, kan het herberekenen van iedere vorm van alimentatie oude problemen naar boven halen of voor nieuwe financiële problemen bij de ex-partner zorgen, zodat de spanningen tussen de ex-partners opnieuw kunnen oplopen. Daarom is het raadzaam om de gewijzigde situatie voor te leggen aan en de herberekening van de alimentatie te laten uitvoeren door een mediator.

De mediators van Law & More helpen u daar graag bij. De mediators van Law & More begeleiden u bij overleg, garanderen juridische en emotionele ondersteuning, nemen de belangen van beide partijen mee in het overleg en leggen uw gezamenlijke afspraken vervolgens vast.Soms leidt mediation echter niet tot de gewenste oplossing tussen de ex-partners en daarmee nieuwe afspraken over de herberekening van de alimentatie. In dat geval ligt de stap naar de rechter voor de hand. Wilt u deze stap naar de rechter maken? Dan heeft u altijd een scheidingsadvocaat nodig.

De advocaat kan dan de rechter verzoeken om de alimentatieplicht te veranderen. Uw ex-partner krijgt in dat geval zes weken de tijd om een verweerschrift of een tegenverzoek in te dienen. De rechter kan de alimentatie vervolgens wijzigen, dat wil zeggen verhogen, verlagen of op nihil stellen. Daartoe dient volgens de wet wel sprake te zijn van een ‘wijziging van omstandigheden’. Van dergelijke gewijzigde omstandigheden is bijvoorbeeld sprake in de volgende situaties:

  • ontslag of werkloosheid
  • verhuizing van de kinderen
  • nieuw of ander werk
  • hertrouwen, samenwonen of een geregistreerd partnerschap aangaan
  • verandering van de omgangsregeling

Omdat de wet het begrip ‘wijziging van omstandigheden’ niet precies definieert, kunnen ook andere omstandigheden dan hierboven genoemd daaronder vallen. Dit geldt echter niet voor de situaties waarbij u zelf kiest om minder te gaan werken of simpelweg een nieuwe partner krijgt, zonder dat u daarmee samenwoont, trouwt of een geregistreerd partnerschap aan gaat.

Vindt de rechter dat er geen sprake is van een wijziging van omstandigheden? Dan wordt uw verzoek niet toegekend. Is wijziging van omstandigheden wel aan de orde? Dan volgt er uiteraard een toewijzing van uw verzoek. Overigens wordt uw verzoek zondermeer en zonder aanpassingen toegewezen indien enige reactie aan de zijde uw ex-partner uitblijft.

Onze persoonlijke aanpak bij alimentatiegeschillen tussen ex-partners

Meestal volgt de uitspraak tussen vier en zes weken na de zitting. In zijn beslissing zal de rechter ook aangeven vanaf welke dag een eventueel nieuw vastgesteld bedrag aan partner- of kinderalimentatie verschuldigd is. Bovendien kan de rechter daarbij bepalen dat de wijziging van de alimentatie zal plaatsvinden met terugwerkende kracht. Bent u het niet eens met de beslissing van de rechter? Dan kunt u binnen 3 maanden in hoger beroep.

Heeft u vragen over de alimentatie of wilt u de alimentatie laten herberekenen? Neem dan contact op met Law & More. Bij Law & More begrijpen wij dat de scheiding en de daaropvolgende gebeurtenissen ingrijpende gevolgen kunnen hebben op uw leven. Daarom hanteren wij een persoonlijke aanpak.

Samen met u en eventueel uw ex-partner kunnen wij tijdens het gesprek aan de hand van de documentatie uw juridische situatie bepalen en proberen uw visie dan wel wensen met betrekking tot (de herberekening van) de alimentatie in kaart te brengen en vervolgens vast te leggen. Daarnaast kunnen wij u bijstaan in een eventuele alimentatieprocedure. De advocaten van Law & More zijn deskundig op het gebied van personen- en familierecht en begeleiden u, eventueel samen met uw partner, graag door dit proces heen.

Wijzigen Van Voornamen: Juridische Gids - Law & More
Blog, Personen- en Familierecht

Wijzigen van voornamen

Procedure Wijzigen van Voornamen

In beginsel zijn de ouders vrij om één of meer voornamen voor hun kinderen te kiezen. Echter, het is mogelijk dat u niet tevreden bent met de gekozen voornaam. Wilt u uw voornaam of die van uw kind veranderen? Dan dient u een aantal belangrijke zaken in het oog te houden. Immers, een wijziging van de voornaam is niet ‘zomaar’ mogelijk.

Wijzigen van voornamen

Allereerst heeft u een geldige reden nodig om de voornaam te veranderen, zoals:

  • Adoptie of naturalisatie. Het is mogelijk dat u als gevolg daarvan toe bent aan een nieuwe start waarbij u door middel van een nieuwe voornaam afstand wil nemen van uw verleden of na een inburgeringstraject van uw vorige nationaliteit.
  • Geslachtswijziging. Deze reden spreekt in principe voor zich. Immers, het is goed denkbaar dat uw voornaam als gevolg daarvan niet meer past bij uw persoon of geslacht en eveneens toe is aan een wijziging.
  • Religie. Het kan ook zijn u afstand wil nemen van uw geloof en daarom uw typisch religieuze voornaam wil wijzigen. Andersom is het natuurlijk ook mogelijk dat u door een typisch religieuze voornaam te nemen de band met uw religie juist wil versterken.
  • Pesten of discriminatie. Tenslotte is het mogelijk dat uw voornaam of dat van uw kind vanwege zijn spellingswijze vervelende associaties oproept bij u zelf en bij anderen of zodanig ongebruikelijk is dat het leidt tot pesterijen.

Voorwaarden voor Naamswijziging

In de genoemde gevallen biedt een andere voornaam uiteraard uitkomst. Daarnaast mag een voornaam niet ongepast zijn, dat wil zeggen scheldwoorden bevatten of hetzelfde zijn als een bestaande achternaam, behalve als dit ook een normale voornaam is.

Heeft u een geldige reden en wenst u uw voornaam of dat van uw kind te wijzigen? Dan heeft u vervolgens een advocaat nodig. De advocaat stuurt namens u een brief naar de rechtbank met uw vraag (verzoek) om een andere voornaam. Een dergelijke brief wordt ook wel een verzoekschrift genoemd. Daartoe dient u aan uw advocaat de nodige bescheiden, zoals kopie paspoort, authentiek afschrift geboorteakte en origineel uittreksel BRP, te verstrekken.

De procedure bij de rechtbank verloopt doorgaans schriftelijk en hoeft u niet voor de rechter te verschijnen. Echter, een mondelinge behandeling is mogelijk indien de rechter na het lezen van het verzoekschrift meer informatie nodig heeft om te beslissen, een belanghebbende, bijvoorbeeld een van beide ouders, het niet eens is met het verzoek of wanneer de rechtbank daartoe een andere reden ziet.

Procedure en Doorlooptijd voor Voornaamswijziging

Ook de uitspraak doet de rechtbank meestal schriftelijk. De doorlooptijd tussen verzoekschrift en de uitspraak bedraagt in de praktijk ongeveer 1-2 maanden. Wijst de rechtbank uw verzoek toe, dan zal de rechtbank de nieuwe voornaam doorgeven aan de gemeente waar u of uw kind staat ingeschreven. Na een positieve beslissing van de rechtbank heeft de gemeente doorgaans 8 weken de tijd om de voornaam aan te passen in haar gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens (GBA), alvorens u een nieuw identiteitsbewijs of rijbewijs met de nieuwe naamsvermelding kan aanvragen.

De rechtbank kan ook tot een andere beslissing komen en uw verzoek afwijzen wanneer de rechtbank van mening is dat er onvoldoende redenen zijn om uw voornaam of dat van uw kind te wijzigen. In dat geval kunt u binnen drie maanden na de uitspraak in hoger beroep bij het gerechtshof. Bent u het vervolgens ook niet eens met de uitspraak van het gerechtshof, dan kunt u binnen 3 maanden de Hoge Raad in cassatie verzoeken om de uitspraak van een gerechtshof te vernietigen. Zowel in het hoger beroep als in cassatie moet u zich laten bijstaan door een advocaat.

Wenst u uw voornaam of dat van uw kind te wijzigen? Neem dan contact op met Law & More. Bij Law & More begrijpen wij dat een wijziging veel redenen kan hebben en de reden per persoon verschilt. Daarom hanteren wij een persoonlijke aanpak. Onze advocaten kunnen u niet alleen voorzien van advies, maar ook helpen met het indienen van het verzoekschrift tot wijziging van de voornaam of bijstaan tijdens de gerechtelijke procedure.

omgang met uw kind tijdens de corona crisis image
Blog, Personen- en Familierecht

Omgang met uw kind tijdens de Corona crisis

Omgangsregeling in de Corona Crisis: Uw Rechten

Nu het coronavirus ook in Nederland is uitgebroken nemen de zorgen bij veel gescheiden ouders toe. Ook ouders die momenteel in een echtscheiding liggen, kunnen problemen ervaren bij het uitvoering geven aan de afgesproken omgangsregeling. Als gescheiden ouder kunt u nu tegen een aantal vragen aanlopen.

Mag uw kind nog naar uw ex-partner? Mag u uw kind thuis houden ook al zou hij of zij komend weekend bij mama of papa moeten zijn? Kunt u eisen dat u uw kinderen mag zien als uw ex-partner ze nu vanwege de corona-crisis thuis wil houden? Dit is natuurlijk voor iedereen een hele bijzondere situatie die we nog niet eerder hebben meegemaakt, zodat dit voor ons allemaal vragen oproept waarvan de antwoorden niet duidelijk zijn.

Het uitgangspunt van onze wet is dat een kind en een ouder recht hebben op omgang met elkaar. Ouders die gescheiden zijn of momenteel in een echtscheiding liggen, zijn daarom vaak gehouden aan een afgesproken omgangsregeling. We leven nu echter in uitzonderlijke tijden. We hebben zo iets niet eerder meegemaakt, waardoor er geen eenduidige antwoorden bestaan op bovenstaande vragen.

In de huidige omstandigheden is het voor gescheiden ouders, maar ook voor ouders die in een echtscheiding liggen, belangrijk om aan de hand van de redelijkheid en billijkheid per specifieke situatie te beoordelen wat het best is voor de kinderen.

Omgang met uw kind tijdens de Corona crisis

Wat gebeurt er als er een complete lockdown wordt aangekondigd in Nederland? Geldt de afgesproken omgangsregeling dan ook nog steeds?
Op dit moment is het antwoord op deze vraag nog niet duidelijk. Wanneer we Spanje als voorbeeld nemen, zien we dat daar (ondanks de lockdown) het voor de ouders wel toegestaan is om uitvoering te blijven geven aan de omgangsregeling.

Het is de ouders in Spanje dus uitdrukkelijk toegestaan om bijvoorbeeld de kinderen op te halen of te brengen naar de andere ouder. In Nederland gelden er op dit moment nog geen specifieke regels met betrekking tot de omgangsregelingen tijdens het coronavirus.

Is het coronavirus een geldige reden om je kind niet naar de andere ouder te laten gaan?

Volgens de richtlijnen van het RIVM, is het de bedoeling dat iedereen zoveel mogelijk thuis blijft, sociale contacten vermijdt en anderhalve meter afstand houdt van anderen. Het is denkbaar dat u uw kind niet naar de andere ouder wilt laten gaan, omdat hij of zij bijvoorbeeld in een risicogebied is geweest of een beroep in de zorgsector heeft waardoor hij of zij een groter kans heeft op een besmetting met corona.

Het is echter niet toegestaan om het coronavirus te gebruiken als een ‘smoes’ om het contact tussen uw kinderen en de andere ouder te belemmeren. Ook in deze uitzonderlijke situatie bent u namelijk verplicht om de omgang tussen uw kinderen en de andere ouder zoveel mogelijk te bevorderen. Wel is het belangrijk dat u elkaar op de hoogte blijft houden als uw kinderen bijvoorbeeld ziekteverschijnselen vertonen.

Wanneer het ophalen en brengen van de kinderen in deze bijzondere periode voor u niet mogelijk is, kunt u tijdelijk alternatieve manieren afspreken om de omgang zoveel mogelijk plaats te laten vinden. U kunt hierbij bijvoorbeeld denken aan uitgebreid contact via Skype of Facetime.

Wat kunt u doen als de andere ouder omgang met uw kind weigert?

Het is in deze uitzonderlijke periode lastig om de omgangsregeling af te dwingen, zolang de maatregelen van het RIVM gelden. Daarom is het verstandig om goed overleg te plegen met de andere ouder en samen te bepalen wat het best is voor de gezondheid van uw kinderen, maar ook voor uw eigen gezondheid. Indien u er met onderling overleg niet uit komt, kunt u ook hulp inschakelen van een advocaat.

Normaal gesproken zou in een dergelijk geval een kortgeding procedure gestart kunnen worden om de omgang via een advocaat af te dwingen. Het is echter de vraag of u onder de huidige omstandigheden hiervoor een procedure kunt starten. In deze uitzonderlijke periode zijn de rechtbanken gesloten en worden uitsluitend urgente zaken behandeld. Zodra de maatregelen omtrent het coronavirus zijn opgeheven en de andere ouder de omgang blijft frustreren, kunt u een advocaat inschakelen om de omgang alsnog af te dwingen.

De advocaten van Law & More kunnen u hierbij van dienst zijn! Gedurende de coronamaatregelen kunt u de advocaten van Law & More ook benaderen voor een gesprek samen met uw ex-partner. Onze advocaten kunnen ervoor zorgen dat u samen met uw ex-partner tot een minnelijke oplossing kunt komen.

Heeft u een vraag over de omgangsregeling met uw kind of wilt u samen met uw ex-partner een gesprek voeren onder begeleiding van een advocaat om zo tot een minnelijke oplossing te komen? Neem dan gerust contact op met Law & More.

Eerste Geslachtsaanduiding ‘X’ in Paspoort in Nederland
Nieuws, Personen- en Familierecht

Voor het eerst in Nederland heeft iemand een paspoort zonder geslachtsaanduiding

Eerste Geslachtsaanduiding ‘X’ in Paspoort in Nederland

Voor het eerst in Nederland heeft iemand een paspoort zonder geslachtsaanduiding. Mevrouw Zeegers voelt zich noch man noch vrouw en wil dat dit ook zo in het paspoort komt te staan. De rechtbank in Limburg besloot eerder dit jaar dat geslacht geen kwestie van geslachtskenmerken maar van genderidentiteit is. Mevrouw Zeegers mag daarom als eerste Nederlander een neutrale ‘X’ in haar paspoort. Deze ‘X’ komt in plaats van de ‘V’ die voorheen haar geslacht aanduidde.

Mevrouw Zeegers begon tien jaar geleden met de strijd voor een genderneutraal paspoort:

‘De vermelding ‘vrouw’ voelde niet goed. Het is juridisch verwrongen werkelijkheid die niet kloppend is aan de natuurlijke werkelijkheid. De natuur heeft mij neutraal op de wereld gezet’.

Dat Zeegers een X in het paspoort krijgt, betekent niet dat iedereen dat zonder meer kan krijgen. Iedereen die geen M of V meer wil in het paspoort moet dit individueel via de rechtbank af te dwingen.

https://nos.nl/artikel/2255409-geen-m-of-v-maar-x-eerste-genderneutrale-paspoort-uitgereikt.html

Voor Menig Nederlander Zal Het Een Droom Zijn | Law And More
Nieuws, Personen- en Familierecht

Bent u Nederlander en wilt u trouwen in het buitenland?

Trouwen in het buitenland als Nederlander

Voor menig Nederlander zal het een droom zijn: trouwen op een mooie locatie in het buitenland, misschien wel op je geliefde vaste vakantiebestemming in Griekenland of Spanje. Als je als Nederlander wil gaan trouwen in het buitenland, moet je echter vaak aan een groot aantal formaliteiten voldoen en aan een groot aantal vragen denken. Mag je als niet-inwoner bijvoorbeeld wel in dat land trouwen? En welke documenten heb je allemaal nodig om te kunnen trouwen? En vergeet de legalisatie en de vertaalslag niet. Zo moet je  bijvoorbeeld zorgen voor een beëdigde vertaling als je akte niet in het Engels, Frans of Duits is.

Wilt u meer weten over het immigratierecht? Neem contact op met onze immigratie advocaten.

Privacy Settings
We use cookies to enhance your experience while using our website. If you are using our Services via a browser you can restrict, block or remove cookies through your web browser settings. We also use content and scripts from third parties that may use tracking technologies. You can selectively provide your consent below to allow such third party embeds. For complete information about the cookies we use, data we collect and how we process them, please check our Privacy Policy
Youtube
Consent to display content from - Youtube
Vimeo
Consent to display content from - Vimeo
Google Maps
Consent to display content from - Google
Spotify
Consent to display content from - Spotify
Sound Cloud
Consent to display content from - Sound

facebook lawandmore.nl   instagram lawandmore.nl   linkedin lawandmore.nl   twitter lawandmore.nl